Preek op 25-12-2014, Eerste Kerstdag, pastoor Frank Domen
openingswoord
Broeders en zusters, allemaal van harte welkom op deze Eerste Kerstdag. Wij vieren het hoogfeest van de Menswording van Onze Heer Jezus Christus.
Hij komt als een Kind, het Kind van God. Vele huizen zijn versierd, van binnen en van buiten. Mensen verkeren in een opperbeste stemming.
Eigenlijk heeft niemand van ons dat Kind ooit in het echt gezien. En toch brengt dit Kindje ieder jaar opnieuw wereldwijd zo’n 2 miljard mensen, groot en klein, op de been.
Het is dan ook het Kind van God zelf. Het is de Zoon van de hemelse Vader. Hij is onze Broeder, want God heeft alle gedoopte mensen tot zijn kinderen aangenomen. Wij vieren een familiefeest.
Mogen wij allen een blijdschap ervaren, die blijvend is. Mogen wij tegenover anderen over dit bijzondere Kind vertellen, opdat ook zij in onze vreugde kunnen delen. Want daartoewerd het Kind geboren: opdat al die zo van elkaar verschillende mensen zouden kunnen delen in dezelfde vreugde: er is een Redder geboren, voor jou en voor mij!
Laten wij beseffen, dat wij inderdaad één grote familie zijn. God is onze Vader, Maria onze Moeder. Door Jezus Christus en de heilige Geest zijn wij broers en zussen van elkaar. In Gods ogen is iedereen even waardevol.
Prachtig, maar laten ook eerlijk zijn: soms vergeten wij dit alles, gaan wij eigenmachtig onze weg, tot schade en schande van onszelf, maar soms ook ten koste van onze medemens.
Herstellen wij de vrede met God, de vrede met onze medemensen en ook met onszelf door nu samen onze schuldbelijdenis te bidden.
openingsgebed
Laat ons bidden. Heer onze God, niemand heeft U ooit gezien. In Jezus uw Zoon zijt Gij ons nabij gekomen; Hij is uw licht in de duisternis, ons heil en onze vrede. Open ons hart om van deze vreugde mee te delen aan ieder mens van goede wil. Door onze Heer Jezus Christus, uw Zoon… .
preek
Het is en blijft een prachtig – waar gebeurd! – verhaal. De reis naar Bethlehem, de geboorte in de stal, de herders en de engelen. Al eeuwen lang kijken jong en oud hand in hand naar het stalletje, en er blijft een kracht van uit gaan.
Als je een moeder ziet, vlak voor de geboorte van het kind, in spanning en in pijn, dan kun je je een beetje radeloos voelen. Van de ene kant verheug je je op het grote wonder, van de andere kant heb je met de moeder medelijden om wat zij doormaakt, maar veel meer dan een hand vasthouden en wat lieve woordjes zeggen, kun je niet doen. En als dan eenmaal het kindje geboren is, laten je krachten je in de steek. Héél voorzichtig til je het kindje op en neem je het in je armen. Je hart smelt. Je vergeet de wereld om je heen. En je geeft het een kusje, héél zachtjes.
Wij weten: voor Jozef en Maria was het allemaal niet zo romantisch. Als Maria bijna uitgerekend is, moeten zij en Jozef een lange reis maken over hobbelige wegen. En in Bethlehem gooien mensen deuren voor hun neus dicht, totdat zij uiteindelijk in een stal terechtkomen. En of het daar zo schoon was en lekker rook, mogen wij betwijfelen. Het was een echte stal. En even later – na enkele mooie momenten met de herders en de wijzen – moeten zij op de vlucht slaan voor koning Herodes, die het Kind wil vermoorden. Hij is niet vertederd, maar ervaart deze nieuwe Koning als een bedreiging voor zijn aardse troon.
Broeders en zusters, in onze dagen is kerstmis ook niet voor iedereen een even romantische tijd. Hoe angstig zijn de vervolgde christenen niet in Irak en Syrië, en in vele andere landen van het Midden-Oosten!? Noord-Korea heeft een weinig eervolle eerste plaats op de lijst van vervolgde christenen, maar ook in meerdere Afrikaanse landen worden christenen de vreselijkste dingen aangedaan. Gisteravond nog sprak ik hier in de kerk een Irakese vriend. Inmiddels is al zijn familie uit Bagdad weggevlucht, meestal te voet, alles achterlatend. Van de 150.000 christenen, die er in Bagdad waren, zijn er nog zo’n 1.500 over.
