Preek op 09-06-2019, Pinksteren, jaar C, pastoor Frank Domen

Preek op 09-06-2019, Pinksteren, jaar C, pastoor Frank Domen

Openingswoord

Broeders en zusters, welkom. Wij vieren het feest van de nederdaling van de heilige Geest.

De eerste lezing gaat over de feitelijke nederdaling met Pinksteren. En in het evangelie horen wij hoe Jezus zijn apostelen tijdens één van zijn verschijningen al van te voren de heilige Geest schenkt om net als Hijzelf zonden te kunnen vergeven.

Vergeving ontvangen en vergeving schenken … het is zo belangrijk om vrij en blij te kunnen leven. Zonder vergeving zijn mensen van binnen loodzwaar, komen ze niet meer vooruit in het leven.

Ik las ooit over een dominee in zo’n kleine gemeente waar iedereen elkaar kent. Héél erg, één van zijn kinderen was doodgereden door een dronken automobilist. De dominee zat thuis in zichzelf te treuren, verlamd van boosheid en verdriet. De automobilist zat ook thuis, opgesloten in spijt en schaamte. Dat ging zo voort totdat de dominee bedacht, dat het zo niet langer kon voortgaan. Hij bezocht de moordenaar van zijn kind en reikte hem de hand. En allebei konden zij langzaam aan weer hun leven oppakken. Een grootse daad ingegeven door niemand anders dan de Geest van Jezus Christus.

Op 13 mei 1981 schoot de 23-jarige Turk Mehmet Ali Agca Paus Johannes Paulus II neer op het Sint-Pietersplein. Toen de Paus genezen was, zocht hij de man in de gevangenis op en vergaf hem.

Pinksteren is het feest van een nieuw begin. Laten wij vergeving vragen en niet minder belangrijk anderen ook vergeving schenken. Dan kunnen ook wij met God en met elkaar een nieuwe start maken.

Een bijzonder woord van welkom voor Cees en Joke Bosman-Nuyens, 50 jaar getrouwd en Peter en Trudie Zaat-Biersteker, 25 jaar getrouwd. Vier mensen die een groot hart hebben voor God en onze gemeenschap, trouwe parochianen die zich al heel lang – als vrijwilliger – inzetten voor onder meer het Dionysiuskoor en Dionysius in Beeld, als lector en Alpha-teamlid, mensen worden naar de kerk gebracht en boodschappen worden gedaan voor de parochie … vrijwilligerswerk dat gedaan wordt voor ons allemaal. We zijn blij met jullie en fijn dat jullie deze feesten ook met ons hier in de kerk, uit dankbaarheid naar God toe, willen vieren.

Openingsgebed

Laat ons bidden. Eeuwige, altijd aanwezige God, vandaag voltooit Gij het paasmysterie van uw Zoon. Gij zendt uw Pinkstergeest over uw Kerk en leert uw gelovigen de taal verstaan van uw liefde. Laat ons verademen in uw Geest, het goede smaken door zijn wijsheid en vreugde vinden in zijn vertroosting. Door onze Heer Jezus Christus, uw Zoon …

Kinderwoorddienst

Preek

Broeders en zusters, Pinksteren is de bekroning van Pasen. Met Pasen vierden wij, dat de dood is overwonnen, dat het nieuwe leven is begonnen. En Jezus Christus beloofde met Hemelvaart, dat Hij ons niet alleen zou achterlaten, een Helper zou sturen. Net als 2000 jaar geleden stort God vandaag zijn heilige Geest over de wereld uit. In welke mate wij deze Geest ontvangen … dat hangt van ieder van ons persoonlijk af. Hoe meer iemand bereid is Jezus Christus te volgen, te gehoorzamen, hoe groter de werking van de heilige Geest in hem zal zijn.

Wíj mogen dat nu gelóven, maar in de tijd van de apostelen en van de eerste leerlingen was dat ervaarbaar. Zij hoorden een geruis alsof er een wind opstak. Dat woordje ‘alsof’ betekent, dat de wind zelf er niet was, maar wel het geluid. Dat was op zich al een wonder.

