Preek op 19-10-2017, donderdag in de 28e week door het jaar 1, diaken Eelke Ligthart

Preek op 19-10-2017, donderdag in de 28e week door het jaar 1, diaken Eelke Ligthart

De lezingen van vandaag begonnen met een brief van de H. Paulus aan de Romeinen. In veel van zijn brieven begint hij met: “Van Paulus, door Gods wil apostel van Christus Jezus, aan de leerlingen en gelovigen in Jezus Christus”. Daarna spreekt hij over een zegen: “Gezegend is God, de Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons in de hemelen in Christus heeft gezegend met elke geestelijke zegen”.

Die zegen is o.a. al veel eerder uitgesproken door God over Abraham. In hem, Abraham, zei hem de Heer, zouden alle volken worden gezegend. Abraham geloofde die woorden en dat zette hem op weg.

In het evangelie gaat het totaal anders met die zegen die de profeten hebben uitgesproken over het volk. Die zegen dreigt tot vloek te worden voor het volk van God, omdat de houding van het volk van God ten op zichte van die zegen tot stilstand is gekomen. Die zegen is statisch geworden en men gelooft het wel. Men discussieert over wetten en voorschriften, maar men is de dynamiek van het bevrijdend op weg zijn kwijt. Het hart van het woord van God is blijkbaar op de achtergrond geraakt, en Gods wil die ons tot zegen wil zijn wordt ervaren als belastend. Ook nu in onze dagen hoor je veel mensen zeggen dat het geloof een belasting is, het berooft de mens van zijn vrijheid.

Het woord “zegen”, dat bij Abraham en bij Paulus wordt gebruikt wil niet zomaar geluk betekenen.

Wij kunnen soms van iemand zeggen: “Nou die is rijk gezegend, die moet wel veel geluk hebben gehad in zijn of haar leven. En dan gaat het vaak over materie, allerlei uiterlijkheden, een mooi huis, auto etc.

Nee, de zegen bij Abraham heeft met een soort adoptie te maken, een soort overeenkomst. Abraham mag ontdekken dat God hem aanneemt als een Vader en dat hij zich als een kind aan hem mag toevertrouwen. Daarom durft hij op weg te gaan. In Jezus wordt ten diepste duidelijk, dat wij kinderen van God zijn. “In liefde heeft Hij ons voorbestemd Zijn kinderen te worden door Jezus Christus”. De Farizeeën en Schriftgeleerden zijn als het ware geestdodend, zij willen Jezus vangen in zijn eigen woorden, en zien niet de bedoelingen van zijn woorden. Jezus is vol van Gods Geest, altijd op weg als Zoon van de Vader. Het is de weg van het ware leven in vrijheid, op weg te gaan met die H. Geest. Als we Hem durven te volgen zullen we ontdekken wat het betekent “kind te worden van de Vader “.

Wij kunnen ons echter, net als de farizeeën en Schriftgeleerden verliezen in discussies en kunnen elkaar dan vaak gemakkelijk vastzetten zodat je met de mond vol tanden staat. We zijn dan niet meer op weg, maar de ander moet “weg”, uit de weg worden geruimd zoals ze met Jezus wilden doen. Dat is dus een doodlopende weg. Realiseren we ons steeds weer dat we ons in het voetspoor van Abraham gedragen weten als kind van God, dat we, door zijn bevrijdende liefde, op weg blijven gaan. Amen.

Subscribe
Abonneren op

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments