Preek op 25-03-2018, Palmzondag, jaar B, pastoor Frank Domen
Gisteren, vrijdag 23 maart, zijn de Nederlandse medaillewinnaars van de Olympische en Paralympische Winterspelen 2018 door koning Willem-Alexander en door koningin Máxima ontvangen en gehuldigd op Paleis Noordeinde. Vol dankbaarheid – en ook wel een beetje trots – stonden zij met hun medailles op de trappen van het bordes rondom het koninklijk paar.
Vandaag is het Palmzondag, de eerste dag van de Goede Week. Jezus Christus gaat – helemaal vrijwillig – op weg naar een heel ander erepodium: het Kruis op de berg van Calvarië. Een erepodium waarop in de loop der eeuwen duizenden martelaren Hem letterlijk zijn gevolgd door hun bloed voor Hem en zijn Kerk te vergieten.
De apostel Paulus schrijft in zijn tweede brief aan de christenen van Filippi, dat Hij, die bestond in goddelijke majesteit zich niet heeft willen vastklampen aan de gelijkheid met God.
Daar gaat het om, lieve medegelovigen, in deze lijdensweek, dat Jezus Christus vrijwillig afstand heeft gedaan van alle uiterlijke macht en aanzien, die Hij bij God in de hemel zichtbaar had. Zijn hele leven is tot nu toe al een kwestie van geven geweest, altijd maar weer, maar die zichzelf wegschenkende liefde gaat de komende week een hoogtepunt bereiken. Hij neemt niet, maar Hij geeft; Hij brengt geen verdeeldheid, maar genezing en herstel. Vandaag willen wij Hem met onze palmtakken eren vanwege deze totale zelfopofferende liefde.
Adam en Eva wilden het geluk zelf grijpen, nog meer geluk hebben dan zij toch al hadden. Maar de weg naar de hemel – de plaats waar het enige en ware geluk te vinden is – kunnen wij niet grijpen, alleen maar ontvangen. Wij kunnen de hemel zelfs niet verdienen; het is ook geen Koninkrijk, dat wij kunnen veroveren. Nee, de dood van Jezus Christus aan het Kruis bewijst, dat de weg naar de hemel er een is van genadig ontvangen; het is een weg van dienen en niet van gediend willen worden.
Dat klinkt heel groots en dat is het eigenlijk ook. Ligt zo te leven dan buiten ons bereik? Dat is niet zo, lieve mensen. God kan van kleine zaken iets heel groots maken. Iedere keer, dat wij naar de kerk gaan, dat wij samen bidden, dringen onze gebeden en liederen door tot in de hemel.
God ziet ook onze kleine daden van zelfopoffering. Iedere keer, dat wij beslissen om de noden en wensen van andere mensen voorop te stellen, wordt door God gewaardeerd. Als wij een kind nog maar eens helpen bij weer een ander wiskundig probleem, dan ziet God dat. Als wij aandachtig luisteren naar het verhaal van onze echtgenoot of echtgenote, die op het werk een moeilijke dag had, terwijl onze eigen dag misschien niet veel beter was, God ziet onze aandacht. Als wij een arme dakloze wat geld geven, God ziet het. God ziet al die dingen en beloont ze.
Elke keer, lieve mensen, dat wij belangeloos iets goeds doen, licht het kruis even op aan de hemel, dalen verzoening en vrede over ons neer. Wat Jezus in het groot deed, kunnen wij in het klein doen. Maar wij zijn met velen. Vertrouwen wij erop, dat zoals Jezus heel de wereld heeft verlost, ook wij met elkaar een flinke steen kunnen bijdragen, meer dan wij ons kunnen voorstellen. Amen.