Preek op 08-01-2019, Openbaring des Heren, jaar C, pastoor Frank Domen

Preek op 08-01-2019, Openbaring des Heren, jaar C, pastoor Frank Domen

Openingswoord

Beste medegelovigen, allemaal van harte welkom. Wij vieren vandaag hoogfeest van Openbaring des Heren, ook wel genoemd Driekoningen.

Een bijzonder woord van welkom voor alle leden van ons koor de Cantory, dat vandaag het 25-jarig jubileum viert. Ze zingen nu samen met het Gemengde Koor, maar we willen dit feest niet ongemerkt voorbij laten gaan, te meer daar er 5 jubilarissen zijn:

Henk Smolenaars; Nel van Santen; Coba Commandeur; Anneke Klaassen; Ineke Konijn.

Wij willen de jubilarissen en het gehele koor van de Cantory alvast van harte feliciteren. Ik geloof, dat wij er later in de viering nog iets over zullen horen.

Lieve mensen, de leiding van de Kerk heeft op gegeven moment gekozen voor de naam ‘Openbaring van de Heer’, omdat het feest eigenlijk méér inhoudt dan alleen – hoe belangrijk ook – het bezoek van de Wijzen uit het Oosten. Het gaat om een drievoudige openbaring: het bezoek van de Wijzen, die met hun drietjes eigenlijk heel de niet-joodse wereld bij het stalletje vertegenwoordigen; het tweede is het feest van de Doop van de Heer, dat wij aanstaande zondag, 13 januari, vieren; na Jezus’ doop ging de hemel open, de heilige Geest daalde over Hem neer en de stem van God maakte Hem bekend als zijn Zoon, de welbeminde; en het derde openbaringsmoment is de bruiloft van Kana waarop Jezus zijn eerste wonder deed door water in wijn te veranderen.

Dat God ook in onze tijd zijn Zoon aan ons en aan alle mensen in de wereld moge openbaren … door een teken aan de hemel, door de wonderbare genezing van een zieke of door een grote heilige, die in ons midden opstaat, God mag het zelf weten. Wat Hij voor ons het beste vindt. Maar laten wij vandaag vurig smeken om de genade van de openbaring van Gods liefde. Alleen God als hemelse Vader kan al die zo heel verschillende mensen op aarde verenigen tot één grote mensenfamilie, tot een echte ‘Verenigde Naties’.

Waar wij onenigheid hebben gebracht, onvrede, waar onze aanwezigheid voor God en mensen geen koninklijk geschenk was, maar een min of meer ernstige beproeving, willen wij nu samen om vergeving en genezing vragen. En beloven wij beterschap.

Openingsgebed

Laat ons bidden. God, Gij hebt vandaag aan de volkeren door een ster, die hen leidde, uw eniggeboren Zoon geopenbaard. Wij bidden U: leid ons, die U reeds kennen door het geloof, tot het aanschouwen van uw heerlijkheid. Door … Amen.

ofwel

Laat ons bidden. Heer onze God, over alle grenzen heen hebt Gij uw heerlijkheid geopenbaard. De Wijzen uit het Oosten hebben uw ster gezien, de volken der aarde hebben uw licht aanschouwd. Wij vragen U: laat uw Zoon onze leidsman zijn op onze pelgrimstocht naar U. Laat allen, die nog niet geloven, uitzien naar uw licht en de weg vinden naar uw koninkrijk. Door onze … Amen.

Kinderwoorddienst

Preek

Openbaring van de Heer. Als iets voor ons een ‘openbaring’ is, dan beseffen wij opeens iets. Wij hebben het nooit geweten, nooit begrepen, maar nu wel, plotseling. Wij zeggen ook weleens: er is mij een licht opgegaan. Het is plotseling helder voor ons geworden.

Dat kan natuurlijk overal betrekking op hebben. Wanneer een kindje is geboren, of nog eerder, als we horen, dat we zwanger zijn, dan kan er opeens een liefde in ons ontvlammen, een gevoel van verantwoordelijkheid in ons opkomen, zoals wij die nog niet eerder in onszelf hebben ervaren. Of iets heel anders, wij krijgen van een arts een ernstige waarschuwing: als wij onze manier van leven niet drastisch veranderen kan het over een paar jaar zomaar met ons gedaan zijn. Wat een openbaring. Bij die mogelijkheid hadden we nog nooit stilgestaan. Of wij lezen iets in de heilige Schrift, wij horen een passage in een preek, wij worden getroffen door het lezen van het leven van een heilige, wij horen een prachtig lied. Er gaat een schok door ons heen. Zo’n gevoel van, zo’n ervaring van Gods liefde hebben wij nooit eerder gehad. Wat een openbaring. Wij leren een heel nieuwe manier van zien.

