Preek op 12-01-2020, Doop van de Heer, jaar A, pastoor Frank Domen

Preek op 12-01-2020, Doop van de Heer, jaar A, pastoor Frank Domen

Openingswoord

Beste mensen, allemaal welkom. Vandaag het feest waarmee de Kerk de kersttijd afsluit: het feest van de Doop van de Heer. De kerststal staat er dus voor de laatste keer. Morgen gaat alles weer naar de torenkamer. Ik zou nog maar even goed kijken, misschien strakjes een laatste kaarsje opsteken.

In het evangelie zullen wij horen hoe God tegen Johannes de Doper en tegen eenieder, die oprecht op zoek is naar de waarheid, zegt: “Dit is mijn Zoon, mijn veelgeliefde, in wie Ik welbehagen heb”.

Waarom is Jezus de Veelgeliefde? Niet alleen omdat Hij de Zoon is, maar ook omdat Hij altijd en overal de wil van God heeft volbracht. Omdat Hij altijd dienstbaar was aan God en mensen. Niet alleen wanneer het Hem uitkwam, maar altijd, zonder voorbehoud. Hij gaf zich van harte.

Bidden wij, dat ook wij en al onze medegelovigen ons steeds meer van harte zullen geven: aan God en aan elkaar, en aan iedereen, die God ons op onze levensweg laat ontmoeten.

Openingsgebed

Laat ons bidden. Almachtige eeuwige God, toen Christus in de Jordaan gedoopt was en de heilige Geest op Hem neerdaalde, hebt Gij Hem geopenbaard als uw welbeminde Zoon. Wij bidden U: laat ook op ons, uw aangenomen kinderen, die herboren zijn uit water en heilige Geest, altijd uw welbehagen rusten. Door… . Amen.

Crèche

Kinderwoorddienst

Preek

Broeders en zusters, ons godsdienstig leven verloopt vrij regelmatig. Ieder jaar keren dezelfde feesten terug. Vooral de kersttijd en de paastijd hebben hun charmes – verhalen, liederen – die iets bijzonder in ons kunnen oproepen.

Zo was het ook bij de joden. Trouw gingen zij op de sabbat naar de kerk. Ze probeerden – net als wij met vallen en opstaan – de wet te onderhouden, vierden de feesten en hoopten vooral op de spoedige komst van de door God beloofde Redder.

Maar dan waait er opeens een frisse wind door het leven: Johannes de Doper begint zijn optreden. En hij is niet zomaar één van de vele geestelijke leiders, nee, hij heeft zich bijzonder voorbereid. Jarenlang in de woestijn gewoond, levend van sprinkhanen en wilde honing, gekleed in ruw kameelhaar.

Gods genade zorgde ervoor, dat Johannes enthousiast en inspirerend kon spreken over een naderend rijk van vrede. Hij pakte de mensen zelfs streng aan, zo van “als jullie je niet bekeren, worden jullie als bomen, die geen vrucht dragen, omgekapt en in het vuur geworpen.” Maar de mensen merkten, dat die boodschap uit zijn hart kwam, dat hij zo leefde en sprak om hen te helpen, uit bezorgdheid voor hun eeuwig heil. Hij wilde niet, dat de mensen verloren zouden gaan.

Beste mensen, is het ons weleens opgevallen, dat in onze tijd veel mensen bij het spreken over hun diepste gevoelens dikwijls verkleinwoordjes gebruiken, het met de nodige aarzeling doen? “Ik geloof, dat ik mezelf wel een gelukkig mens kan noemen. Een beetje geloof en een beetje vertrouwen in elkaar moet je wel hebben. Ik geloof wel min of meer in God of zoiets.”

Enerzijds is het begrijpelijk, want veel mensen lopen niet graag met hun diepste gedachtes te koop. Zij durven dat niet en zijn het ook niet gewend. Zij willen niet groot doen over zichzelf. Anderzijds zit er ook iets in van: ik geef mezelf niet helemaal. Ik ga me niet binden. Ik moet nog terug kunnen. En zo doen ze ook: zij geven zich met stukjes en beetjes, twijfelend aan zichzelf en aan anderen.

Maar … de Kerk en de wereld worden enkel beter door mensen, die zich zonder voorbehoud geven, ook al kunnen zij van tevoren niet alles overzien. Zo is het ook in een huwelijk en in een priesterleven. Je kunt trouwen, priester worden, hopen dat je gezond oud mag worden, maar we weten niet wat de dag van morgen zal brengen. Toch gaan we ons inzetten, onvoorwaardelijk, alleen dan kan er iets moois in beweging komen. En als het lastig wordt, zullen we gewoon moeten volhouden, desnoods onszelf geweld aandoen.

Deze inzet vinden wij bij de doop van Jezus. In zijn tijd was het gewoon iemand onder te dompelen. Dat had een diepe betekenis: een mens duikt het water van het leven in, met de ogen dicht. Hij gaat kopje onder, de oude mens met zijn zonden en verkeerde gewoontes wordt als het ware verdronken, en als een nieuwe mens rijst hij uit het water op. Hij begint een nieuw leven onder leiding van de Vader en de Zoon en de heilige Geest.

