Overweging ter voorbereiding van 05-02-2024, H. Agatha, maagd en martelares

Uit de lofrede van de heilige Methodius, bisschop van Constantinopel († 847), op de heilige Agatha

Haar naam werd haar door God, de bron van alle goed, geschonken

Ieder jaar herdenken wij deze martelares en dat feit heeft ons allen hier samengebracht. Gij weet het: een martelares, heel oud als het gaat om de tijd waarin zij gestreden heeft, maar jong omdat zij ook nu nog als het ware strijd levert door het verrichten van wonderen en zo dag aan dag wordt getooid met een overwinningskrans.

Zij is een jonge vrouw, geboren uit het onvergankelijke Woord van God, de ene en onafscheidelijke Zoon, die ook voor mij als mens de dood heeft geproefd in zijn vlees. Dat zegt Johannes, de evangelist: ‘Aan allen die Hem aanvaardden, aan hen gaf Hij het vermogen kinderen van God te worden’ (Joh. 1, 12).

Een jonge vrouw, die onze gast is bij deze gewijde maaltijd. Een vrouw, die zich verloofd heeft met haar ene bruidegom, Christus, om de beeldspraak van de apostel Paulus over het huwelijk te gebruiken. Een meisje, dat in haar strenge plichtsbesef met het purperrode bloed van het ware en goddelijke Lam haar lippen, wangen en haar tong gesierd en gekleurd heeft. Door een blijvende inzet van haar geest droeg zij, als was het bloed nog vers, de dood van haar Geliefde met zich mee. Zo is het kleed van haar marteldood onuitwisbaar gedrenkt in het purperrode bloed van Christus; zo laat zij voor komende generaties het rode bloed van haar ongereptheid stromen in de niet opdrogende vloed van haar welsprekend getuigenis.

Deze Agatha is er – zoals haar naam zegt – voor God, haar Bruidegom, als het goede deel van Hem, en verder voor ons, omdat zij het goede overdraagt. Zij is een geschenk uit de overgrote goedheid van de Heer.

Wat kan er nog aangenamer zijn dan het goede? Dan is er niets te vinden dat meer lof verdient dan Agatha.

Agatha is goedheid: met haar naam en metterdaad. Zij laat in haar daden zien hoe zij heet, zij toont in haar naam wat zij doet. Agatha oefent op allen een aantrekkingskracht uit door haar naam. Door haar voorbeeld leert zij alle mensen zich met haar te haasten naar het werkelijk goede, dat is God.