Preek op 10-05-2020, 5e zondag van Pasen, jaar A, pastoor Frank Domen

Preek op 10-05-2020, 5e zondag van Pasen, jaar A, pastoor Frank Domen

Openingswoord

Broeders en zusters, allemaal van harte welkom op deze vijfde zondag van Pasen. Oók de mensen, die via livestream met ons verbonden zijn, fijn, dat jullie er bij zijn.

Misschien hebben jullie ooit weleens met de auto gereden in een echt grote stad als Parijs of Rome. De weg er heen is vrij gemakkelijk. Als je van hier af naar het zuiden rijdt, kom je vanzelf wel een keer een bordje Parijs tegen. Maar als je bij Parijs zelf komt, waar ligt die ene straat te midden van al die andere duizenden straten? De auto’s lijken van alle kanten op je af te stormen. Een gevoel van paniek is bij een eerste bezoekje aan Parijs of Rome geen onbekend gevoel.

Zo is het in het leven ook weleens. Het gaat een tijdje goed, maar dan opeens ben je even de richting kwijt. En het leven om je heen gaat gewoon door. Mensen ergeren zich eerder aan je getreuzel dan dat ze je te hulp komen.

Vandaag in het evangelie wordt ons een levensweg aangeboden. Als wij even niet meer weten of wij nu naar links of rechts moeten, dan kunnen wij kijken naar Jezus Christus, die zichzelf de Weg, de Waarheid en het Leven noemt.

Vragen wij God, dat Hij ons helpt te ontdekken hoe wij die Weg als een bron van vrede voor ons leven van alle dag kunnen gebruiken.

Openingsgebed

Laat ons bidden. God, Gij opent de poort van het geloof voor alle volken van alle tijden. Wij vragen U: roep ook in deze tijd mensen, die zich wijden aan het gebed en de bediening van het woord. Vermeerder het aantal leerlingen, die van harte geloven in uw Zoon en elkaar liefhebben, zoals Hij ons bevolen heeft. Die met U leeft en heerst …

Preek

Er zijn van die mensen in ons leven, die méér voor ons betekenen dan anderen en voor wie wij dan ook méér over hebben. Je eigen man of vrouw, je kinderen, kleinkinderen, andere familieleden en goede vrienden of buren.

In het leven van de echte joden is God nummer één. Voor Hem hebben zij méér over dan voor wie ook. Zij hebben een grenzeloos vertrouwen in Hem. Zij doen graag iets voor Hem en verwachten echt niet direct iets terug voor zichzelf. Voor wat, hoort wat, is er niet bij.

De leerlingen van Jezus zijn echte joden. Ook zij hebben een groot geloof en vertrouwen in God.

Nu staat die Jezus voor de leerlingen. Jezus, die er uitziet als een gewoon, sterfelijk mens en die zegt zo maar eventjes: “Gij gelooft in God, gelooft ook in Mij”. Dus … hetzelfde geloof en vertrouwen dat jullie in God hebben, mogen jullie ook in Mij hebben!

Broeders en zusters, wij hebben deze woorden al vaker gehoord. Het gevaar bestaat dan dat wij afstompen. Kunnen wij het ons voorstellen, dat de leerlingen door deze woorden erg geschokt zijn. Zij hebben Jezus’ wonderen gezien. Oké, zij weten dat Hij een heel bijzonder iemand is. Maar … even veel vertrouwen hebben in Jezus als in God!?

Jezus heeft voor hen nog meer schokkende uitspraken. Wij allemaal hebben een of ander ideaal waarvoor wij leven. Een doel, dat wij in ons leven willen realiseren. Iets waarvoor wij sparen, waarvoor wij studeren. Er zijn mensen, die wij gelukkig willen maken.

Welnu, hét levensdoel van de gelovige jood is God, en het leven in de hemel natuurlijk. Eer brengen aan God. God danken voor al zijn weldaden, dat is waar het om gaat. En de weg, die zij daartoe moeten bewandelen, is de Tora, het onderhouden van de heilige wetten van God.

Nu zegt Jezus, dat Hij de leerlingen gaat verlaten en dat zij Hem nu nog niet kunnen volgen, maar, zegt Hij, jullie kennen de weg.

De apostel Tomas snapt er helemaal niets van. En daarom zegt hij: Heer, wij weten niet waar Gij heengaat. Hoe moeten wij dan de weg kennen? En dan doet Jezus weer zo’n schokkende uitspraak: “Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven”.

Dat betekent: zoals Ik heb geleefd, zo moeten ook jullie leven. Ik ben jullie levensideaal. Ik ben jullie levensdoel. Jezus gaat dus op de plaats van God staan en zegt: Als jullie leven zoals Ik heb gedaan, komen jullie bij God. Mijn manier van leven is even heilig als de Tora.

Ik ben de enige, echte Waarheid. De enige, echte werkelijkheid, die in eeuwigheid zal bestaan. Willen ook jullie eeuwig bestaan, dan zullen jullie al mijn woorden, al mijn daden, voor waar moeten aannemen en er naar leven. Ik ben het Leven. Alle leven in de hemel, op de aarde, is uit Mij voortgekomen.

Begrijpt jullie, beste mensen, dat sommige joden hebben gedacht: Wat een arrogante kerel is die Jezus. Hij maakt zich gelijk aan God. Hij is een Godslasteraar!