Het Griekse woord epiphania betekent ‘manifestatie’, dat is een vertoning, een verschijning in het openbaar. Vandaag vieren we op de zondag van Driekoningen hoe God zijn glorie aan de Wijzen heeft geopenbaard. Er is daarbij sprake van een drievoudige ontwikkeling.

Ten eerste zagen zij een ster en kozen ervoor om deze helemaal te volgen naar de nieuwe Koning. Ten tweede, toen ze deze vonden, in de Persoon van Jezus in de stal, knielden deze wijze mannen neer, niet zozeer om op gelijke hoogte te zitten en goed naar het Kind te kunnen kijken, maar om het Kind te aanbidden, dat wil zeggen om het de hoogste eer te geven. Het derde wat gebeurde was, dat zij innerlijk als nieuwe mensen naar huis gingen. Er was hen een licht opgegaan, hoog boven hun hoofden, maar nog veel meer diep in hun hart.

Dit drievoudige gebeuren, beste medeparochianen, kan zich ook in óns leven afspelen. Het eerste is, dat zoals de Wijzen de ster aan de hemel zagen, zo kunnen wij zien God in ons leven. Hij bezoekt de aarde, dagelijks. Eigenlijk is God nooit weggeweest, maar op een heel duidelijke, opvallende manier, vestigt Hij opnieuw de aandacht van de mensheid, onze aandacht, op zichzelf, op zijn aanwezigheid in ons midden. Elke dag staat God voor de deur van ons hart en vraagt: “Mag Ik bij je binnenkomen?” (Openbaring 3,20). De Wijzen waren niet verplicht om de ster te volgen. Zij kozen daar vrijwillig voor. Zo hebben wij, ieder van ons, dezelfde vrije keuze om de deur naar God toe te openen. Zijn wij daar eigenlijk niet al mee bezig door naar hier te komen!?

Het tweede is, dat toen de Wijzen uit het Oosten het goddelijke Kind zagen, zij het aanbaden. Laten wij proberen tijdens deze heilige Eucharistieviering erbij stil te staan, dat wij met het binnentreden van dit Godshuis de wereld en het wereldse even achter ons hebben gelaten, dat wij in het heilige, in het goddelijke zijn opgenomen, dat hier binnen Gods wereld de mogelijkheden zo veel groter zijn als daarbuiten. Aanbidden ook wij Jezus in Woord en Sacrament.

Hoe we dat kunnen doen!? Gewoon door naar Jezus Christus in de kribbe te kijken, strakjes naar Jezus in de heilige Hostie te kijken of naar Hem aan het Kruis, en dan te zeggen, bijvoorbeeld: Jezus Christus, wat bent U groot, wat bent U goed, voor ons en voor alle mensen, die uw hulp zoeken, niemand heeft meer liefde dan U. Dat is een voorbeeld van aanbidden. Hem de hoogste eer bewijzen. Wie Jezus aanbidt, oprecht, met eerbied en aandacht, zal op den duur ervaren, dat zijn leven een nieuwe richting neemt, dat er meer vrede en vreugde komt. Aanbidden is God de eer geven, die Hem toekomt, maar dan ook in ons dagelijkse leven allereerst rekening met Hem houden.

Het derde punt is, dat de Wijzen uiteindelijk werden veranderd door wat zij in de stal zagen. Zij gaven hun leven figuurlijk én letterlijk een nieuwe richting; zij sloegen een andere weg in om de boosaardige koning Herodes te vermijden. Maar eenmaal thuis gekomen … zou hun leven – na het zien van Gods heerlijkheid in de kribbe – ooit nog hetzelfde kunnen zijn!?

Ook ons leven kan veranderen door de aaneenschakeling van de gebeurtenissen. Wij hebben Jezus Christus gezien, Gods Zoon in een kleine mensengedaante. Wij hebben daarmee een belangrijk inzicht verkregen. Namelijk, dat grootheid niet altijd in het grote zit, maar ook in het kleine, in kleine mensen als wij, in kleine gebeurtenissen. Als wij voortaan zo – proberen te – leven zullen wij alles in een nieuw licht zien, in het licht van God. Moge de Ster van Bethlehem, Jezus Christus, ons helpen om in het leven altijd de goede weg te vinden. En proberen wij ook zelf voor anderen een ster te zijn. Amen.