Preek op zondag 27-01-2013, de 3e zondag door het jaar C, pastoor Frank Domen
CRÈCHE
openingswoord
Beste medegelovigen, allemaal van harte welkom.
Zijn wij hier naar de kerk gekomen met bepaalde verlangens? Een verlanglijstje hebben wij niet alleen tegen de tijd, dat wij jarig zijn, maar ons hele leven door. Een baby verlangt naar de melk van zijn moeder. Kinderen verlangen naar iets lekkers of naar speelgoed. Jongeren verlangen naar goede merkkleding of het gezelschap van vrienden. Volwassenen naar een lieve partner, een andere auto en een mooier huis. Ouderen verlangen naar een rustige en onbezorgde oude dag in het gezelschap van kinderen en kleinkinderen. Verlangen doen wij allemaal. Een pastoor verlangt naar een volle kerk!
Maar wat God verlangt? Dat wij naar Hem verlangen! Naar zijn geschenken, die blijven in eeuwigheid. Het grootste verlangen van God is dat wij Hem en elkaar liefhebben, in vrede samenleven.
Denken wij even een momentje in stilte na over de vraag met welke dingen wij in ons hart het meeste bezig zijn: de dingen van deze wereld, die allemaal voorbijgaan … of met de dingen van God, die een eeuwigheid lang blijven bestaan.
openingsgebed
Laat ons bidden. God, menigmaal hebt Gij tot ons gesproken door uw profeten, maar in Jezus van Nazaret herkennen wij gelovig uw mensgeworden Woord, de blijde boodschap voor alle mensen van alle tijden. Wij bidden: maak ons bereid gelovig naar U te luisteren; dat wij uw Woord ter harte nemen en het aan allen verkondigen. Door … . Amen.
kinderwoorddienst
preek
Verlangen’ is willen hebben wat je nog niet hebt. Er komt altijd eerst een verlangen in ons op – je hebt trek in een kop koffie – en dan pas ga je het doen: koffie maken. Heel ons doen en laten is gebaseerd op ‘verlangen’.
Een ‘verlangen’ kan je hart groter maken, want je richt je op iets wat buiten je is. Een verlangen heeft ook altijd te maken met de toekomst, ver weg of dichtbij.
En Gòd hoopt, dat wij onszelf vooral oefenen in het verlangen naar Hem en het eeuwige leven, in het verlangen naar alle genade, die wij nodig hebben om ook hier en nu goed en gelukkig te kunnen leven.
God hoopt, dat wij in dat verlangen volharden. Paulus zegt in zijn Romeinenbrief het volgende: “Daar onze hoop gericht is op het onzichtbare, moet onze verwachting gepaard gaan met standvastigheid” (8, 25). Standvastigheid en geduld zijn belangrijk, omdat wij over God en de toekomst geen macht hebben. Wij kunnen God en de toekomst niet zo maar eventjes naar ons toetrekken. Wij moeten geduldig wachten tot ze naar ons toekomen. Maar het mooie daarvan is, dat in de tussentijd het verlangen groter en echter kan worden.
Dat wij kùnnen verlangen, broeders en zusters, is een gave van God. Vooral over de hogere verlangens – bijvoorbeeld het verlangen naar eeuwig geluk – hebben wij geen macht. Zij worden ons geschonken.
De apostel Paulus zegt, dat wij moeten bidden zonder ophouden (1 Tess. 5, 17), maar dat kan natuurlijk niet betekenen, dat wij de hele dag op onze knieën moeten zitten. Als ons verlangen maar uitgaat naar God en de eeuwige dingen van God, dan bidden wij zonder ophouden. En de kunst is om óók te verlangen naar God en zijn eeuwige goederen, terwijl wij bezig zijn met zijn schepselen en zijn schepping. Een gebed, broeders en zusters, wordt niet waardevoller, krachtiger, door er steeds meer woorden aan toe te voegen, maar door het verlangen sterker te maken.
Bidden is volgens de grote heilige bisschop en kerkleraar Augustinus geen kwestie van God inlichtingen verschaffen over wat wij willen en over de problemen van andere mensen, nee, bidden is je bewust worden van goede verlangens, van jezelf en van anderen. Gebeden tot God, zonder vurig verlangen, zijn zwakke woorden, evenals gebeden waarbij wij ons door te veel andere zaken laten afleiden.
