Preek op 10-06-2020, woensdag in de 10e week door het jaar 2
Wij horen in bepaalde kringen weleens over verjaardagsfeestjes, die buitensporig groots worden gevierd. Nu horen wij ook al heel af en toe hoe sommige ouders zijn begonnen met het vóór de geboorte vieren van een soort aankondiging van het geslacht van het kindje.
Er worden bijvoorbeeld cupcakes uitgedeeld en als we die dan gaan eten komen we ofwel een roze ofwel een blauwe vulling tegen. En dan weten we of het een meisje of een jongetje wordt. Of er wordt vuurwerk afgestoken met ofwel roze ofwel blauwe tinten. Op grootse wijze maken ouders dit dan bekend.
In de eerste lezing van vandaag gaat de profeet Elia er op grootse wijze voor om God aan de mensen bekend te maken. Hij hoopt, dat de spectaculaire gebeurtenis de Israëlieten ervan zal overtuigen, dat de Heer de enige ware God is. Hij hoopt erop, dat ze dan allemaal zullen geloven en zich zullen afkeren van het aanbidden van de afgod Baäl. En hopelijk gaat de droogte, die al drie jaar aanhoudt, dan ook voorbij.
God reageert op het gebed van de profeet inderdaad met een krachtige vuurstorm, die niet alleen het vlees en het hout verteerde, maar zelfs de stenen en het stof en het water in de geulen rondom. En het bracht het gewenste effect: de Israëlieten erkenden Jahweh God en bogen zich voor Hem neer.
Velen van ons kunnen de frustratie van Elia goed begrijpen. Het is vaak heel moeilijk om mensen terug te brengen naar God. Men zegt weleens: heidenen bekeren is een christelijk werk, maar christenen bekeren is een heidens werk.
Veel mensen hebben wel familieleden of collega’s, die niet of niet meer in God geloven en vastzitten in een soort geestelijke droogte. Konden ook wij maar op een spectaculaire wijze het bestaan van God bewijzen, zoals Elia dat deed! Misschien zou dat de mensen om ons heen helpen om in God te geloven.
Wel, waarom zouden we dat niet aan God vragen!? Elia pakte het groots aan. Bij Hem bleef het niet alleen maar bij lege woorden en al helemaal God dat hij zijn mond niet dicht hield. Hij bad de Heer, dat Hij iets spectaculairs zou doen en geloofde, dat God zijn gebeden zou verhoren.
Wij hoeven er geen op-leven-of-dood-kwestie van te maken, maar wij kunnen wel van onze gebeden iets groots maken: “Heer, openbaar uw liefde aan deze persoon en geef hem een levend geloof!” Of wij bidden: “Heilige Geest, maak op een tastbare manier uw aanwezigheid bekend aan deze persoon!” Ofwel: “Jezus, ik geloof, dat U mijn vriend kan genezen!”
In Amerika zeggen ze: “Go big!” Dat wil zeggen, pak het groots aan! Vraag God om krachtige oplossingen. We hebben toch met onze God van doen. Van een klein kind kunnen wij niet anders dan kleine dingen verwachten. Maar van God mogen wij de allergrootste dingen verwachten. Geloven wij, dat Hij op zijn tijd en op zijn manier onze gebeden zal verhoren.