En dan verschijnt er ook nog iets dat op vuur lijkt, het verdeelt zich in tongen. Brandende kaarsen, maar dan zonder kaars. Een tweede wonder.

Verbeelden zij het zich? Nee, want de apostelen en de andere leerlingen beginnen opeens in vreemde talen te spreken. Een aantal worden er genoemd: Parten, Meden, Elamieten, bewoners van Mesopotamië, van Judea en Kappadocië, enz. De mensen, die die betreffende talen als moedertaal hebben, stromen voor het huis, waar de apostelen verblijven, samen. De heilige Geest maakt een nieuw begin. Hij brengt mensen van allerlei rassen en talen samen in één gemeenschap.

De Kerk was eigenlijk al begonnen toen Jezus Christus zijn apostelen riep. Maar vanaf vandaag groeit zij explosief. Wanneer de mensen de toespraak van Petrus hebben gehoord, vragen zij: Wat moeten wij doen? Die vraag staat in het vervolg van de eerste lezing van vandaag. En de mensen kregen van Petrus te horen, dat zij zich moesten laten dopen tot vergeving van hun zonden. Dan zouden zij als gave de heilige Geest ontvangen. En alleen al op die eerste Pinksterdag lieten zo’n drieduizend mensen zich dopen.

Ook bij ons in Heerhugowaard worden er ieder jaar wel één of twee volwassenen gedoopt. Het zijn er wel geen drieduizend, maar het is toch wat. Het is een begin. Wij moeten misschien méér bidden tot de heilige Geest. Want Hij is het, die de harten van de mensen beweegt. Wij moeten daarom vragen en nog eens vragen. “Vraagt en gij zult verkrijgen”, zegt Jezus Christus.

Wat doet de heilige Geest dan? Wel, in de tweede lezing van vandaag zegt de apostel Paulus, dat niemand, die zegt, dat Jezus vervloekt is, onder de invloed van de Geest staat. Dat is wat de Geest in ieder geval niet doet. Er zijn weleens mensen, die vragen naar het kwaad in de wereld. Een terechte vraag, maar het kwaad komt niet van de Geest.

In datzelfde derde vers zegt Paulus, dat als iemand iets zegt als “Jezus is de Heer”, dan is het de heilige Geest, die hem dat laat zeggen. Je kunt zoiets blijkbaar niet gemeend zeggen zonder de hulp van de heilige Geest. Dus als mensen ergens samenkomen, en zij spreken in de lijn van het evangelie, dan is de Geest daar werkzaam.

Dat geldt niet alleen voor woorden, maar ook voor daden. Als iemand een arme helpt, een zieke verzorgt, een medemens troost, dan is het de heilige Geest, die in die persoon werkt. Wij denken misschien, dat zo’n woord of daad uit onze eigen koker komt, maar dat is niet zo. Gods heilige Geest is dag en nacht met ons bezig. In de hoop, dat wij naar Hem luisteren, fluistert de Geest ons het goede in. Ik vind het heel troostvol, dat wij God zozeer ter harte gaan, dat Hij zo intens met ons bezig is.

En ja, ook het goede, dat niet-gedoopte of niet-gelovige mensen doen komt van de heilige Geest. God geeft zijn Geest door de sacramenten, maar Hij is niet gebonden aan de sacramenten. Paulus zelf was aanvankelijk niet gedoopt, was een christenvervolger, maar de Geest van Jezus Christus wierp hem van zijn paard en maakte van hem een grote getuige van het katholieke geloof.

Naast het vele goede, dat er gelukkig ook gebeurt, is er ook veel oorlog en geweld in de wereld, in de gezinnen ook, huiselijk geweld, op school. Kinderen, jongeren en volwassenen worden zodanig gepest, dat sommigen zelfmoord plegen. Er is leugen en bedrog in alle lagen van de samenleving.

