Preek op 12-02-2023, 6e zondag door het jaar A, diaken Eelke Ligthart

Preek op 12-02-2023, 6e zondag door het jaar A, diaken Eelke Ligthart

Openingswoord

Dierbare medegelovigen, van harte welkom hier in de kerk, ook al degenen die via life-stream met ons zijn verbonden.

Vandaag horen we Jezus zeggen in het evangelie: Ik ben niet gekomen om op te heffen, maar om de vervulling te brengen. Het gaat om de wet en wat de profeten hebben gezegd.

Het wordt een soort waarschuwing voor de leerlingen van Jezus. Allerlei situaties in het gewone dagelijkse leven worden tegen het licht gehouden om er eens goed over na te denken.

De tien geboden, wie ruzie maakt met broer of zuster, echtbreuk pleegt passeert de revue. Het gaat Jezus om de oorspronkelijke bedoeling van de wet, maar Hij verliest niet het leven van alle dag uit het oog.

Je kunt je afvragen hoe dicht komt ons dagelijkse leven bij het oorspronkelijke van de wet, uitgangspunten van de prediking van Jezus?

Preek

Van Jezus is bekend dat hij gedurende zijn publieke leven – dat wellicht niet meer dan anderhalf jaar heeft geduurd – een aantal leerlingen rondom zich verzamelde en onderricht gaf zoals een leraar, een rabbi. En vanaf het begin was duidelijk dat hij voor honderd procent in de lijn stond van de geschriften van zijn joodse traditie. Ik ben niet gekomen om de Wet of de Profeten af te schaffen, staat er. Maar toch begint met Jezus iets nieuws. Hij brengt die joodse geschriften opnieuw tot vervulling. Hij brengt die overgeleverde woorden terug tot hun oorspronkelijke bedoeling. Zo trekt hij die woorden radicaal door, en dat doet hij zonder het concrete leven uit het oog te verliezen.

Maar hij staart zich niet blind op wat wij doen, want hij kijkt naar wat er in ons hart leeft nog vóór we iets hebben gedaan …

Want waar begint moord? Is het pas wanneer je een mes tussen iemands ribben hebt gestoken? Of begint moord al wanneer je in woede tegen je broeder of zuster tekeer gaat? Waar begint overspel? Is het pas wanneer men met iemand tussen de lakens betrapt wordt? Waar begint onbetrouwbaarheid? Als er een eed nodig is om iemand ervan te overtuigen dat je betrouwbaar bent, is er dan niet al iets mis? Laat jullie ja ja zijn, en jullie nee nee …

In dat onderricht van Jezus voel je telkens die spanning tussen het concrete leven en de overgeleverde geloofstraditie. Met beide benen in het dagelijkse leven, laat hij zich door de overgeleverde woorden aanspreken. In die spanning tussen woord en leven wil hij staan, en hij roept zijn toehoorders op – en ook ons vandaag – in die spanning te blijven staan. Maar hij vindt dat wie hem volgt verder moet gaan en tot méér in staat is dan alleen maar voorschriften, regels en reglementen, na te leven. Natuurlijk moeten bestaande wetten gevolgd worden, anders wordt het samenleven onmogelijk. Maar je kan verder gaan, zegt Jezus, en meer doen dan wat moét… En méér doen dan wat moét, is je radicaal laten leiden door de Liefde van God.

Daarom drukt hij ons op het hart open te staan voor het Mysterie dat ook zijn leven houvast en zekerheid gaf. Het meest verrassende is wel dat hoe meer we ons leven afstemmen op de Liefde van God, hoe dichter wij bij onszelf komen. Als we ons niet door God laten beminnen, blijven we aan de oppervlakte. Maar nu helpt zijn Liefde ons onszelf beter te kennen en oog te hebben voor mensen naast ons. Jezus was daar goed in. Hij kon het goede dat in mensen aanwezig is, sluimerde, tot leven roepen; en hij kon mensen die schoorvoetend en kwetsbaar iets van hun leven probeerden te maken, moed geven. Hij koos voor de machtelozen en verdrukten; en werd zelf een uitgestotene, kwetsbaar en weerloos als een arme. Zij hebben hem uitgescholden, vervolgd en van allerlei kwaad beschuldigd. Maar hij ging door.

Als Gods Liefde zo ook in ons leven tot zijn recht komt, dan ontdek je in jezelf een kracht, die nee zegt tegen alle onrecht, een kracht die maakt dat leven mogelijk wordt voor wie geen leven hebben. Het betekent in heel onze manier van omgaan met anderen, toewerken naar ‘een nieuwe aarde waar gerechtigheid gewoon is. Dat klinkt als een belofte, maar het is ook als een opdracht. Werk maken van gerechtigheid is de naam van God waarmaken. Gerechtigheid is liefde in de praktijk. Het is God doen … Het betekent anders gaan denken en handelen, een andere mentaliteit aannemen, soms een andere norm hanteren. Ook al scheldt de ander, we worden uitgenodigd het niet te doen; ook al liegt de ander, we worden opgeroepen het niet te doen; ook al steelt de ander, we worden uitgedaagd het niet te doen.

Die radicalisering kan niet afgedwongen worden door wetten. Geen wet kan iemand dwingen verzoeningsgezind te zijn, je broeder en zuster niet te minachten, in je hart trouw te blijven … Een leven waarin je je laat uitdagen door die radicalisering wordt dan ook niet loodzwaar of doodernstig. Je weet op voorhand dat je het gedroomde ideaal niet bereikt, en toch word je daar niet moedeloos van. Waarom niet? Omdat die bereidheid je door woorden van God te laten aanspreken, van God komt. Hij geeft ons de kracht én de ruimte. En dat is misschien wat Jezus vooral bedoelt: Houd op, je weg te stoppen achter je éigen volmaaktheid! Maar geef Gods volmaaktheid alle kansen! Dus blijven we zoeken hoe we gewetensvol kunnen groeien naar wat voor ons haalbaar is. Zonder de lat te hoog of te laag te leggen, doen we het goede dat we reeds aankunnen. Dat is, zoals Paulus schreef aan de christenen in Korinte, wijsheid voor wie volwassen is in het geloof. Amen.