Preek op 20-08-2023, 20e zondag, jaar A, diaken Eelke Ligthart

Preek op 20-08-2023, 20e zondag, jaar A, diaken Eelke Ligthart

Openingswoord

Dierbare medegelovigen. Hartelijk welkom, bij de viering van de H. Eucharistie op de 20e zondag door het jaar. Ook degenen die via life-stream met ons zijn verbonden, welkom.

In het evangelie lezen we dat Jezus zich terugtrok naar de streek van Tyrus en Sidon. Jezus trekt zich terug omdat Hij teleurgesteld is over het ongeloof van de Joden. Als Jezus zich niet begrepen voelt, en weerstand ondervindt over de belangrijke dingen die Hij te zeggen heeft, trekt Hij zich terug.

Ondanks al zijn uitleg en wondertekenen bemerkte Hij ongeloof bij de Joden, en voelde Hij zich niet welkom, voelde zich niet geaccepteerd in Israël. Hij werd afgewezen door het volk dat Hij als Zijn volk gekozen had. Zelfs de Kananeese vrouw werd eerst genegeerd. Maar toen werd duidelijk dat Jezus tot de verloren schapen werd gezonden. Hoe is het met ons geloof, voelen we afgewezen of blijven we vastberaden geloven in die God die ons voorgaat in het leven, ook vandaag?

Preek

Omdat de Israëlieten ,de Joden ongelovig waren, omdat Israël het heilig land ongehoorzaam was, trok Jezus Zich terug naar de heidense steden Tyrus en Sidon.

Hij trok zich liever terug dan dat Hij Zijn belangrijke boodschap aan de mensen op moest dringen.

Hij vertelde de mensen wat Hij te zeggen had. Daarbij leefde Hij het leven voor, om de mensen van toen en nu te laten zien, hoe zij en wij Gods Rijk op aarde kunnen verwezenlijken.

Maar als wij niet luisteren, niet openstaan voor Zijn woorden en Zijn leer niet aannemen trekt Hij zich (ik denk verdrietig) terug.

Om Zijn leer onder de aandacht te brengen kon en kan Jezus geen geweld gebruiken. Zijn en onze Vader heeft ons met een vrije wil geschapen en die wordt ook door Jezus gerespecteerd.

Vanuit de heidense steden Tyrus en Sidon kwam vroeger het heidendom, de ontucht, de criminaliteit Israël binnen. Toen het Israëlische volk in ballingschap was hebben zij Jeruzalem en Israël leeggeroofd. Als honden hebben ze de Israëlieten behandeld . Wat zij Gods volk hebben aangedaan, moeten we weten om het evangelie over “de honden “ te begrijpen. En het is geen wonder dat Israël en dus ook de leerlingen van Jezus, vijandig stonden tegenover deze heidenen, de bewoners van Tyrus en Sidon.

Het is dus wel te verwachten dat Jezus daar geen wonderen verricht. Jezus eerste reactie op de vraag van de vrouw, is dan ook “geen antwoord te geven”.
En met Zijn derde antwoord stuurt Jezus de vrouw weg door te zeggen: “Het is niet goed het brood dat voor de kinderen (dus voor het volk Gods) bestemd is, aan de honden (aan hen die Gods volk beschimpt en beroofd heeft) te geven.

Deze vrouw wordt door Jezus afgewezen. Klopt dit wel met wat we in de eerste lezing, in het visioen van Jesaja, gelezen hebben, dat God een God zal zijn voor alle volkeren, dat God Zijn gerechtigheid aan alle volkeren zal openbaren?

Er staat: Gods gerechtigheid zal zich openbaren aan allen die Hem dienen, in Hem geloven en zijn verbond onderhouden.

Dat dit visioen bewaarheid wordt lezen we op het eind van het Evangelie. En dit komt niet alleen omdat Jezus naar het heidense land is gegaan, naar een ander volk, maar meer nog door wat de vrouw als antwoord geeft. De vrouw begrijpt waarom Jezus het over de honden heeft. Zij geeft aan dat ze begrijpt dat Jezus haar volk daarmee bedoelt, door te zeggen:” Toch wel Heer, want de honden eten toch ook de kruimels die van de tafel van hun meesters vallen”. Met dit antwoord neemt zij de schuld van haar volk op zich. Ze laat geen rechten gelden op Jezus barmhartigheid en hulp, enkel spreekt ze haar geloof uit door Jezus met de godsnaam “Heer” aan te spreken. Door haar geloof uit te spreken heeft ze Jezus aandacht en daarmee Zijn barmhartigheid en hulp gewonnen. De vrouw vindt barmhartigheid en haar verlangen wordt ingewilligd.

Door ons geloof kunnen we grenzen verleggen, die we door ons ongeloof om ons heen gespannen hebben. Door ons over te geven in ons geloof kan God van iedere situatie, hoe onmogelijk deze menselijkerwijs ook is, nog iets goeds maken. We moeten daarom nooit onze hoop verliezen als het tegen zit. God is een God van liefde. Hij geeft altijd meer dan wij verlangen. We geloven niet alleen dat Hij ons helpen kan, maar ook dat Hij ons verlangen kent en wil inwilligen.

We moeten blijven geloven in zijn goedheid ook al denken we deze niet te verdienen.

Straks mogen wij Jezus Christus, de Zoon van Gods liefde ontvangen. Jezus zal bij ons blijven als wij openstaan voor wat Hij ons te vertellen heeft, en wij trouw blijven aan Zijn verbond.

Mogen wij dit genadebrood met een groot geloof, met hoop en liefde tot onze God, in ons opnemen. Amen.