Preek op 22-03-2020, 4e zondag van de Veertigdagentijd, jaar A, pastoor Frank Domen

Preek op 22-03-2020, 4e zondag van de Veertigdagentijd, jaar A, pastoor Frank Domen

Openingswoord

Broeders en zusters, allemaal van harte welkom.

Vanwege het coronavirus zijn we met weinigen (13). Maar dankzij onze livestreamverbinding zijn we toch met velen.

Het zijn moeilijke tijden, spannende. Er zijn landen waar het virus elke dag honderden slachtoffers maakt. Krijgen wij dat ook!? Mensen worden zenuwachtig, bang. Worden er nog strengere maatregelen genomen, net als in veel andere landen? Het zal ons niet verbazen. Misschien moeten we erop hopen, want er zijn nog steeds mensen, die zich niet aan de maatregelen houden.

Ook al worden er spontaan allerlei mooie initiatieven genomen – bijvoorbeeld oud-verpleegkundigen, die weer aan de slag gaan – het lijkt erop, dat donkere wolken zich boven Nederland samenpakken.

Vandaag horen wij in het evangelie over een man, die al zijn hele leven lang in het duister verkeerde, de blindgeborene. Voor hem was er maar één, die uitkomst kon bieden, Jezus Christus, zijn Heiland, ónze Heiland.

Laten wij onszelf, al onze dierbaren, ja, heel Nederland, bijzonder bij deze goddelijke Heiland aanbevelen. De overheid en alle medische personeel doen hun best. Maar – zoals ik al vaker heb gezegd – we moeten werken alsof alles van ons afhangt en we moeten bidden alsof alles van God afhangt.

En mocht deze bijzondere tijd een diepere betekenis hebben – en dat is ongetwijfeld zo – dat dan bij steeds meer mensen de ogen ervoor open mogen gaan.

Openingsgebed

Laat ons bidden. Heer, onze God, niet voor het duister hebt Gij ons gemaakt, niet voor de dood, maar voor het licht dat in de wereld is gekomen: Jezus, de Heer. Wek ons uit de slaap van het ongeloof, genees ons, open onze ogen, breng ons naar het licht dat alle mensen redding brengt: Jezus Christus, uw Zoon. Die met U leeft en heerst … Amen.

Preek

Hij ging, waste zich en kwam ziende terug.

Het evangelie van afgelopen zondag over de Samaritaanse vrouw bij de bron bevatte vier verschillende elementen. Zo ook het verhaal van vandaag over de blindgeborene.

Ten eerste wordt hij door Jezus Christus aangeraakt. Op de tweede plaats aanvaardt hij Jezus Christus. Ten derde getuigt hij over Jezus Christus. En op de vierde plaats reageren andere mensen op zijn getuigenis.

De ervaringen van de blindgeborene en de vrouw zijn vooral vergelijkbaar als wij naar de eerste drie punten kijken. Zowel de blindgeborene als de vrouw ontmoeten Jezus Christus en worden door Hem genezen. Zij werd genezen van haar zonden en hij van zijn fysieke blindheid. Beiden gingen geloven, dat Jezus Christus de door God beloofde Messias is. En zij begonnen ook allebei over Hem te getuigen.

Het belangrijkste verschil in deze twee verhalen zit in de manier waarop de andere mensen reageren. Het volk van Samaria werd geraakt door het getuigenis van de vrouw en ging ook in Jezus Christus geloven. Maar veel mensen rondom de blindgeborene sloten hun hart en wezen hem af.

Beide verhalen vertellen ons, dat Jezus Christus ons geloof wil vernieuwen en verlevendigen. Hoewel wij Hem niet lichamelijk kunnen aanraken, kunnen wij toch – als wij ons hart voor Hem openen – zijn aanwezigheid ervaren. Jezus Christus neemt altijd – als ik het zo mag zeggen – contact met ons op. Elke dag is Hij bij ons en spoort ons aan om naar Hem te kijken, Hem te vragen om hulp en inspiratie. Ook ons wil Hij bescherming geven tegen het virus en waar nodig genezing. Bovendien is zijn heilige Geest in ons en Deze maakt ons duidelijk, dat wij Gods geliefde kinderen zijn.

Zonder Jezus’ genezing is het onwaarschijnlijk, dat de blindgeborene en de vrouw bij de bron ooit zouden zijn veranderd. Zij zat vast in een vruchteloze zoektocht naar liefde en saamhorigheid. Hij zat gevangen in de onverschilligheid van de mensen om hem heen. Maar Jezus Christus haalde hen uit hun gevangenissen en wees hen een nieuwe weg.

Zo zitten wij allemaal op de een of andere manier vast. Soms komt het door verkeerde beslissingen, die wijzelf of anderen hebben genomen, en soms maakt het gewoon deel uit van ons leven. Zoals het coronavirus ons in zijn greep heeft. Als er ook bij ons een ‘lockdown’ komt, zitten wij bijna helemaal gevangen in onze huizen.

Ook voor ons, Nederlanders, geldt de vierde kwestie: hoe reageren wij op dit alles, hoe gaan wij er mee om?

Zijn wij als de dorpsgenoten van de Samaritaanse vrouw, die Jezus Christus uitnodigden om bij hen te blijven, om hen te onderrichten waardoor zij nieuwe mensen werden? Of zijn wij als de mensen rondom de blindgeborene? Zij sloten zich af voor het heil. Zelfs zijn eigen ouders waren bang om voor hun zoon te getuigen. Angst werkt verlammend.

Hoe wij ook vast kwamen te zitten, Jezus Christus is er ook voor ieder van ons en voor ons allen samen. Geven wij Hem de gelegenheid zijn armen om ons heen te slaan en ons op te tillen, opdat Hij ook ons nieuwe wegen kan wijzen. Wij moeten vanwege het virus afstand houden van elkaar. Maar Jezus Christus moeten wij tot ons laten naderen, hoe meer, hoe beter. Ik hoop, dat iedereen, en vooral de gezinnen, iedere dag samen het noveengebed bidden, want het komt niet vanzelf goed. Wij moeten eraan werken én we moeten ervoor bidden, dat deze duisternis weer in licht mag veranderen. Amen.