De doop van Jezus was een belangrijk moment. Zoals Noach met zijn ark uit het water van de zondvloed opdook en met zijn gezin de eerste was van nieuwe generaties van rechtvaardige mensen, zoals Mozes met zijn volk door de Rode Zee trok en onder Gods bijstand een nieuwe natie begon in een land van melk en honing, zo staat ook hier een nieuwe leider: Jezus Christus. Een betere zal er niet komen. Ook Hij trekt door het water, gevolgd door zijn volk, de Kerk, en in zijn Naam is er in de loop van de eeuwen al heel veel goeds gedaan, óók in onze Dionysiusparochie.

Jesaja, de schrijver van de eerste lezing van vandaag, laat zien wanneer God van iemand houdt: eigenlijk altijd – al heeft iemand alle zonden van de wereld begaan, maar dan zoekt God hem op als een verloren schaap – maar Hij kijkt met meer plezier als iemand zich inzet voor rechtvaardigheid. En wie dat doet hoeft daarvoor niet te roepen en te schreeuwen. Wij kennen sommigen van die schreeuwers: als zíj de macht hebben, worden zijzelf de grootste profiteurs van het onrecht.

Nee, Jesaja, die ook Gods Geest bezit, ziet het in een toekomstdroom gebeuren: Jezus Christus gaat weldoende rond. Hij staat onafgebroken aan de kant van de zwakkeren. De kleinsten zal Hij niet uit het oog verliezen. Hij is beschikbaar, zonder voorbehoud.

Jezus Christus kende geen aarzeling en geen voorbehoud. Hij zei niet: Ik ben af en toe een Goede Herder, zo van 09.00-17.00 uur. Hij zei niet: Zalig de mensen, die een beetje zachtmoedig zijn.

Hij zei: uw ja moet ja zijn en uw nee moet nee zijn. We moeten dus betrouwbaar zijn. Hij zei: Gij zijt het zout van de aarde. Bemin uw vijand. Wees volmaakt. Wees uit één stuk, zoals uw hemelse Vader. Oordeel niet. Geeft, en u zal gegeven worden. Dat zijn allemaal onvoorwaardelijke uitspraken, die – als zij alleen al door alle christenen overal ter wereld in praktijk zouden worden gebracht, meteen zouden resulteren in een betere wereld.

Maar zover komen we slechts als we onze twijfels en alle voorbehoud afleggen. Als wij ons totaal geven, dan zien wij pas wat er gaat groeien. Dat is zo in een huwelijk, in een gezin, in een vriendschap, op het werk en ook in een parochiegemeenschap.

Beste medegelovigen, vooral op het internet is te lezen, dat er wereldwijd steeds meer christenen worden vermoord. Gelovigen worden soms zelfs levend verbrand in hun eigen kerken . De haat jegens de christenen groeit wereldwijd. De Franse oud-president Nicolas Sarkozy heeft ooit verklaard, dat het er meer en meer op begint te lijken, dat er in het Midden-Oosten een plan voor ‘religieuze zuivering’ bestaat.

Hoe kunnen wij die haat omkeren in liefde en bewondering? Door in praktijk te brengen waarvoor we staan. Door als gedoopte kinderen van God in alles te leven als kinderen van God.

Enkele jaren geleden hadden zich al meer dan 100.000 Britten bekeerd tot de islam. Het gaat vooral om jonge blanke vrouwen, die genoeg hebben van de soms ‘immorele consumptiemaatschappij’. Dat blijkt uit een onderzoek van de universitaire werkgroep Faith Matters, wat betekent ‘Geloofszaken’. De meeste bekeerlingen zien hun nieuwe religie als “perfect verenigbaar” met hun leven in Groot-Brittannië. Negen op de tien vrouwelijke bekeerlingen gaf aan dat hun nieuwe religie ervoor zorgde, dat ze zich respectvoller gingen kleden, vooral in de zomer natuurlijk.

Wij moeten als christenen eigenlijk zo oprecht leven, zo bijbels, dat die mensen naar ons toe komen. Voor veel moslims is nu een deel van de Westerse leefwijze echter een gruwel en we kunnen ze daar helaas niet helemaal ongelijk in geven.

Broeders en zusters, Jezus Christus is God. En daarom kon Hij zo leven, zonder voorbehoud. Maar diezelfde God leeft ook in ons. Met het doopsel hebben wij Gods Geest ontvangen.

Laten wij niet bang zijn voor inspanning, niet bang zijn ons gemakkelijke leventje te verliezen. Laten wij ons van harte geven aan de mensen om ons heen. Dan zullen wij net als Johannes vele mensen weten te inspireren. Dan zal het rijk van vrede, waarover Johannes sprak, eindelijk aanbreken. Dan zullen onze christelijke normen en waarden het in de wereld uiteindelijk toch winnen van een cultuur van oorlog en geweld. Amen.