27 juli – Z. Titus Brandsma, priester en martelaar

Uit het Supplementaire Lectionarium

Nederlandse Kerkprovincie

27 juli

Z. Titus Brandsma, priester en martelaar

Gedachtenis

Gemeenschappelijke voor martelaren (Lectionarium IV, p. 328 e.v.).

EERSTE LEZING

Ofwel:

Als een brandoffer heeft God hen aanvaard.

Lezing uit het boek Wijsheid     3, 1-9

De zielen van de rechtvaardigen zijn in Gods hand
en geen foltering zal hen deren.
In de ogen van de dwazen schenen zij dood te zijn
en hun heengaan werd als een onheil beschouwd,
hun verdwijnen uit ons midden als een vernietiging.
Zij zijn echter in vrede.
Ook al worden zij naar de mening van de mensen gestraft,
zij zijn vervuld van één hoop, de onsterfelijkheid;
na een korte tuchtiging
zullen zij een grote weldaad ontvangen,
omdat God hen op de proef heeft gesteld
en bevonden heeft, dat zij Hem waardig zijn.
Als goud in de smeltkroes heeft Hij hen gekeurd;
als een brandoffer heeft Hij hen aanvaard.
Wanneer dan de tijd van hun oordeel komt,
zullen zij ontbranden
en als vlammen door een stoppelveld jagen.
Zij zullen rechtspreken over de naties
en heersen over de volkeren
en de Heer zal hun koning zijn, in eeuwigheid.
Zij die op Hem vertrouwen, zullen de waarheid verstaan
en zij die trouw zijn, zullen in liefde bij Hem verblijven,
want genade en barmhartigheid
vallen zijn uitverkorenen ten deel.

Woord van de Heer.

ANTWOORDPSALM     Ps. 126 (125), 1-2ab. 2cd-3. 4-5. 6 (R. 5)

R. Die onder tranen zaaien, zij oogsten met gejuich.

De Heer bracht Sions ballingen terug:
het was alsof wij droomden.
Toen lachten alle monden
en juichte elke tong. R.

Toen zei men bij de volken:
geweldig is het wat de Heer hun deed.
Geweldig was het wat de Heer ons deed,
daarom zijn wij zo blij. R.

Keer nu ons lot ten goede, Heer,
zoals een beek doet in de Zuid-woestijn.
Die onder tranen zaaien,
zij oogsten met gejuich. R.

Vol zorgen gaan zij uit
met zaaizakken beladen;
maar keren zingend weer
beladen met hun schoven. R.

Ofwel:

EERSTE LEZING

Allen die in Christus Jezus godvruchtig willen leven,
zullen vervolgd worden.

Lezing uit de Tweede brief van de heilige apostel Paulus aan Timóteüs     2, 3-13

Dierbare,

Draag uw deel van de last,
als een goed soldaat van Christus Jezus.
Een militair in actieve dienst
laat zich niet in met de zaken van het burgerlijk leven,
als hij tenminste zijn meerderen tevreden wil stellen.
Een atleet zal geen prijs winnen,
als hij zich niet houdt aan de regels van de wedstrijd.
De boer die het zware werk verricht,
heeft het eerst recht op de opbrengst van zijn arbeid.
Let goed op wat ik zeg:
de Heer zal u in alles inzicht geven.
Houd Jezus Christus in gedachten,
Davids Nazaat, die uit de dood is opgestaan.
Zo luidt de boodschap die ik verkondig
en waarvoor ik zelfs als een misdadiger
gevangenschap heb te lijden.
Maar het woord van God laat zich niet in boeien slaan.
Daarom ben ik bereid alles te verdragen
ter wille van de uitverkorenen,
opdat ook zij het heil verwerven in Christus Jezus
en eeuwige heerlijkheid.
Hoe waar is dit woord:
“Als wij met Hem gestorven zijn, zullen wij met Hem leven.
Als wij volharden, zullen wij met Hem heersen.
Als wij Hém verloochenen, zal Hij óns verloochenen.
Als wij ontrouw zijn, blijft Hij trouw:
zichzelf verloochenen kan Hij niet.”

Woord van de Heer.

ANTWOORDPSALM     Ps. 18 (17), 2-3a. 3bc-4. 5-6, 7,19-20 (R. Job 1, 21)

R. De Heer neemt en de Heer geeft, gezegend is de naam van de Heer.

Heer, U heb ik lief, mijn sterkte zijt Gij,
mijn toevlucht, mijn burcht, mijn bevrijder. R.

Mijn God, de rots waar ik toevlucht vind,
mijn schild, mijn behoud en bescherming.
Wanneer ik de Heer aanroep, Hij zij geprezen,
dan doet geen vijand mij kwaad. R.

Want golven van doodsgevaar sloten mij in,
een stortvloed van onheil maakte mij angstig.
Het net van het dodenrijk hield mij gevangen,
de strik van de dood lag reeds om mij heen. R.

Toen wendde ik mij tot de Heer in mijn nood
en riep ik mijn God aan om hulp.
Hij hoorde mijn stem in zijn hoge paleis,
zijn oor ving mijn noodkreten op. R.

Zij hadden mij onverhoeds overvallen,
maar ik werd beschermd door de Heer.
Hij bracht mij behouden in open veld,
Hij hielp mij omdat Hij mij liefheeft. R.

ALLELUIA     1 Kor. 1, 18

R. Alleluia.
De prediking van het kruis is een dwaasheid
voor hen die verloren gaan,
maar voor hen die gered worden,
is zij een goddelijke kracht.
R. Alleluia.

EVANGELIE

Weest barmhartig, zoals uw Vader barmhartig is.

Lezing uit het heilig Evangelie volgens Lucas     6, 27-36

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen:
“Tot u die naar Mij luistert zeg Ik:
Bemint uw vijanden, doet wel aan die u haten,
zegent hen die u vervloeken
en bidt voor hen die u mishandelen.
Als iemand u op de ene wang slaat,
keer hem ook de andere toe;
en als iemand uw bovenkleed van u afneemt,
belet hem niet ook uw onderkleed te nemen.
Geef aan ieder die u iets vraagt,
en als iemand wegneemt wat u toebehoort,
eis het niet terug.
Zoals gij wilt dat de mensen u behandelen,
moet gij het hun doen.
Als gij bemint wie u beminnen,
wat voor recht op dank hebt ge dan?
Ook de zondaars beminnen wie hen liefhebben.
Als gij weldoet aan wie u weldaden bewijzen,
wat voor recht op dank hebt ge dan?
Dat doen de zondaars ook.
Als gij leent aan hen van wie ge hoopt terug te krijgen,
wat voor recht op dank hebt ge dan?
Ook de zondaars lenen aan zondaars
met de bedoeling evenveel terug te krijgen.
Neen, bemint uw vijanden,
doet goed
en leent uit zonder erop te rekenen iets terug te krijgen.
Dan zal uw loon groot zijn,
dan zult ge kinderen zijn van de Allerhoogste,
die immers ook goed is voor de ondankbaren en slechten.
Weest barmhartig, zoals uw Vader barmhartig is.”

Woord van de Heer.