Preek op 19-12-2021, 4e zondag van de advent, jaar C, diaken Eelke Ligthart

Preek op 19-12-2021, 4e zondag van de advent, jaar C, diaken Eelke Ligthart

Openingswoord

Allemaal van harte welkom bij de viering van de H. Eucharistie op de 4e Zondag van de Advent. Ook zij die via life stream met ons zijn verbonden, welkom.

Vandaag horen we in de lezingen op de vierde Zondag van de Advent vertellen over Maria en Elisabeth en de profeet Micha.

De overeenkomst in deze lezingen is dat ze hun hoop hebben gevestigd op iets kleins: een ongeboren Kind.

Dat moet Gods aanwezigheid en redding belichamen, letterlijk en figuurlijk.

Je vraagt je af, waarom moet dat kleine zo naar voren worden gebracht. Zeker tegenwoordig moet alles groot en snel zijn, dat maakt tenminste indruk.

Je zou het wel willen forceren, God erbij roepen om Hem het aanschijn van de aarde te laten vernieuwen. Maar iets kleins kan groeien, Een kind in de kribbe, wat zien we er naar uit in onze stormachtige wereld.

Preek

Dierbare medegelovigen, wij mensen van deze tijd denken overal een pasklaar antwoord op dergelijke gedachten en vragen te hebben. Maar toch, die vragen zijn er. Ook in ons geloof mag en moet je vragen serieus nemen en blijven zoeken naar een beetje inzicht. En misschien kunnen de verhalen van vandaag ons daarbij helpen.

De profeet Micha leefde in een periode, dat zijn land al jaren verdeeld is in een Noordelijk en een zuidelijk Rijk. Het was al jaren geen eenheid meer. Het had zelfs twee Koningen. Het land in zijn geheel wordt bedreigd door het machtige Assyrie. De situatie is gespannen. Op het platteland heerst armoede en Micha weet ervan, hij is zelf boer. Misschien wel daarom spreekt hij als profeet meestal geen hoopvolle woorden.

Hij stelt de vraag: Wat is er met ons volk aan de hand. Waarom is er zoveel verdeeldheid, zoveel oorlog? Het lijkt alsof hij tegen ons spreekt.

Micha blijft echter niet somber. Daarom zal de Heer hen niet langer overlaten aan hun lot dan tot de tijd dat de moeder haar kind gebaart heeft. Dan komen de broeders weer samen.

God keert zich dus nooit voorgoed van ons mensen af. Als dat geen teken van Hoop is?

Maar dat teken van hoop is bij Micha niet iets groots, maar iets kleins: Geen grote stad als Jeruzalem, maar Bethlehem. Niet de hoop op een groot en machtig mens, nee een kind. Het is zelfs nog in de moederschoot, zo klein. Wat kun je van een klein kind verwachten, is dat onze redding?

Toch zoekt God het wel in dat kleine, volgens de profeet. Wat is de zin daarvan?

Misschien het volgende;

Gods toekomst heeft altijd tijd nodig om te groeien. En die groei kun je niet forceren. Want mensen worden niet zomaar van de ene op de andere dag mensen van rechtvaardigheid, mensen die met elkaars lot zijn begaan. Dat vraagt tijd en ontwikkeling. Echte inzichten groeien maar langzaam, belangrijke beslissingen in een mensenleven moeten rijpen, wijsheid moet groeien.

Zo moet ook Gods toekomst langzaam groeien in mensen, zoals een kind groeit in de moederschoot.

Maria en Elisabeth zijn gelukkig en blij zo hoorden we in het H. Evangelie. Als we echter naar hun omstandigheden kijken, is er wel degelijk reden voor angst en twijfel. Ze weten dat hun kinderen ter wereld zullen komen in een bezet land

Een land waar de vijand heerst, waar je op moet passen voor uitbuiting, armoede en verdeeldheid onder het volk. Toch hebben ze de moed om gelukkig te zijn. ze geloven, net als de profeet Micha, dat God hen niet zal vergeten. Dat komt tot uitdrukking in het henzelf; in het kind dat ze beiden dragen.

Is dat niet eigenaardig: om in zo iets klein, nog ongeboren, een teken van

God’ s redding te zien? Elisabeth moet nog drie maanden wachten, Maria nog zes maanden voor ze moeder worden. Daarna duurt het nog jaren voor de kinderen zo groot zijn dat ze iets kunnen betekenen voor het volk. Wat kan er allemaal wel niet gebeuren in die tussentijd, wat kan er wel niet mis gaan….

Wat is dat voor geloof?

Het is alleen te begrijpen als je vertrouwen hebt. Vertrouwen dat God’ s toekomst er niet in een keer is, maar dat die toekomst er wel degelijk is als groeikracht, als kiemkracht, als een ongeboren kind dat tijd nodig heeft om te ontwikkelen.

In onze tijd zijn we gewend geraakt aan snelheid. Alles moet vlug klaar. Foto’ s in een uur, maaltijden in vijf minuten. Een steeds grotere productie in een kortere tijd. Het proces wordt ondergeschikt gemaakt aan het resultaat. Als bedrijven personeel vragen moeten ze jong zijn, hoog opgeleid en jaren ervaring. Er moet direct resultaat zijn te zien. Wat je uit ervaring leert, vergeet je niet zo gauw meer, maar je moet wel de tijd krijgen om ervaring op te doen, je moet de tijd krijgen om te groeien en daardoor beter te worden. Een vak leren, vraagt training soms veel training.

Zo vraagt vrede ook veel oefening. Ons democratisch bestel is al eeuwen oud. Zo is het met genezing van wonden, vertrouwen tussen mensen, met geloven ,met liefde; ze laten zich niet forceren, het kost veel tijd, soms heel veel tijd.

De weg van God is de weg van de dingen die groeien en in ons mensen vaste bodem proberen te vinden. De weg van de liefde, de weg van geduld.

In deze Adventstijd moeten wij zoeken naar die weg. Misschien dat er meer van God’ s werkzaamheid in het “nu” valt te ontdekken dan we denken. Meer van zijn eeuwigheid, nu al. Geloven en vertrouwen dat ook wij zijn uitverkoren voor de vrede.

Ik denk dat de onbegrijpelijke hoop van Micha en de bijzondere vreugde van Maria en Elisabeth ons in deze dagen tot steun kunnen zijn. Amen.