05-03-2020, donderdag in de 1e week van de veertigdagentijd

05-03-2020, donderdag in de 1e week van de veertigdagentijd

Openingswoord

Openingswoord
05-03-2020, donderdag in de 1e week van de veertigdagentijd

Iedereen in de kerk kent wel de gouden regel: “Alles wat gij wilt dat de mensen voor u doen, doet dat ook voor hen.”

Een heel waardevol gezegde, dat niet alleen in het christendom voorkomt, maar ook in de leer van andere godsdiensten als het boeddhisme, het hindoeïsme en de islam. Het gezegde wordt zelfs omarmd door mensen, die geen religieuze achtergrond hebben.

Het lijkt iets wat veel mensen van nature begrijpen. Maar is er nu toch iets anders aan dit idee, zoals Jezus Christus het uitlegt?

Misschien kan het feit, dat Jezus Christus dit gezegde helemaal aan het einde van dit evangelie vermeldt ons helpen een antwoord op deze vraag te vinden.

Hij heeft voorafgaand gesproken over hoe vrijgevig onze hemelse Vader is. Dus is het eigenlijk logisch, dat wij diens vrijgevigheid navolgen. Dat is het nieuwe gebod, dat Jezus Christus aan zijn leerlingen gaf: “Gij moet elkaar liefhebben, zoals Ik u heb liefgehad, zo moet ook gij elkaar liefhebben” (Joh. 13, 34).

Jezus Christus spreekt hier niet over een wiskundige vergelijking – zoals God het doet, zo moeten wij doen, B moet gelijk zijn aan A. Nee, Hij wil aangeven, dat onze vrijgevigheid net zo spontaan kan zijn als de vrijgevigheid van een vader, die zijn kinderen graag mooie geschenken geeft.

Wij zijn allemaal tempels van de heilige Geest en dat betekent, dat wij allen iets moois hebben om uit te delen. Wij hebben de genade, het mededogen, de wijsheid en de kracht, die voortkomen uit het Hart van God, dat in ons leeft. De ‘beker’ met genade, die wij hebben ontvangen, is zo vol, dat zij niet anders kan dan uit ons overlopen.

Van anderen houden zoals Jezus Christus van ons houdt, gaat verder dan de gouden regel. God wil niet alleen, dat wij een licht in de wereld zijn, Hij wil, dat wij zíjn licht in de wereld zijn. Denken wij aan de woorden van de grote heilige Teresa van Avila: “Christus heeft nu geen lichaam op aarde behalve het uwe, geen handen behalve de uwe, geen voeten behalve de uwe.”

Elke dag opnieuw, ja, elk moment heeft God voor ons een doel, dat zich uitstrekt tot in de eeuwigheid. Dat doel omvat iedereen met wie wij in contact komen, van onze partner en kinderen en vrienden tot aan de caissière in de supermarkt en een dakloze op straat. Als wij Jezus Christus een rol laten spelen binnen al deze relaties, en Hij mag door ons zíjn licht laten schijnen op deze mensen, dan kunnen er grootse dingen gebeuren.