Willen wij, dat méér mensen weer het goede gaan doen, dan is er maar één echte oplossing: in Jezus’ Naam de Vader bidden om de komst van de heilige Geest. Wij moeten dus bidden tot én de Vader én de Zoon én de heilige Geest. Zoals thuis in het gezin ieder z’n taak heeft, zo ook in God. Het is niet toevallig dat God uit drie Personen bestaat. Zij zijn volkomen één met elkaar, maar hebben toch elk hun eigen taak.

Wij, katholieken, bidden tot God. Wij bidden tot Maria. Maar bidden tot de Vader doen wij nog maar weinig. En de heilige Geest, die is bij velen nog steeds de vergeten derde Persoon. Ze zijn alle drie even belangrijk. En daarom moeten wij ook bidden tot de heilige Geest. Wij moeten toch proberen te leven in de Geest van Jezus Christus!?

Er was eens een klein meisje, dat door het bos wandelde. Ze was samen met haar broer. De wind speelde in de bomen. “Kijk, God is in de bomen,” zei het kind. “Wat bedoel je,” vroeg haar broer? “God is in de bomen, want ze bewegen.” “O, is God dan ook in het water?” “Ja”, huppelde het meisje verder. “Als er beweging in zit, zoals in de zee bijvoorbeeld en in de beek bij ons huis.” “En in de mensen,” vroeg de broer? Het meisje dacht even na … “Ja, ook in de mensen, maar alleen als ze bewegen”.

Lieve mensen, komen wij in beweging. Doen wij goede werken. Bidden wij ook iedere dag: Kom, heilige Geest, leef in mij, werk in mij. Laat mij de liefde, de vrede en de vreugde van Jezus Christus uitstralen, maar ook zijn dienstbaarheid en gehoorzaamheid aan uw wil, zijn nederigheid.

Een betere wereld moet bij onszelf beginnen, in onszelf. Onze eigen manier van denken, die vaak klein en zwak is, moet plaats maken voor Jezus’ manier van denken. Een christen denkt, spreekt en doet als Christus. Geven wij de Geest de ruimte. Dan komt er meer vrede in ons en door ons in de wereld. Amen.

Slotwoord

Broeders en zusters, er is zoveel over de heilige Geest te vertellen. Zoals ik al zei: al het goede heeft met de heilige Geest te maken.

Al in het Oude Testament kunnen wij lezen, dat de Geest van God niet te vinden was in een aardbeving, niet in donder en bliksem, maar in een rustige en zachte bries. De Geest wil ons rust en vrede geven.

Ooit was er een man, die piekerde over zijn leven. Toen wendde hij zich tot een wijze monnik en vroeg hem hoe deze leefde.

De monnik antwoordde: “Als ik ga, dan ga ik. Als ik sta, dan sta ik. Als ik zit, dan zit ik. Als ik eet, dan eet ik. Als ik slaap, dan slaap ik.”

“Is dat alles wat u mij te zeggen heeft,” zei de man teleurgesteld? “Hebt u mijn vraag wel goed begrepen?”

Maar de monnik herhaalde: “Als ik ga, dan ga ik. Als ik sta, dan sta ik. Als ik zit, dan zit ik. Als ik eet, dan eet ik. Als ik slaap, dan slaap ik.”

“Maar een mens doet toch niet anders, wat is daar voor bijzonders aan”, vroeg de man?

Toen glimlachte de monnik. “Dat zeg je nu wel – zei hij – maar als jij gaat, dan sta je al. Als je zit, denk je al aan eten. Als je eet, wil je al gaan slapen. Je bent zo opgejaagd bezig met alles wat je nog moet, dat je niet meer ten volle doet wat je doet.”

Beste medegelovigen, ik wil jullie van harte een Zalig Pinksteren toewensen. Maar dat zijn maar woorden. De Geest kan alleen maar in ons leven en werken als wij echt tijd en aandacht hebben voor God en voor elkaar. Doe goed wat je moet doen, doe het met liefde, eerbied en aandacht. Dan kan de Geest in je werken. Dan is het Pinksteren, alle dagen van het jaar.