Jullie zullen het wel hebben zien aankomen, dat ik nu ga zeggen, dat de boodschap van dit evangelie is, dat Jezus ook ons levensideaal, ook onze Weg, moet zijn. Hij heeft in ditzelfde evangelie gezegd, dat Hij naar zijn Vader gaat om voor ons een plaats te bereiden. Ons uiteindelijke levensdoel is met elkaar eeuwig leven bij God.

Maar ook in deze wereld hebben wij een opdracht. Er is een werk, dat wij moeten volbrengen. De wereld is geen wachtkamer voor de eeuwigheid. En in deze coronatijd zijn er altijd wel ergens een paar mensen, die een beetje extra aandacht goed kunnen gebruiken.

De weg, die wij in dit leven moeten nemen, de manier waarop ieder van ons zijn levenswerk volbrengt, moet de manier van Jezus Christus zijn. We hoeven niet de hele dag te denken “als ik het zus of zo doe, kom ik in de hemel”. Nee, staan wij maar met beide benen op de grond. Maar onze ideale manier van leven is het leven van Jezus Christus. Wij geloven, dat zijn levenswijze de vrede bevordert, het geluk van mensen doet toenemen.

Volbrengen wij de komende week weer onze levensopdracht. Maar houden wij bij alles Jezus’ manier van leven voor ogen en leven wij daarnaar. Dan wordt de wereld vanzelf beter. Dan komen wij vanzelf in het eeuwig leven.

Over dat laatste spreekt Jezus Christus ook: “Als Ik ben heengegaan en een plaats voor u heb bereid, kom Ik terug om u op te nemen bij Mij, opdat ook gij zult zijn waar Ik ben”.

“In het Huis van mijn Vader is ruimte voor velen”

Er zijn – minstens – twee bewegingen: het hier op aarde op weg zijn naar de hemel en er komt een moment van het binnentreden van de hemel. Hoe zal dat zijn, het moment dat wij deze wereld verlaten en de nieuwe, eeuwige wereld van God binnentreden.

Wel, God heeft in het Oude Testament vele profeten gezonden om de joden over allerlei onderwerpen aan te spreken. Ook in het Nieuwe Testament spreekt God bij monde van profeten en profetessen. De apostel Paulus laat zijn reisbestemming soms afhangen van het woord van een profeet. En ook in onze tijd zwijgt God niet, heeft Hij zijn profeten en profetessen. In mei 2019 heeft paus Franciscus nog één van hen zalig verklaard: Conchita (Concepción Cabrera de Armida) uit Mexico.

Bij dit soort profeten en profetessen en bij allerlei mystieke heiligen kunnen wij lezen hoe ons overlijden, het verlaten van deze wereld, zal zijn. De ziel verlaat uiteraard lichaam en zal zich dan meteen bewustzijn van de nieuwe werkelijkheid waarin hij is gekomen.

Het is als met een vliegreis. We stappen in Nederland met een graad of twintig in een vliegtuig en als wij dan in bijvoorbeeld Zuid-Spanje het vliegtuig weer verlaten voelen wij meteen die 40°.

Wie sterft, valt dus niet in een of ander donker gat, waarin je misschien betwijfelt of je nog wel bestaat, nee, we zijn meteen ons bewust van een nieuwe bestaanswijze, een wereld nog even tussen de aarde en de hemel.

En het eerste wat wij zien is onze heilige Engelbewaarder, onze trouwe vriend, die ons door het leven heeft begeleid vanaf het allereerste moment, dat wij in de moederschoot waren ontstaan. Hij neemt ons bij de hand en brengt ons naar God voor ons persoonlijk oordeel. Onderweg legt hij ons uit hoe wij ons het beste kunnen opstellen. En daar, bij God, die wij natuurlijk nog niet in al zijn heerlijkheid kunnen zien, wij zijn immers nog niet in de hemel, zien wij als het ware in een korte film heel ons leven aan ons voorbijgaan: dit en dat was goed, hier en daar was het niet zo goed. Onze Engelbewaarder heeft ons uitgelegd, dat wij ons dan maar het beste in de armen van onze barmhartige Vader kunnen werpen en dan komt het helemaal goed.

Maar waar ik aan moest denken is: nu zien wij ná de dood in volle helderheid wat goed was en wat niet, maar daar kunnen we dan op dat moment niets meer aan veranderen. We kunnen alleen nog maar zeggen: Dank U wel voor het goede en sorry voor het kwade.

En ik dacht: wat zou het goed zijn voor de mensheid als er weer eens een nieuw Pinksteren kwam: dat alle mensen in de wereld God persoonlijk kunnen ontmoeten, ervaren, dat Hij werkelijk bestaat en zielsveel van ons houdt; dat wij al hier en nu zien wat er aan deze wereld goed is en wat kwaad; dat God heel de mensheid de kans geeft een nieuwe start te maken.

Broeders en zusters, binnenkort verschijnt er op onze website, op de pagina van de livestream een gebed ter ere van de heilige Geest. Ik hoop, dat wij dat gebed – of een ander – thuis samen willen bidden, als noveen negen dagen lang willen bidden: om de gave van een nieuw Pinksteren: om een nieuwe kans voor deze wereld: dat heel de mensheid de weg van Jezus Christus mag gaan; dat het door God in het Boek van de Openbaring beloofde vredesrijk (Apok. 20,3) eindelijk mogen komen. Amen.