Preek op 24-12-2019, kerstnacht, jaar A, pastoor Frank Domen
Openingswoord
Beste medegelovigen, allemaal van harte welkom op deze heilige Kerstavond.
Vier weken lang hebben wij toegewerkt naar deze tijd. Boodschappen gedaan, het huis versierd, misschien ook de tuin.
Hopelijk hebben we ook een beetje aan onszelf gewerkt. Want we vieren de geboorte van een nieuwe Koning, de Vredevorst. Als er Één in aanmerking komt voor de Nobelprijs voor de vrede, dan is Hij het wel. Het zou mooi zijn als Hij zich op z’n minst een beetje bij ons kan thuisvoelen, als Hij in ons iets van zichzelf kan herkennen.
Feest en gezelligheid mag, ja, moet er zijn bij de geboorte van een kind. Maar Hij is gekomen om ons zijn vrede te geven, om ons op te roepen zijn vrede te delen met andere mensen, bekend en onbekend, ver weg en dichtbij, bemind en onbemind. Hij wil, dat wij allemaal winnaars worden, dat wij de hoofdprijs van de vrede winnen en anderen in deze prijs laten delen.
Niet altijd gaven wij God de eerste plaats. Niet altijd gaven wij medemensen vrede, soms eerder onvrede, ergernis, veroorzaakten wij spanning, thuis, op het werk of op school
Vragen wij aan het begin van deze heilige Eucharistieviering God en elkaar om vergeving: dat Hij ons kwijtscheldt wat niet goed was en is; dat Hij als de goddelijke Heiland ons geneest van verkeerde gewoontes, zodat er ook in ons midden een nieuwe tijd van vrede kan aanbreken.
Openingsgebed
Laat ons bidden. God, Gij hebt deze heilige nacht doen stralen door de luister van het ware licht. Wij bidden U: laat ons, die op aarde het mysterie hebben leren kennen van dit licht, ook de vreugde ervan genieten in de hemel. Door onze Heer Jezus Christus, uw Zoon, die … Amen.
Preek
Beste medegelovigen, in heel de wereld komen mensen bij elkaar om het heilige Kerstfeest te vieren. Velen kunnen dat gelukkig in vrijheid doen, anderen – in landen waar christenen vervolgd worden – doen dat met een zekere angst voor aanslagen. Maar waar het Kerstfeest ook gevierd wordt, onze Kerststal staat er weer, de koren laten zich van hun beste kant horen, de misdienaars hebben hun rood-witte feestkleding aan, de kerk is versierd, mooier dan ooit, maar … er is geen opzienbarend schouwspel, geen lichtshow, geen beroemde presentator, er zijn geen acties als ‘twee halen-één betalen’. Toch zijn we uit heel Heerhugowaard en misschien ook uit de omgeving hier samengekomen om de geboorte van een Kind te vieren. Ook weer niet in een rijk paleis of in een schitterende villa met duizenden kerstlampjes, nee, een arme, oude stal. Het Kind is piepklein, hulpeloos. Eenvoudiger kan het eigenlijk niet.
Wat doet zo’n Kind? Het lacht ons toe, soms huilt het. Het maakt wat kraaiende geluidjes. Meer niet. En toch ook weer wel. Een kind spreekt zonder woorden. Alle ouders zullen zich het moment herinneren, dat zij voor het eerst hun kindje in hun armen namen. Als man en vrouw ben je samen gelukkig met wie je bent en wat je hebt. En je verlangde er samen naar om anderen daarin te laten delen. Dat kleine hoopje in je armen is het gevolg van jullie liefdevol verlangen. Je bent zojuist vader en moeder geworden.
Je kijkt samen naar dat levende wondertje. Geen kind is er als dit. Het gaat een eigen toekomst tegemoet. Je herkent erin iets van jezelf: de ogen van moeder, de neus van vader. Waarachtig, lijken die oortjes niet een beetje op die van opa? Heeft het niet al een klein beetje de krullen van oma? Het kind zal veel liefde ontvangen, maar zonder dat het kind het zelf weet, geeft het nu al veel liefde. Je hart smelt door de liefde, die je ontvangt en de liefde, die je geeft.
Vaak zijn we druk bezig met werk en school, met sport, met een aanstaande verhuizing, misschien hebben we grote zorgen, hebben we schulden, al dan niet terecht, maar op een moment als dit valt dat alles even weg. Dan is dit nieuwe leven, dit kindje, toch het allermooiste van de hele wereld.
