Preek op vrijdag 07-06-2013, heilig Hart van Jezus, jaar C, pastoor Frank Domen
Het hart is altijd al erkend als de diepste plaats in de mens, als de plaats waar iemands diepste verlangens en angsten leven. Het hart staat ook bekend als de bron van onze liefde. Er zijn verschillende spreekwoorden, die uitdrukken hoe belangrijk het hart is. Wij zeggen bijvoorbeeld “Laten wij nu spreken over de kern van de zaak”, men bedoelt dan het hart van de zaak. Of wij zeggen “Ik zet mij met hart en ziel voor deze zaak in” of “Wat hij zegt, moeten wij wel ter harte nemen”. Wij zeggen “Ik houd van je met heel mijn hart” of wanneer iemand ons heel erg teleurgesteld heeft “Je hebt mijn hart gebroken”.
Vandaag viert de Kerk over heel de wereld het hoogfeest van het heilig Hart van Jezus. Het is een dag om onszelf weer eens te binnen te brengen hoe veel Jezus van ons houdt. Een dag om eraan te denken, dat Jezus alles gegeven heeft – tot en met de laatste druppel bloed – om ons te redden. En omdat Hij zich geheel vrijwillig gaf, was zijn offer er een van volmaakte liefde.
Maar wij denken niet alleen maar terug, aan dat ene offer dat Jezus ooit op de Calvarieberg heeft gebracht. Vandaag, en iedere dag opnieuw, blijft Jezus zich geheel en al aan ons geven. Hij biedt ons zijn genade aan, zijn vrede, zijn troost, zijn barmhartigheid en bovenal zijn liefde.
Het evangelie van vandaag toont ons een andere dimensie van het heilig Hart van Jezus. Hij gebruikt het beeld van een herder, die bereid is de gehele kudde achter te laten om op zoek te gaan naar een verloren schaap. Dit geeft aan hoe veel Jezus bereid is te riskeren om een mens voor het Koninkrijk van God terug te winnen.
Beste medegelovigen, Jezus houdt van iedereen. Hij lijdt onder iedere mens, die Hem heeft verlaten. En Hij verheugt zich over iedere mens, die weer terugkeert, en iedereen die nu al in de hemel is, engelen en mensen, verheugt zich met Hem. Laten wij onze blik richten op dit heilig Hart. Geven wij Hem de gelegenheid om woorden van liefde tot ons te spreken, om ons ervan te overtuigen, dat wij in zijn ogen kostbaar zijn. En als wij daarvan doordrongen zijn, vraagt Hij ons: “Mijn kind, wil jij nu ook zelf uitgaan als een boodschapper van mijn heilig Hart om verloren schapen te verzamelen!?” Laten wij dan van harte antwoorden: “Ja, Heer, ik zal gaan. Maak van mij een ambassadeur van uw liefde!”