Laten wij echter niet te gauw ontmoedigd raken, niet te gauw zeggen, dat wij niet zo goed kunnen bidden. Misschien is dat nu wel zo, maar wij kunnen toch oefenen!? Voor hoeveel dingen in het leven moeten wij niet oefenen!? Schaatsen, fietsen, voetballen, of een taal spreken, wij leren het met vallen en opstaan. Zo mogen wij ook oefenen in het bidden.
In het evangelie van Lucas (12, 49) geeft Jezus te kennen welk verlangen er in Hem leeft: “Vuur ben Ik op aarde komen brengen, en hoe verlang Ik dat het reeds oplaait!” Al die moeite van mens worden, leven, sterven en verrijzen, heeft Hij gedaan in de hoop, dat wij vurige mensen worden, dat wij het vuur van zijn heilige Geest in ons toelaten.
Misschien vinden wij onszelf helemaal niet zo vurig. Misschien is ons hart dikwijls bezig met andere verlangens. Wel, alleen al dat in te zien is een grote stap voorwaarts. Wie een leegte ziet, kan gaan verlangen.
Verlangen wij vooral naar vrede, liefde, eenheid onder alle mensen, dan komt Gods heilige Geest steeds sterker in de wereld aanwezig. Vragen wij dat niet één keer, niet tien keer, maar honderd keer en nòg veel vaker, niet op één dag natuurlijk, maar in de loop van ons leven.
Ik las laatst op internet een artikeltje waarin verwezen werd naar de Duitse literatuurwetenschapper en publicist Richard Herzinger, die in de zeer gerenommeerde Duitse krant ‘Die Welt’ een groot commentaar wijdt aan de wereldoorlog, die de islamisten momenteel voeren tegen het Westen. Een wereldoorlog die op steeds grotere schaal, met steeds meer wreedheid plaatsvindt.
Je kunt je daarbij door angst laten leiden, maar angst komt niet van God. Je kunt je beter laten leiden door een vurig verlangen naar vrede, naar eenheid onder alle volkeren.
Er zijn gelukkig al veel mensen, die dat doen. En, lieve medeparochianen, hun gebed draagt reeds veel goede vruchten. De afgelopen 30 jaar kwamen er in Iran meer tot geloof in Christus dan in de voorafgaande 1400 jaar bij elkaar opgeteld. Ieder jaar neemt het aantal christenen in Iran met een onvoorstelbare 20% toe. Als deze groei ongewijzigd doorzet, dan is over 10 jaar 10% en over 20 jaar zelfs de helft van de Iraanse bevolking christen geworden.
Hoe kan dat gebeuren? Door een goddelijk ingrijpen, jawel! De Iraanse staat controleert zes officiële TV zenders. Via de satelliet is illegaal Sabekah-7 te ontvangen, oftewel ‘Station 7’, dat wordt gerund door het christelijke Iran Alive Ministries. De Amerikaanse researcher en auteur Joel Richardson bezocht de zender en vertelde verbaasd en bemoedigd te zijn door de enorme stroom getuigenissen over wonderen, bovennatuurlijke ontmoetingen en veranderde levens.
Jezus zegt: Vraagt en ge zult verkrijgen! Als wij geloven in de mogelijkheid tot bekering en wij vragen God erom, zal God ze overvloedig geven. In dit geval is de eerste stap aan ons: als wij vragen … zal God geven!
Jezus hield vandaag in het evangelie een bijzondere toespraak. Hij wilde armen de blijde boodschap brengen, blinden doen zien, verdrukten laten gaan in vrijheid. Zijn levensprogramma hield in: anderen helpen. Hij heeft dat zelfs op materieel vlak gedaan. Denken wij maar aan de wonderbare broodvermenigvuldiging. Hij doet dat ook op geestelijk terrein: door mensen naar God te brengen.
Dat mag ook het grote verlangen zijn in ons hart: dat wij ons door de dag af en toe afvragen: Hoe kan ik medemensen, ver weg en dichtbij, helpen, materieel en geestelijk? Hoe kan ik ze bij God brengen? Op z’n minst door vurig voor ze te bidden: dat Jezus Christus zich aan hen wil openbaren. Steeds meer moslims getuigen er inderdaad van bijzondere openbaringen gehad te hebben en laten zich dopen – met gevaar voor eigen leven.
Vrede kan er blijven… als voldoende mensen er om bidden en er zelf naar leven