Overweging ter voorbereiding van 11-04-2024, H. Stanislaus, bisschop en martelaar

Uit een brief van de heilige martelaar Cyprianus, bisschop van Carthago († 258)

De strijd voor het geloof

Terwijl wij op het slagveld staan en strijden voor het geloof, ziet God ons, zien zijn engelen ons, ziet ook Christus ons. Wat een verheven eer, wat een geluk te mogen strijden terwijl God onze vorst is, en de krans te ontvangen terwijl Christus onze rechter is.

Geliefde broeders en zusters, wij moeten ons inspannen met alle krachten, ons wapenen en ons op de strijd voorbereiden met een onbedorven geest, met een zuiver geloof en onverschrokken moed. Mogen bij de strijd die ons aangezegd is, Gods legerscharen vooropgaan.

Dat wij ons moeten wapenen en voorbereiden, leert de Apostel: ‘Staat dan, uw lendenen omgord met de waarheid, bekleed met het harnas der gerechtigheid, de voeten geschoeid met ijver voor het evangelie van vrede. Hanteert daarbij het grote schild van het geloof, waarmee gij alle brandende pijlen van de boze kunt doden. Neemt ook de helm van het heil en het zwaard van de Geest, dat is: het woord Gods’ (Ef. 6, 14-17).

Nemen wij deze wapens op en versterken wij ons met deze geestelijke en hemelse bescherming, om op de dag van het kwaad aan de bedreigingen van de duivel te kunnen weerstaan.

Trekken wij het harnas van de gerechtigheid aan, zodat onze borst afgeschermd is en beveiligd tegen de pijlen van de vijand. Mogen onze voeten geschoeid zijn en bewapend met de leer van het evangelie. Dan kan de slang, als hij door ons vertrapt en verbrijzeld wordt, ons niet bijten en laten struikelen.

Dragen wij dapper het schild van het geloof, dat ons beschermt en de pijlen van de vijand blust.

Bedekken wij ons hoofd met de geestelijke helm: hij schermt onze oren af tegen verderfelijke uitspraken, onze ogen tegen afgodsbeelden, ons voorhoofd om het kruisteken ongeschonden te bewaren, en onze mond om daarmee de overwinning van Christus onze Heer te belijden.

Wapenen wij ook onze rechterhand met het geestelijk zwaard om verderfelijke offers krachtig af te wijzen, om te denken aan het lichaam van de Heer dat deze hand ontvangt in de eucharistie en om Hem te omarmen in de hoop op de eeuwige beloning met een krans in de hemel.

Geliefde broeders en zusters, laat dit in uw hart geprent zijn. Als de dag van de vervolging ons treft, terwijl wij dit overdenken, zullen wij als soldaat van Christus, onderricht in zijn leer, niet bang zijn voor de strijd maar klaarstaan voor de krans van de overwinning.