Preek op 15-08-2016, Hoogfeest Maria Tenhemelopneming, pastoor Frank Domen
openingswoord
Beste medegelovigen, vandaag viert de kerk een groot feest, een hoogfeest, namelijk dat Maria met ziel én lichaam in de hemel is opgenomen. De Katholieke Kerk gelooft, dat het lichaam van Maria na haar dood het verderf niet heeft gezien, maar dat zij na haar overlijden direct in de hemel is opgenomen. Dit is een groot mysterie, dat wij slechts met geloof kunnen belijden. Het heeft eeuwen geduurd voordat de Kerk dit als een dogma heeft uitgesproken. Het is – tot nu toe – ook het laatste leerpunt, dat de Kerk over Maria heeft afgekondigd. Er zijn stromingen in de Kerk, die Maria nog meer eer willen geven. Zij willen, dat de Kerk ook het dogma uitspreekt, dat Maria Medeverlosseres en Middelares Aller Genade is en onze Voorspreekster in de hemel. Er zijn echter mensen in de Kerk, die bang zijn, dat wij dan te veel bij Maria blijven stilstaan. Welnu, daar ben ik niet zo bang voor. Maria zelf wijst ons altijd door naar Jezus Christus. Al het goede, dat er over je moeder te vertellen is, wil je toch naar voren brengen!? Laten wij God nu danken voor deze waarheid: Maria is nu al met ziel én lichaam in de hemel opgenomen. Wanneer ons lichaam komt te overlijden zullen wij in eerste instantie alleen met onze ziel in de hemel zijn. En later, op de dag van het Laatste Oordeel, zullen ook wij met een nieuw en onsterfelijk lichaam worden bekleed. Een prachtige belofte, die ons mag aanmoedigen om als echte christenen te leven, als echte vrienden en vriendinnen van God en van elkaar, biddend en werkend wat wij nog kunnen. Laten wij allemaal onze uiterste best doen om Maria van harte na te volgen.
openingsgebed
Laat ons bidden. Almachtige eeuwige God, Gij hebt de Moeder van uw Zoon, de Onbevlekte Maagd Maria, met ziel en lichaam ten hemel opgenomen. Wij bidden U: geef dat wij altijd bedacht zijn op wat hierboven is om eens te kunnen delen in haar glorie. Door onze Heer Jezus Christus, uw Zoon…
preek
Broeders en zusters, vandaag vieren wij, dat er een mens met ziel én lichaam in de hemel is opgenomen. Een mens, dus één van ons, maar ook namens ons, heel de mensheid vertegenwoordigend. En daarom mogen wij zeggen, dat dit een feest is van Maria, maar ook een feest van ons allen. De mensheid heeft een toekomst in de hemel, in de eeuwigheid. Er is beloofd, dat er ooit een nieuwe hemel en een nieuwe aarde zullen komen. Die zullen het eindresultaat zijn van wat God ooit is begonnen in de menswording van zijn Zoon, Jezus Christus. God wilde niet ver van ons blijven, nee, Hij wilde ons tegemoetkomen en zich zozeer met ons verenigen, dat wij nooit meer zonder Hem zouden kunnen of willen zijn. Hij niet zonder ons en wij niet zonder Hem. God is in Jezus Christus één van ons geworden en doordat Hij in het doopsel ons als zijn kinderen heeft aangenomen, zijn wij van Hem geworden. Natuurlijk is dit niet allemaal vanzelf gegaan. Het initiatief kwam van Hem. Hij trad ons tegemoet. Hij stuurde zijn engel Gabriël naar de aarde, naar Maria, de mooiste en de liefste van alle mensen. En zij heeft als eerste van ons allen “Ja” gezegd tegen God. Zij deed dat met heel haar hart, voor de volle honderd procent. Wij doen dat met vallen en opstaan. Ons jawoord mag en moet groeien. Het gaat om het eindresultaat. Maria was al vol van genade en kon daarom in één keer volmondig ja zeggen tegen God. Wij groeien – hopelijk iedere dag – in de genade en dus groeit ook de kracht van ons jawoord. God laat ons vrij. Hij respecteert ons. Maar Hij hoopt van harte, dat wij inderdaad ja zeggen tegen Hem, want blijvend geluk, geluk dat reikt tot over de grenzen van de dood heen, kunnen wij alleen maar bij Hem vinden. Dat Maria zo volmondig ja heeft gezegd tegen God is een geschenk voor de wereld. Allereerst is door haar jawoord de menswording van Christus mogelijk geworden, maar ook weten wij nu, dat het – met de hulp van Gods genade – niet alleen voor engelen, maar ook voor mensen mogelijk is om ja te zeggen tegen God, ook als het leven erg zwaar valt. De kracht om ja te zeggen vinden wij in de genade, die wij van de heilige Geest kunnen ontvangen. Deze Geest dwingt ons niet in een bepaalde richting, maar overtuigt ons van de liefde en de goedheid van God en hoe meer genade een mens in zich toelaat, hoe vanzelfsprekender het voor de mens is om ja te zeggen. De engel Gabriël zei tegen Maria, dat de heilige Geest over haar zou komen en dat de kracht van de Allerhoogste haar zou overschaduwen en dat het Kind, dat uit haar zou worden geboren, heilig zou worden genoemd. Als ook wij de genade in ons toelaten, zullen ook wij heilige vruchten voortbrengen, vruchten van goddelijke liefde en goddelijke goedheid. Zonder het vrijwillige jawoord van Maria wilde God geen mens worden. Hij wilde zich niet opdringen. En zoals Adam en Eva namens heel de mensheid nee zeiden tegen God, zo heeft Maria in een later stadium namens diezelfde mensheid ja gezegd. Het is aan ieder van ons om met dit jawoord van Maria in te stemmen. Maria is voor ons een voorbeeld in het geloof. Het is vanwege haar grenzeloze geloof en vertrouwen, dat zij door de mensen van alle geslachten wordt zalig geprezen. Het woordje zalig herinnert ons aan de grote zaligsprekingen van de bergrede. Daar is het de gelovige, de eenvoudige, de barmhartige en de vreedzame mens, die zalig wordt geprezen. Ons geloof, broeders en zusters, richt zich op de mensgeworden God en doet die God in ons wonen en werken. Zoals door Jezus Christus – en dus ook door Maria het aanschijn van de aarde is veranderd, zo moge ook het aanschijn van onze leefwereld veranderen door ons geloven en werken. Mensen die geloven in God en het eeuwig leven kijken anders aan tegen de wereld en de gebeurtenissen. Meer hoopvol. Met God kunnen zij grote werken tot stand brengen in een wereld, die gedoemd lijkt zichzelf te vernietigen. Door God zal uiteindelijk alles goed komen. Mensen die geloven in God en het eeuwige leven kunnen gemakkelijker relativeren, juist omdat uiteindelijk alles goed zal komen. Is het niet in deze wereld, dan in de volgende. Beste medegelovigen, laten wij God danken voor deze grote Moeder, Maria, de Vrouwe van alle Volkeren, de Koningin van de Vrede. Zij was op aarde onze Medeverlosseres, ons voorbeeld. Zij is in de hemel onze Voorspreekster. Laten wij ons aan haar vasthouden. Dat zal onze wereld nu al ten goede komen en eens zullen wij met elkaar en met alle mensen van goede wil in de hemel zijn, Gods wereld, een wereld van alleen maar liefde, vrede en vreugde, tot in alle eeuwigheid. Amen.