Ter voorbereiding van de viering van de zondag

Ter voorbereiding van de viering van de zondag

Uit een paasbrief van de heilige Athanasius, bisschop van Alexandrië († 373)

Het paasmysterie brengt mensen die lichamelijk van elkaar verwijderd zijn, door de eenheid van het geloof bijeen

H. Athanasius, bisschop en kerkleraar

Het is heerlijk, mijn geliefden, van het ene feest over te gaan naar het andere, van het ene gebed naar het andere, van de ene plechtigheid naar de andere. Het is nu immers de tijd die ons een nieuw begin brengt, de aankondiging van het heilig paasfeest, waarop de Heer is geofferd. Inderdaad eten wij als het ware een spijs ten leven en altijd laven wij ons als aan een bron met zijn kostbaar bloed. En toch hebben wij aanhoudend dorst, van binnen branden wij altijd. Maar Hijzelf helpt mensen die dorstig zijn. In zijn goedheid leidt Hij naar zijn feestdag allen die een dorstend hart hebben. Want Hij heeft gezegd: ‘Als iemand dorst heeft, hij kome tot Mij en drinke’ (Joh. 7, 37).

Iemand lest zijn dorst niet alleen, wanneer hij op het feest tot de Heer komt. Telkens als hij erom vraagt, wordt het hem graag toegestaan dat hij bij zijn Verlosser komt. De genade van dit feest is niet tot een bepaalde tijd beperkt. Dit licht straalt zonder einde en kan altijd de geest verlichten van iemand die dat wenst. Deze genade is zonder onderbreking werkzaam bij allen die een verlichte geest hebben en hun aandacht op de Schrift gevestigd houden, dag en nacht. Zo wordt in de psalm die mens gelukkig genoemd: ‘die weigert te doen wat goddelozen hem raden; die niet de wegen der zondaars gaat, niet zit te midden der spotters; maar die zijn geluk vindt in de wet van de Heer, haar overweegt, dag en nacht’ (Ps. 1, 1-2).

Deze God, mijn geliefden, die in het begin dit feest voor ons heeft ingesteld, wil ook dat het ieder jaar wordt gevierd. Hij heeft zijn Zoon aan de dood overgeleverd voor onze redding en daarom ook schenkt Hij dit heilig feest, dat zijn plaats heeft in de loop van het jaar.

Dit feest geeft ons richting bij onze dagelijkse beslommeringen in deze wereld. Nu schenkt God ons de vreugde om onze redding, een vreugde die haar bron vindt in dit feest. Hij voegt ons samen tot één enkele gemeenschap. Hij verenigt ons overal in de geest, Hij laat ons samen bidden en gezamenlijk dankzeggen, zoals dat op een feest behoort. Dit is het wonder van zijn goedheid. Hij verenigt hier mensen die ver weg zijn, en mensen die toevallig lichamelijk van elkaar verwijderd zijn, Hij brengt hen samen tot de eenheid van het geloof.