Overweging op 14/15-10-2016, de 29e zondag door het jaar C, in de tehuizen, Jannie Ligthart
openingswoord
Welkom in deze woord en communieviering op de 29e zondag door het jaar. De woorden van God uit het Oude en Nieuwe testament geven ons ook vandaag weer veel aanwijzingen voor ons leven.
In de eerste lezing uit het boek Exodus, lezen we hoe de Israëlieten, door de staf van God in Mozes handen, de handen die later ondersteund worden door medestanders van Mozes, de aanval van het leger van Amalek weerstonden.
In de tweede lezing wijst de heilige apostel Paulus ons er weer op dat we het geloof dat we hebben aanvaard, door moeten geven aan hen die na ons komen.
Het Evangelie geeft ons veel om over na te denken. We lezen dat Jezus ons bidden altijd hoort. Dag en nacht is Hij aanspreekbaar voor ons die bij Hem aankloppen. In deze gelijkenis vraagt Jezus zich af, of hij bij zijn wederkomst op aarde dit geloof wel zal aantreffen.
Hoe zit het met ons, treft Hij dit geloof bij ons aan?
Omdat wij regelmatig tekort schieten in ons geloof en vertrouwen in Gods genade en leiding in ons leven, bidden we samen de schuldbelijdenis op blz. 1.om de heilige Communie waardig te kunnen ontvangen.
overweging
Dierbare medegelovigen, uit het Bijbelboek Exodus hebben we een fragment gelezen dat heel gemakkelijk verkeerd geïnterpreteerd kan worden. Het lijkt er bijna op dat er in naam van God oorlog wordt gevoerd. Dat God er behagen in schept dat de vijanden van Israël omkomen. Gods steun voor de oorlog lijkt zichtbaar in de opgeheven armen van Mozes. Maar dit fragment wil zeker niet zeggen, dat God het voeren van heilige oorlogen goedkeurt.
In het boek Deuteronomium staat wat meer verteld over Amalek. De Amalekieten zijn nakomelingen van een kleinkind van Esau, die zijn broer Jacob – de latere Israël – naar het leven stond.
Amalek wordt gezien als de vijand, het kwaad tegen het volk van God. We lezen dat Amalek, het kwaad dus, de achterhoede van de Israëlieten aanvalt. In de achterhoede bevinden zich in de regel, de zwakkeren, degenen die niet goed mee kunnen komen omdat ze te verzwakt en uitgeput zijn. De achterhoede is het meest kwetsbaar. Amalek, het kwaad in onze wereld, strijdt dus niet met open vizier, maar valt ons in de rug aan, als wij zwak en weerloos zijn.
Dit verhaal wortelt zeker in een van de historische veldslagen die Israël voerde, maar veel meer is dit Bijbel verhaal een symboolverhaal geworden: overal waar Gods volk bedreigd wordt, overal waar de zwaksten in de samenleving het slachtoffer worden, daar steekt, het kwaad, de kop op.
Jozua strijdt met soldaten en wapens, maar de overwinning op Amalek, wordt slechts behaald, omdat Mozes met de staf van God, we kunnen ook zeggen, met vertrouwen op Gods leiding, zijn handen opgeheven houdt. Niet op eigen kracht verslaat Israël Amalek, maar met vertrouwen op Gods hulp.
Ook wij moeten in ons leven op Gods leiding vertrouwen, om het kwaad in onszelf, en de wereld te overwinnen.
En dat we erop kunnen vertrouwen dat we steeds weer om Gods hulp en leiding mogen vragen, lezen we in de parabel in het evangelie van vandaag.
Een weduwe bepleit keer op keer haar zaak. De weduwe weet van volhouden. De lakse rechter, hij bekommert zich om God noch gebod, heeft geen boodschap aan de Thora, heeft dus niets met de 10 geboden. Hij komt alleen in actie om van haar gezeur af te komen.
Deze weduwe is voor ons een bemoedigend voorbeeld. Zij heeft doorzettingsvermogen en kracht, zij laat zich niet intimideren door mensen met autoriteit en macht, zij blijft opkomen voor haar recht. Waar haalt zij de kracht vandaan. Het is een vermoeiende uitputtende strijd. Hoe houdt zij dit vol.
Deze parabel wordt door Jezus vertelt in de context van bidden. Bidden helpt ons om het uit te houden. Bidden is het ademhalen van de ziel. Als je letterlijk geen lucht meer kunt krijgen, kun je beademd worden. Maar als de ademhaling van de ziel, het bidden stopt, dan verschrompelt de ziel, dan blijft er van ons geloof, onze hoop, onze liefde weinig over. Jezus, weet ook dat bidden niet gemakkelijk is. Soms heb je het gevoel of je in het luchtledige praat, of God er gewoon niet is, of zich totaal niet aan je stoort. Bidden kan soms net zo moeilijk zijn, als het voor de weduwe was om steeds weer naar de rechter te stappen.
Maar…zegt Jezus in de parabel: God is niet als deze rechter, God is er als degene die zich om je bekommert, die geïnteresseerd is in je vragen en die je eindeloos liefheeft. God is je Vader, en Jezus zegt, hou contact met je Vader al is het elke dag maar eventjes, hou vol, heb vertrouwen.
Het komt in ieders leven voor dat we teleurstellingen, verdriet, onrecht en verlies meemaken. Soms zo erg dat we er benauwd van worden en niet meer kunnen bidden. De lezingen van vandaag sporen ons aan om dan toch gestaag te blijven volharden met bidden, met het ademhalen voor de ziel, zodat we sterk blijven in ons geloof, onze hoop en liefde, in en voor het leven.
En lukt het ons niet, dan kunnen we altijd helpers vragen om voor ons te bidden, zoals ook Mozes vrienden vroeg hem te ondersteunen. Ik hoop voor ons allen dat we de kracht van het gebed, voor onszelf en anderen, mogen ervaren, Dat we door ons bidden het kwaad in ons leven en in onze wereld kunnen weerstaan en zo meewerken aan Gods koninkrijk. Amen.