In het jaar 251 is Cornelius tot paus gekozen van de Kerk. Van tevoren is hij priester in Rome en kent de paus Fabianus goed. Wanneer deze paus gedurende een van de vele vervolgingen als martelaar sterft, volgt Cornelius hem op. Het heeft lang geduurd, voordat er een nieuwe paus werd gekozen. Er is op dat moment namelijk een beetje ruzie in de Kerk. Waar gaat het om? Jullie hebben al vaker gehoord dat veel christenen heel dapper gestorven zijn voor hun geloof in Jezus. De heidense keizers bedachten echter steeds akeligere martelingen. Stel je maar eens voor, dat je heel langzaam verbrand wordt, of dat je door een beer wordt doodgedrukt. De christenen weten natuurlijk, welke gemene plannen de keizers met hen hebben. Nu moet je eens goed nadenken. Zou je kunnen begrijpen, dat er mensen zijn, die zo bang worden, voor de pijn, voor de martelingen, dat ze de keizer maar hun zin geven. Ze gaan dan offeren aan de keizer. Kun je je dat voorstellen? Nou, er zijn in die tijd mensen die gevangen worden genomen en dan zien wat er met hun medechristenen allemaal voor gemene dingen worden gedaan. Ze willen wel bij Jezus horen, maar als ze dat allemaal zien, worden ze toch wel erg bang. Wanneer dan de keizer tegen hun zegt, dat ze helemaal niet bang hoeven te zijn, als ze maar niet meer van Jezus houden, dan geven ze zich over. De angst voor de pijn en de dood is te groot geweest. Dat is natuurlijk toch wel erg. Stel je eens voor, dat Jezus had gezegd: “Nee, Ik wil niet aan het kruis. Ik ben bang. Laat maar iemand anders sterven. Ik wil het niet”. Dat zou verschrikkelijk geweest zijn. Want dan konden we niet meer in de hemel komen en konden we dus nooit meer voor altijd gelukkig zijn. Dat wisten de martelaren heel goed. Wanneer ze naar het circus werden gebracht om te sterven, dan dachten ze aan Jezus. Die had ook veel pijn moeten lijden. En ze wisten ook heel goed, dat Jezus nooit iets verkeerds had gedaan. Jezus wilde alleen maar deze verschrikkelijke kruisdood sterven, omdat Hij zoveel van ons houdt. Dat wisten de martelaren. Daar dachten ze aan, voordat ze gingen sterven. Ze hielden zoveel van Jezus, dat ze liever voor Hem wilden sterven, dan niet meer bij Hem te horen.
Natuurlijk is het erg, als mensen zo bang worden voor de dood, dat ze niet meer van Jezus willen houden.
Dat gebeurde dus wel eens in de tijd van de vervolgingen. Wat moest er nu met die mensen gebeuren. Wanneer de vervolgingen weer voorbij waren, wilden ze wel weer graag bij Jezus horen. Nu waren er leiders van de Kerk, die zeiden: “Wie Jezus eenmaal heeft verraden, die hoeft nu ook niet meer bij Hem te horen”. Er waren ook bisschoppen die zeiden: “Och, zo erg was het ook weer niet. Kom maar weer gauw terug. Het is allemaal vergeven en vergeten”. En daar was in Rome en in de hele Kerk een beetje ruzie over ontstaan. En nu moest er een nieuwe paus gekozen worden. De strenge bisschoppen wilden natuurlijk ook een strenge paus, en de bisschoppen die niet zo streng waren, wilden ook geen strenge paus. Daarom heeft het veertien maanden geduurd, voordat men een nieuwe paus gekozen heeft. Dat is Cornelius. En weet je wat nu het bijzondere is. Cornelius kon allebei de groepen begrijpen. Hij was niet te streng, maar hij deed ook niet, alsof het helemaal niet erg was, als je Jezus had verloochend.
Zelf heeft Cornelius Jezus nooit in de steek gelaten. Hij heeft ook voor Jezus moeten lijden. Nee, hij is niet door de dieren verslonden of op een andere manier gemarteld. Hij wordt op een dag door de keizer uit Rome weggestuurd. In ballingschap noemen ze dat. Dat vond Cornelius heel erg. Hij wilde zo graag bij zijn mensen blijven en voor hen zorgen. In ballingschap is Cornelius gestorven, ver van de stad waar hij paus was: Rome. We mogen de heilige Cornelius vooral aanroepen bij allerlei kinderziektes, zoals stuipjes. Ook is hij de beschermer van het vee, dat horens heeft. Daarom heeft hij vaak een hoorn in de hand.
We vieren het feest van de heilige Cornelius op 16 september.
Heilige Cornelius, wij danken u, dat u zoveel van Jezus hebt gehouden; en zo een voorbeeld voor ons bent. Bescherm ons tegen alle ziektes. Zorg dat onze kinderen gezond blijven, of dat ze weer gauw beter worden als ze ziek zijn. Bid voor ons allemaal, dat we ook bij God in de hemel mogen komen. Amen.