Preek op 27-01-2017, vrijdag in de 3e week door het jaar I, pastoor Frank Domen
Wij zijn allemaal wel bekend met de bamboeplant. In ieder geval de Chinese versie ervan kan groeien tot een hoogte van ongeveer 27 meter en kan voor van alles en nog wat worden gebruikt, voor woningbouw en meubels, om papier te maken en voor pijpleidingen. Bamboe heeft ook een zeer ongebruikelijk groeipatroon. Het zaad van de bamboeplant heeft vijf jaar nodig om te ontkiemen. Gedurende die jaren moet de boer de plant elke dag water geven en ziet hij de plant niet groeien. Maar als dat eenmaal is gebeurd, schiet de kleine spruit als een raket omhoog in slechts zes weken tijd en vooral gedurende de nacht. Een onervaren boer, die pas met dit werk is begonnen, zou zich kunnen afvragen of het allemaal wel goed gaat. Hij zou zelfs de bekoring – de beproeving – kunnen krijgen om het op te geven.
Zoals het met de bamboeplant gaat, zo kan het ook gaan met ons en het Koninkrijk van God: de belangrijkste groei is onzichtbaar. In de parabel van het evangelie van vandaag plant de boer zaadjes. Maar dat zaad groeit niet op in één dag tijd. Wat nodig is, is de juiste combinatie van zon en water en vooral Gods genade om dat zaad te veranderen in grote planten. Uiteindelijk zien de planten er heel indrukwekkend uit, maar het meeste en belangrijkste werk is onder de grond gebeurd.
Dit is de bemoedigende boodschap van het evangelie: God werkt altijd onder de oppervlakte. Hij is voortdurend bezig om ons te voeden met zijn genade, zodat wij kunnen groeien en bloeien. Natuurlijk, wij moeten meewerken met de genade, maar net als bij de bamboeplant zal de groei die wij ervaren, groter zijn dan de moeite, die wij eraan geven.
Omdat het meeste van Gods werk ongemerkt plaatsvindt, moeten wij ervoor zorgen, dat wij ons geloof altijd blijven voeden, zelfs als wij niet meteen indrukwekkende resultaten zien. Wij mogen erop vertrouwen, dat God de groei, de wasdom, zal geven op zijn tijd en op zijn manier.
Zien wij onszelf dus als de boer met de bamboeplanten. Iedere keer dat wij bidden, gaan wij als het ware naar de bron om water te putten. Iedere keer, dat wij ons bekeren, verzorgen wij de grond. Het mag zo zijn, dat wij op dit moment niet veel groei zien. Maar iedere keer dat wij tot Jezus komen is er sprake van groei. God maakt ons heilig. Op een dag zullen wij staan tussen de grootse heiligen van het Koninkrijk van God. Amen.