Preek op 14-02-2012, 6e zondag door het jaar B, pastoor Frank Domen
Openingswoord
Broeders en zusters, welkom bij deze heilige Eucharistieviering op de 6e zondag door het jaar. Aanstaande woensdag is het alweer Aswoensdag.
Nogal wat mensen hebben een ‘nee-nee-sticker’ op hun brievenbus. Er zijn echter genoeg andere mediavormen waardoor bedrijven ons met hun aanbiedingen kunnen overspoelen. Wij zien reclame op tv, op straat en in de krant, op het internet. Het betreft zaken, die voor ons voordelig zijn, zeggen de adverteerders.
De apostel Paulus zegt vandaag in de tweede lezing, dat wij niet ons eigen voordeel moeten zoeken, maar dat van de gemeenschap.
Horen wij dat weleens op tv? Ja, als er een ramp is gebeurd. Maar hoort het zoeken van andermans voordeel tot het dagelijkse streven van de gemiddelde Nederlandse burger?
Het hoort volop bij het leven van Paulus. Hij mag daarom met recht zeggen: “Weest mijn navolgers, zoals ik het ben van Christus”.
Zoeken wij wat voordelig is voor een ander.
Openingsgebed
Laat ons bidden. Heer onze God, waar uw woord weerklinkt en Gij het hart raakt van een mens, wordt alle onreinheid weggenomen. Maak ons ontvankelijk voor uw woord: laat ons nooit twijfelen aan uw vergeving, maar steeds weer verkondigen, dat Gij ons vrijgesproken en gereinigd hebt in Jezus Christus, uw Zoon, onze Heer. Die met U leeft en heerst … Amen.
KinderWoordDienst
alleen om 16.00 uur, met Andrea
Preek
Broeders en zusters, mensen van een bepaalde tijd kunnen soms een idee hebben, dat niet klopt. Hoeveel eeuwen heeft de mensheid niet gedacht, dat de aarde een platte schijf was en dat de zon om de aarde draaide!? Maar na verloop van tijd leren wij door onderzoek de werkelijkheid beter kennen.
In Jezus’ tijd leefden bepaalde zieken vanwege angst voor besmetting in isolatie. Men dacht ook, dat ziekten altijd een straf van God waren en daarom moesten die mensen uit de gemeenschap worden gestoten. Zij verdienden het niet om er te leven. In het Johannesevangelie horen wij mensen m.b.t. een bepaalde man aan Jezus vragen: “Meester, wie heeft gezondigd, hijzelf of zijn ouders, dat hij blindgeboren werd” (9, 2). Jezus zegt, dat noch hij noch zijn ouders hebben gezondigd.
Als Jezus Christus vandaag een man met een besmettelijke ziekte aanraakt, laat Hij zien, dat mensen, ziek of gezond, voor elkaar moeten openstaan. En óók laat Hij zien, dat ziekte zeker niet altijd een straf van God is. Door de zieke bij de hand te nemen zegt Jezus: Kom maar, je hoort erbij. Ook jíj bent mijn kind.
“Jij hoort erbij.” Dat is wat Jezus denkt. Er zijn altijd wel mensen, die zich verloren voelen. Christus wil, dat wij voor elkaar klaarstaan, zoals Hij zich over heel de mensheid ontfermt.
Gezondheid is belangrijk, maar we moeten niet overdrijven. Jezus zegt, dat het beter is met één oog de hemel binnen te gaan dan met twee ogen verloren te raken. Zo geldt ook, dat je beter iets kunt mankeren, maar wél vrienden hebt, dan dat je kerngezond bent, maar eenzaam door het leven gaat.
Jezus kon echte wonderen doen. Hij hoefde mensen maar bij de hand te nemen. Wij kunnen wonderen van liefde verrichten door mensen te laten ervaren, dat hun leven ondanks een ziekte toch zinvol is. Wij kunnen ze bij de hand nemen en iets met hen gaan doen, al is het maar een praatje maken.
Er is een pijn waar wij niets aan kunnen doen, maar wij kunnen wel pijn voorkomen door… niet te roddelen en te oordelen, meer te luisteren, geduld te hebben, ons af te vragen: Hoe zou ik me voelen in een dergelijke situatie?
Mensen verwachten soms van God échte wonderen: dat een opgegeven zieke toch beter wordt. God kan dat, inderdaad, maar laten wij die wonderen van liefde verrichten. Dan kunnen we daarna God vragen zijn wonderen te doen.
Broeders en zusters, onze melaatse vriend in het evangelie had niet gedacht, dat hij ooit nog eens een normaal, vrij en blij leven zou kunnen leiden. Maar dan raakt Jezus Christus hem aan en terstond was de melaatsheid verdwenen. Zijn vreugde was onbeschrijfelijk.
Wij zitten niet met melaatsheid, maar wel een besmettelijk coronavirus. Sommige mensen zijn echt bang en isoleren zichzelf. Ze komen nergens meer. Hoe lang gaat dit nog duren!?
Er zijn geleerden, die beweren, dat corona voor altijd bij ons zal blijven en dat we misschien wel ieder jaar moeten vaccineren.
Ik denk dan: dat zullen nog weleens zien … want God is er ook nog, toch!? Het is maar hoe veel mensen er tot Hem gaan bidden en of ze met hart en ziel tot Hem gaan bidden!? Soms is één biddende persoon genoeg – de melaatse viel voor Jezus op zijn knieën en smeekte Hem uit het diepst van zijn hart – maar als een heel volk, ja, heel de wereld moet worden genezen, dan moeten er wel wat meer mensen op hun knieën.
Beste medegelovigen, God heeft beloofd, dat Hij ooit op grootse wijze zal ingrijpen, net als bij die melaatse zal het opeens gebeuren, als een donderslag bij heldere hemel. Hij heeft zich daar tegenover heiligen over uitgesproken, bijvoorbeeld de Poolse zuster Maria Faustina Kowalkska. In haar dagboek, nummer 83, schrijft zij, dat O.L. Heer haar het volgende heeft gezegd: “Schrijf dit: voordat Ik kom als de rechtvaardige Rechter, kom Ik eerst als de Koning van barmhartigheid. Voordat de dag van de gerechtigheid aanbreekt, zal er aan de mensen een dergelijk teken aan de hemel gegeven worden: Alle lichten aan de hemel zullen gedoofd worden en er zal grote duisternis over de gehele aarde zijn. Dan zal in de lucht het teken van het kruis gezien worden en vanuit de openingen, daar waar de handen en de voeten van de Verlosser vastgespijkerd waren, zullen grote lichten te voorschijn komen die de aarde gedurende een bepaalde tijd zullen verlichten. Dit zal kort voor de laatste dag plaats vinden.”
Andere heiligen, profeten, vullen aan – zoals de vier evangeliën elkaar ook aanvullen – dat in deze ‘verlichting’ iedereen 1) zal zien dat God bestaat, niemand zal dat nog kunnen ontkennen, en 2) iedereen zal zijn eigen daden zien door de ogen van God: dit is goed en dat is kwaad. Het zal een correctie zijn van het geweten van heel de mensheid. Gods tegenstanders zullen dan Hem met nog meer kracht gaan bestrijden. Maar – ik neem toch aan – het grootste deel van de mensheid zal zich bekeren, gedoopt willen worden, of willen biechten als ze al gedoopt zijn. God zal ons alle zonden, die wij nog niet gebiecht hebben, in één keer laten zien. En wat zullen er dan veel mensen op de knieën gaan, om vergeving te vragen, maar ook om vanaf dan alle noden en wensen van Kerk en samenleving bij God aan te bevelen.
En wanneer gaat dit dan gebeuren!? Dat weet God. En ook Moeder Maria. Het zou me niets verbazen als deze verlichting één van de tien geheimen van Medjugorje is, die Maria aan de zes zieners bekend heeft gemaakt.
De Braziliaanse pater Livio van Radio Maria hoopt – hoopt! – dat het dit jaar gaat gebeuren, want op 24 juni 2021 bestaat Medjugorje 40 jaar en 40 is het getal van de voltooiing. De joden trokken 40 jaar door de woestijn en toen kwamen ze in het Beloofde Land. Mozes zat 40 dagen op de berg Sinaï en toen zag hij het licht: hij kreeg de Tien Geboden van God op twee stenen tafelen. Jezus verbleef 40 dagen in de woestijn en begon toen zijn verkondiging met de woorden: Bekeert u, want het Rijk Gods is nabij.
Wij allemaal willen graag bevrijd worden van allerlei ongemakken. Maar vanuit het gebeuren van de genezing van een lamme weten wij, dat Jezus de geestelijke genezing belangrijker vindt dan de lichamelijke. Éérst zei Jezus tegen de lamme, dat zijn zonden vergeven waren en – na een gesprekje daarover – genas Hij de man van zijn verlamming.
Spoedige verlichting van het geweten of niet, het geestelijke komt eerst. Laten we allemaal gaan biechten. Dat kan hier. Van maandag t/m zaterdag is er tussen 14.00 en 15.00 uur biechtgelegenheid. Maar het mag ook gerust in Heiloo. Dagelijks van 14.00 – 15.30 uur in de grote kapel. Als we maar gaan. Biechten doen we om God te eren. We willen innerlijk zo veel mogelijk lijken op het beeld, dat Hij van ons voor ogen heeft. We doen het om een zekere kinderlijke onschuld in onszelf te herstellen. We doen het, gewoon omdat Hij het sacrament aanbiedt, omdat Hij het vraagt.
Zoeken wij eerst het Koninkrijk van God, het geestelijke, dan zal de rest ons er bijgegeven worden. Amen.