Dit alles geldt nog veel meer voor het goddelijke Kind, dat niet alleen Maria en Jozef mochten ontvangen, maar wij allen samen. Dit Kind is niet alleen uniek als mens, ook alle liefde waardig, maar tegelijk is het anders als alle andere kinderen. Zo klein en hulpeloos als het is, het is de Heer van hemel en aarde. Het is de Zoon van God. De engel, die aan de herders in het veld verscheen, verklaarde: “Heden is u een Redder geboren, Christus de Heer, in de stad van David.” Wij weten, dat dit Kind aan Maria en Jozef is toevertrouwd, en ook aan ons, maar nog veel meer vertrouwt God ons aan dit Kind toe. Voorzichtig steken wij een hand uit naar dit Kindje, maar eigenlijk houdt dit Kind ons vast. Het Kind is veilig bij ons, maar wij mogen onszelf bij dit Kind ook veilig voelen. Het is immers onze God, met zijn Vader de Schepper van hemel en aarde, zo groot is Hij.
Vanavond en morgen en de komende twee weken t/m de feesten van Driekoningen en de Doop van de Heer zijn een periode van even stilstaan en van nadenken over wat God doet en wat wij doen. Dat is belangrijk, want we hebben het allemaal druk, en we krijgen het steeds drukker, niet waar!? Als ik goed geïnformeerd ben werkte tien jaar geleden 20% van de mensen boven de 60, nu is dat meer dan 60%. Van de vrouwen werkt nu 70%, 20 jaar geleden was dat ruim 50%. Zojuist nog was er op teletekst te lezen, dat we op weg zijn naar een 24-uurs-economie. Mensen hebben – zo stond er – zich met Kerstmis ‘rot’ gekocht. Het ene na het andere record werd gebroken. Steeds meer winkelpersoneel moet op zondag werken, maar viel elders te lezen … goed voor dat personeel is het niet. Ik hoop, God hoopt, dat wij hen de nodige rust gunnen.
Mensen zijn dus meer tijd kwijt aan werken. Agenda’s moeten steeds meer op elkaar worden afgestemd. Meestal kan het allemaal nog net; soms kan het net niet. Liefdevol bij elkaar zijn en bij God, schiet er dan weleens bij in.
Lijken we soms niet een beetje op een machine, een apparaat dat goed werkt, maar … het heeft geen hart meer!? Hoe veel mensen – bijvoorbeeld in de zorg en in het onderwijs – zijn er niet gestresst!? Soms lopen mensen huilend van hun werk weg!
Nemen we vandaag en de komende dagen even de tijd om na te denken, om ons te bezinnen, want onze aarde heeft het allermooiste, het allerkostbaarste ooit ontvangen: “Heden is u een Redder geboren, Christus de Heer.” Kerstmis is een zo eenvoudig gebeuren, eenvoudiger kan het niet. Vandaag zijn hemel en aarde met elkaar verbonden, engelen en mensen met elkaar, er heerst eensgezindheid in de stal van Bethlehem. Niemand hoeft zich alleen te voelen. Er is geen stress, geen druk, alles is goed. Vrede op aarde aan alle mensen van goede wil.
Hoe we komen tot die vrede? Wel, Jezus Christus is geen verzetsheld. Hij vraagt ons niet de wapens op te nemen. Integendeel, Hij vraagt ons liever onrecht te lijden dan een ander onrecht aan te doen. Hij prijst zalig de mensen, die vrede stichten, want – zo zegt Hij in het evangelie – zij zullen kinderen van God worden genoemd. Zelf moest Jezus Christus reeds als baby op de vlucht voor de boosaardige koning Herodus. Zijn wapen is … de liefde.
Toch is Jezus Christus geen watje. Maar Hij weet, dat je kwaad maken geen oplossing biedt, ja, misschien voor de korte termijn. Maar Hij is van de eeuwigheid, Hij is voor wat blijft. Hij vindt, dat we ons – hoe menselijk ook – niet moeten laten leiden door onze emoties. Volgen we liever ons verstand: eerlijk duurt het langst. Volgen we liever ons hart: ook wie ons onrecht aandoet is een medebroeder of medezuster, een kind van God, dwalend, ja, dat wel, nog wel. Misschien gaat het morgen beter. Volgen we Jezus Christus, die van zichzelf zegt: Ik ben de Weg, Ik ben de Waarheid, Ik ben het Leven. Hij en zijn en onze hemelse Vader houden van ons, altijd, overal. Zij helpen ons door de liefde het kwade te overwinnen. Als wij ons klein en zwak maken, weerloos als een pasgeboren kind – wie van ons durft het aan!? – dan staan God en zijn engelen aan onze kant en zullen wij uiteindelijk sterker zijn dan heel de wereld, zullen wij inderdaad de winnaars zijn!
Wat is er belangrijker dan dat er iemand van ons houdt!? Daar hoeven we niet voor te vechten. Die Iemand is er al. Hij is zojuist geboren. Dit keer niet in een stal, maar in ons hart. Kijken we maar bij onszelf naar binnen, kijken we maar naar elkaar.
Ik wens jullie allen van harte een Zalig Kerstfeest toe: dat jullie de Koning van de Vrede mogen zien, in jezelf, in je medemensen, in de Kerk en in de samenleving. Dat jullie vrede mogen ontvangen en vrede mogen geven, vandaag en alle dagen van jullie leven, tot in de eeuwigheid. Amen.