Toespraak van de pastoor van Medjugorje, P. Marinko Šakota van 19 maart 2020
Onderricht van de pastoor van Medjugorje, P. Marinko Šakota
Lof zij Jezus en Maria!
Beste vrienden van Medjugorje, beste broeders en zusters in de hele wereld, jullie die verbonden zijn met Medjugorje door de spiritualiteit, die onze hemelse moeder Maria, de Koningin van de Vrede, naar hier heeft gebracht: ik groet jullie allen hartelijk en wil graag het volgende zeggen.
Vandaag, op het feest van de Heilige Jozef, krijgen wij een boodschap, die bedoeld is voor ons allen in deze situatie, een boodschap uit het leven van de Heilige Jozef en van Maria. Vragen wij ons even af: in welke situatie bevindt de heilige Jozef zich? Toch wel in een aartsmoeilijke situatie! Hij is verloofd met Maria, maar Maria is zwanger. Hij weet, dat het kind niet van hem is. Wat moeilijk! Wat moet hij doen? Hoe moet hij handelen? Jozef zit in de nesten, maar hij is ook een rechtschapen man, want hij kijkt verder dan zijn eigen plannen, ideeën en verlangens. Hij gelooft niet alleen in datgene wat hij zelf kan bedenken, hij gelooft niet, dat zijn oordeel het enige juiste is. Hij staat open. Hij staat open voor het plan van God, hij is bereid om te kijken met de ogen van God. En wanneer de engel hem zegt: “Jozef, vrees niet! Wees niet bang om Maria tot vrouw te nemen”, dan gelooft Jozef dat. Hij vertrouwt de engel en neemt Maria tot zijn vrouw.
Vandaag, lieve vrienden, zijn die woorden voor ons allen heel belangrijk. “Vrees niet!” Dat is wat de engel Gabriël aan Maria zei: “Maria, wees niet bevreesd! De Heer is met jou!” Diezelfde woorden spreekt de engel tot Jozef: “Jozef, wees niet bang!” Diezelfde woorden spreekt de Heer vandaag tot ons allen: “Wees niet bang!”
Natuurlijk maken we ons zorgen, en dat is terecht, we moeten voorzichtig zijn, opletten en gehoorzamen. We moeten de hygiënevoorschriften respecteren – dat is juist en belangrijk. Maar niet in angst – niet in angst! – maar in geloof! In het geloof, dat de Heer bij ons is, dat wij aan de Heer toebehoren en dat alles goed komt. Deze situatie vormt voor ons een grote kans. We kunnen het zien als een tragedie, als iets wat tragisch en zwaar is – en dat is het ook wel voor een stuk – maar er schuilt ook een kans in om dichter bij Jezus te komen. Dit is een gelegenheid om terug te keren naar God, naar het gebed, naar het gezin en naar de waarden die er echt toe doen.
Als alles goed gaat, vergeten we God. Als alles goed gaat, denken we alleen aan vertier en plezier; aan materieel welzijn, maar daarbij vergeten we wat echt telt, wat we echt nodig hebben, wat echt belangrijk is. Denk aan wat Jezus aan Martha zegt: “Er is maar één iets belangrijk!”
Dat geldt ook voor nu, op dit eigenste ogenblik! En dat is ook wat we in deze tijd zien: dat Ene wat nu belangrijker is dan al de rest, is overleven. Maar wij Christenen bekijken dat met andere ogen: wij willen leven met Christus, nu en in de eeuwigheid! Wij willen nú met Christus leven!
Dit is een kans, lieve vrienden, om de rozenkrans ter hand te nemen en te bidden. De Gospa leerde het ons: in de rozenkrans schuilt grote kracht! Neem de rozenkrans vast! Lees het Woord van God, ga op de Kruisberg, de Verschijningsberg, of naar een plaats dichter bij huis, een plaats waar je alleen, of met je gezin, op je knieën bidden kunt.
Open je handen, open je hart voor de heer. Vraag hem je geloof te versterken, en je vertrouwen op hem, je hoop en je liefde. Vraag hem om Zijn Liefde te doen heersen in jouw hart. Vraag Hem om je hart te openen, opdat je Zijn Liefde kunt leren kennen, de liefde van je barmhartige Vader die onvoorwaardelijk van je houdt. Vraag Hem om je hart te openen, opdat jij je kunt openstellen voor die warme zon die Zijn Liefde is.
Dit is een kans, lieve vrienden, een kans om de Eucharistie te herontdekken. Op bepaalde plaatsen, in sommige landen, wordt de Eucharistie om verstandige redenen geschrapt; daar zitten mensen in lockdown, ze blijven zoveel mogelijk thuis om zich te beschermen, om op die manier de ziekte, de epidemie, een halt toe te roepen. Maar in dat alles schuilt een grote kans voor ons, vrienden, want we kunnen de waarde van de Eucharistie opnieuw ontdekken, en die van het Sacrament van de Biecht. We zijn immers vergeten hoe waardevol die sacramenten zijn – of we zijn eraan gewend geraakt. En nu die ons onthouden worden, kan de honger naar de Eucharistie, de liefde voor de Eucharistie en het Sacrament van de Biecht, en voor de Aanbidding weer groeien in ons.
Vrienden, dit is een tijd van genade. Een moeilijke tijd, maar een tijd van genade. Laten we er gebruik van maken! Laten we de Heer geloven en vertrouwen op wat Hij ons zegt: Wees niet bang! En wanneer dit alles voorbij is, zullen we een prachtige ervaring hebben: de ervaring, dat wij zijn blijven geloven toen het moeilijk was. Dat zal een kracht zijn in ons verdere leven, en we zullen begrijpen, dat het mogelijk is. Het kan! Het kan! Dat is wat de Gospa ons leert. Zij neemt niet alle moeilijkheden van ons weg. Zij zegt niet: ik laat als bij toverslag alle problemen uit jullie leven verdwijnen. Neen! Zij zegt: ik wil jullie leren hoe jullie innerlijk sterk kunnen staan, hoe jullie een sterk geloof, sterke hoop en sterke liefde kunnen bezitten, opdat eenieder in staat is om moeilijke tijden goed te doorstaan, geduld te oefenen en te wachten in geloof en hoop.
Beste vrienden, dat is wat wij jullie van harte wensen. Dit is voor ons allen een kans om de boodschappen van onze moeder te beleven, waartoe zij ons al zo lang oproept. Laten we die kans grijpen! Laten we ermee beginnen!