Preek op 05-02-2017, de 5e zondag door het jaar A, diaken Eelke Ligthart
openingswoord
Welkom, bij de viering van de H. Eucharistie op de 5e zondag door het jaar. In het evangelie van vandaag horen we Jezus zeggen wat we zijn. ”Gij zijt het zout der aarde en Gij zijt het licht der wereld”.
Wij horen dus mensen te zijn met pit die het licht van Christus willen overbrengen op onze medemensen.
Jezus is blijkbaar nogal optimistisch en heeft vertrouwen in ons dat we dat waar kunnen maken. Zout en licht, het zijn onmisbare zaken in ons leven. Of en hoe we het kunnen uitdelen dat is iets om over na te denken.
preek
Zout en licht. Twee woorden, waarmee we volgens Jezus het verschil kunnen maken. Twee woorden waarmee hij ons sleutels aanreikt, die inzicht geven in hoe je het leven van waarde kunt maken. Sleutelwoorden zijn het, verworteld in de Bijbel zelf.
Dat begint bijvoorbeeld al op de eerste bladzijde van de Bijbel met dat ene woord ‘licht’. Er is duisternis en chaos op de aarde. En God zegt: ‘Er moet licht komen’. En uit dat donker en die chaos komt de aarde in zicht, met lucht en ruimte en licht voor mensen om in te leven. Zó is het in beginsel bedoeld. Licht en leven horen bij elkaar.
In een weerkerend refrein komt dát vervolgens in het scheppingsverhaal elke dag opnieuw terug. Wíj zeggen: de dag begint ’s morgens en eindigt ’s avonds in het donker. Maar in het scheppingsverhaal lees je steeds ‘het werd avond en het werd morgen …’ – de volgende dag. Het gaat dus van de nacht naar het licht van de nieuwe dag. Dat is de bedoeling, dat mensen de duisternis achter zich laten en aan het licht komen. Die beweging van ‘uit het donker naar het licht’ wordt van meet af aan ingezet.
Het is belangrijk om daar aan vast te houden en dat ook tegen elkaar te blijven zeggen. Juist ook als er zoveel chaos in de wereld is, geweld, armoede, oorlog, ellende, mensen op drift. God bedoelt voor de aarde, voor de mensen, dat ze aan het licht komen! Dat is een basisgedachte, die de hele Bijbel omspant.
Ook Jezus staat in die beweging om mensen en menselijkheid aan het licht te brengen. In zo veel evangelieverhalen, als mensen zijn vastgelopen, als hun leven schemerig is geworden, verduisterd, zie je hoe hij dat open breekt.
Licht in het duister wil hij zijn, perspectieven geven op een nieuwe manier van leven. Hij noemt dat het koninkrijk van God. Voor hem moet in de wereld niet de angst regeren en de dreiging en de honger naar macht, materialisme, hebzucht. Hij stelt daar tegenover het koninkrijk van God. Daar gelden de regels van barmhartigheid en gerechtigheid. Daarop richt zich de menslievendheid, de humaniteit van God.
In dit gedeelte van het evangelie van Matteüs zet Jezus daar vol op in. Je kunt zeggen, dat hijzelf allereerst het zout is van de aarde, het licht voor de wereld, de stad op de berg. Met groot mededogen kijkt hij in onze wereld om zich heen.
Hij ziet mensen, terneergedrukt door het leven, in beslag genomen door de zorg om het dagelijks bestaan, nederig van hart… Voor jullie, zegt hij, is het koninkrijk van God bedoeld. Je zult er kunnen opademen.
Hij ziet mensen met verdriet; mensen die door hun zachtmoedigheid in deze harde wereld altijd op het tweede plan komen… jullie, zegt hij, jullie zullen getroost worden en een toekomst hebben.
Hij ziet mensen lijden aan onrecht, daaraan onderdoor gaan, die hongeren en dorsten naar gerechtigheid, daar diep naar verlangen… Jullie zijn op de goede weg, zegt hij, want gerechtigheid zal er komen.
En hij ziet mensen met een warm hart voor anderen, die echt en oprecht leven; mensen, die onder elkaar en voor elkaar vrede zoeken, niet meteen de beuk erin gooien en de ander uitsluiten, maar die uit zijn op goede verhoudingen, op sámen leven.
Hij ziet mensen die het zwaar te verduren hebben, met de nek worden aangekeken, omdat zij zich voor deze dingen inspannen.
Al die mensen die in een wereld van hebzucht, eigenbelang en onrecht zoeken naar nieuwe wegen, die heeft hij op het oog. Hij steekt hen een hart onder de riem; weet dat je meedoet in de beweging die God zelf in gang heeft gezet; dat je daarmee op de goede weg bent, de weg van het koninkrijk van God. Jullie zijn tekenen van hoop, zout en licht.
Zout en licht zijn in dit verband mooie beelden. Zout is iets dat het voedsel in z’n geheel doortrekt. Zo staat het hier voor het woord van God, voor barmhartigheid en gerechtigheid, waarvan ons hele wezen doortrokken mag raken. Dat komt je niet zo maar aanwaaien. Het vraagt om voortdurende openheid voor de woorden van de Bijbel, om inzicht ook in jezelf. Wie ben ik, waarom reageer ik zo, kan het ook anders? Dan kom je ook aan dat andere beeld toe, licht. Een licht worden in de wereld. Wat is dat anders dan in je woorden en daden, in je doen en laten te handelen in de geest van Christus, alvast in te spelen op zijn koninkrijk?! Het evangelie is en blijft een uitdaging voor de christelijke gemeente, zeker ook voor ons in onze tijd.
Jullie, zegt Jezus, die in deze wereld bewust leven, die om je heen kijken en zien wat er gebeurt met mensen, met dieren, met de schepping en jullie die weet hebben van hoe het in beginsel door God bedoeld is, jullie zijn het zout van de aarde, het licht in de wereld, jullie zijn voor anderen als een stad op een berg. Laten we proberen het verschil te maken. Amen.