Ter voorbereiding van de viering op Goede Vrijdag op 10-04-2020

Ter voorbereiding van de viering op Goede Vrijdag op 10-04-2020

Uit een preek van Hugo van Sint Victor († 1142)

Alles is volbracht, dat wil zeggen: alles is vervuld.

‘Toen Jezus van de zure wijn genomen had, zei Hij: het is volbracht. Daarop boog Hij het hoofd en gaf de geest’ (Joh. 19, 30). Slechts een kort woord, dierbaren, hebben wij aangehaald, maar dit is boven alles verheven, want het beschrijft ons de voltooiing van onze verlossing. In Christus’ dood zijn alle voorafbeeldingen die erop betrekking hebben, tot vervulling gekomen. En wat de profeten over dit sterven hebben voorspeld, is nu vervuld. Daarom heeft de Heer tot de apostelen gezegd: ‘Wij trekken op naar Jeruzalem. Daar zal aan de Mensenzoon alles vervuld worden wat door de profeten geschreven is’ (Lc. 18, 31).

Alles is volbracht. In de dood van Christus is de voorafbeelding vervuld die wij zien in de schepping van Eva uit de zijde van de slapende Adam, want dit betekende de verlossing van de Kerk door het bloed dat uit de zijde van de gestorven Christus vloeide. Vervuld is ook een ander beeld: uit afgunst doodde Kaïn zijn broer Abel, want dit betekende dat Jezus uit afgunst door mensen uit zijn eigen volk aan Pilatus zou worden overgeleverd om gekruisigd te worden. Vervuld is nu in hogere zin wat Abraham deed die zijn zoon Isaäk op het altaar, op een stapel hout, legde om hem als offer aan God op te dragen. Dit betekende dat de mensheid haar zoon Christus, naar het vlees uit haar geboren, op het kruis ten offer zou brengen aan God. Vervuld is in dezelfde zin de voorafbeelding die wij kennen in het slachten van het paaslam toen God de kinderen van Israël bevrijdde uit de slavernij van Egypte. Dit betekende dat het geestelijke Israël door Christus’ dood bevrijd zou worden van het juk van de boze machten. Vervuld is het teken dat Mozes stelde, toen hij het bittere water zoet maakte door er hout in te werpen en toen hij water uit de rots liet stromen. Dit alles verwees immers naar Christus, die door zijn bittere dood de hardheid van de oude wet zou vervangen door de zachtheid van zijn juk. Hij zou voor ons uit de ware rots, die Hijzelf was, stromen van levend water laten vloeien die duidden op de Geest. Vervuld is het voorschrift over de zondebok, die de zonden van het volk naar de woestijn moest dragen: dit was een beeld van Hem die onze zonden zou wegnemen.

In Christus’ dood zijn ook de voorzeggingen van de profeten in vervulling gegaan. Vervuld is wat Mozes heeft gezegd: ‘Een gehangene aan een paal is door God vervloekt’ (Deut. 21, 23). Daarom zegt de Apostel: ‘Christus heeft ons vrijgekocht van de vloek der wet door zelf voor ons een vervloekte te worden’ (Gal. 3, 13). Vervuld is wat David zei: ‘Zij deden vergif in mijn voedsel, zij lesten mijn dorst met azijn’ (Ps. 69 (68), 32). Vervuld is ook de voorzegging van Jesaja (53, 8): ‘Hij is geslagen om de weerspannigheid van mijn volk’, en: ‘Hij is ten offer gebracht, omdat Hij het zelf wilde’ (Jes. 53, 7, – Vulg.). Er zijn dus vele dingen vervuld: verre voorafbeeldingen en profetische voorzeggingen die betrekking hebben op de dood van Christus. Maar wie zou alle beelden en uitspraken kunnen tellen en verklaren? Alles is volbracht, want al wat vóór Christus’ dood moest geschieden is in zijn dood vervuld.

De dood van de Heer is daarom voor ons het volkomen herstel van het leven, verzoening met God, kwijtschelding van schuld, toekenning van gerechtigheid; zijn dood betekent voor ons het sluiten van het dodenrijk, het opengaan van de hemel, de vernietiging van de straf en het verkrijgen van de heerlijkheid. Volbracht is dus alles: al het kwade is weggenomen, al het goede is tot volmaaktheid gebracht. Terecht staat er dus geschreven dat Jezus, toen Hij van de zure wijn genomen had, zei: ‘Het is volbracht.’