In ons eigen Nederland heerst angst en bezorgdheid onder de steeds groter wordende groep mensen, die onder de armoedegrens leeft. Een armoede, die natuurlijk niet te vergelijken is met die van ontwikkelingslanden, maar toch! Veel oudere en zorgbehoevende Nederlanders ervaren wat Maria en Jozef in Bethlehem ervaarden: er is geen plaats in de herberg, de herberg als symbool voor de zorg.
Wij leven niet in oorlog, maar hoe mensen soms met elkaar omgaan, gewelddadig, enkel geïnteresseerd in hun eigen belangetje… mensen kunnen soms voor elkaar een echte Herodes zijn.
Laten wij nog eens naar dat bijzondere Kindje kijken. Zo’n 700 jaar vóór de geboorte kondigt de profeet Jesaja Jezus Christus aan als een helder licht, dat schijnt in het land van de dood. Hij noemt Hem Wonderbare Raadsman, Goddelijke Held, Eeuwige Vader, Vredevorst. En – zegt Jesaja – zijn Koninkrijk zal voor eeuwig gegrondvest zijn op recht en gerechtigheid en het zal een onbeperkte macht en welvaart hebben.
Kerstmis vieren is: geloven dat er zo’n bijzonder Kind is geboren, geboren voor jouzelf én voor de ander, om voor alle mensen samen een wereld van vrede te maken.
Broeders en zusters, geloven wij dat? Willen wij leven volgens de woorden, die die Wonderbare Raadsman tot ons spreekt?
Enkele van zijn goede raadgevingen hoorden wij gisteravond. Wij moeten “wereldse begeerten verzaken”, dat wil zeggen, wij moeten niet aardse rijkdom en macht willen hebben ten koste van alles en iedereen. En Jezus zegt, dat wij moeten “uitzien naar de openbaring van zijn heerlijkheid”, dat wil zeggen, wij moeten verlangen naar de dag, dat zijn Rijk van Vrede voor altijd gevestigd zal zijn. Wat Jezus Christus nu doet – vanuit de hemel, vanuit de Kerk, vanuit ons eigen hart – is mensen oproepen tot vrede en er zijn er gelukkig velen, die zijn oproep beantwoorden. Er komt een dag, dat Hij niet meer zal vragen, dan zullen goed en kwaad van elkaar gescheiden worden, voor altijd.
De engelen in het veld zongen “Eer aan God in den hoge en op aarde vrede onder de mensen in wie Hij welbehagen heeft”. Waarom grijpt God niet nu al in? Er is zo veel ellende! Ik denk, dat God eerst wil zien hoe wij op die ellende reageren. Zijn wij mensen van vrede, zoals Jezus Christus het was en is? Vergelden wij het kwade van anderen met het grote goed van de vergeving? Als wij dat doen, mogen wij eens Gods vrede ervaren.
Er zijn in de wereld grote negatieve krachten in opkomst. Als een olievlek verspreiden zij zich over de wereld. Steeds meer mensen worden er bang van. In Duitsland zien wij de laatste dagen demonstraties tegen de opkomst van deze krachten. Over het ware gezicht van deze tegenbeweging zijn alweer verschillende meningen.
Ik denk, dat wij alleen maar veilig zijn als ook wij als christenen ons ware gezicht laten zien. Het christendom is niet alleen de grootste godsdienst, maar verreweg ook de mooiste. Wij geloven in de God van liefde, vrede en eenheid. Deze gaven van God zullen wij als maatschappij alleen maar verkrijgen als weer méér mensen gaan bidden, naar de kerk gaan, Gods geboden proberen te onderhouden, vooral het grote gebod van de liefde: méér aandacht voor God en je naaste dan voor jezelf. Wie zó probeert te leven, vindt God aan zijn zijde. Als Europa weer vol wordt van Gods gaven – liefde, vergeving, barmhartigheid, gaven, die heel aanstekelijk kunnen werken – wordt vanzelf een halt toegeroepen aan alle radicalisering.
De wereld ervaart steeds meer, dat de huidige problemen eigenlijk te groot voor ons zijn. Alleen God met zijn gaven kan ons helpen. Ik hoop, dat jullie de moed hebben om – als tijdens gesprekken deze problemen ter sprake komen – jullie dat willen zeggen: Wij hebben God nodig om dit aan te kunnen. Kom daarom eens wat vaker naar de kerk om samen met ons te bidden.
Ik wens jullie allen mede namens het parochiebestuur van harte een Zalig Kerstfeest, en alvast Gods zegen voor 2015. Dat jullie veel goeds mogen ontvangen, maar méér nog: dat jullie zélf veel goeds mogen doen ter ere van God, tot welzijn van al jullie medemensen, dan zal het ook jullie zelf goed gaan. Zalig Kerstfeest en een gelukkig 2015!