Preek op 05-03-2023, 2e zondag van de Vasten, jaar A, pastoor Frank Domen

Preek op 05-03-2023, 2e zondag van de Vasten, jaar A, pastoor Frank Domen

Openingswoord

Broeders en zusters, welkom op deze tweede zondag van de veertigdagentijd.

Hebben jullie het ook weleens meegemaakt, dat jullie iets moesten doen, iets groters, en dat jullie op gegeven moment merkten, dat jullie te laat begonnen waren? Je moest je haasten en het lukte je niet meer om ten volle te doen, wat je had willen doen. Op zich is dat niet zo’n ramp … als wij er maar van leren.

Dat geldt ook voor de vastentijd. Misschien hebben wij al vaker gemerkt, dat er van onze vastenvoornemens niet altijd datgene terecht komt wat wij ons hadden voorgenomen. Laten wij ons er dit jaar dan met extra energie op werpen. De Kerk en de wereld, de gezinnen, hebben het zo hard nodig! Doen wij iets extra’s voor de Heer. Houden wij dat vol. Dan doet Hij iets extra’s voor ons.

Openingsgebed

Laat ons bidden. God, op de berg hebt Gij Jezus ons geopenbaard als uw Zoon, groter dan de grootste der profeten. Leer ons luisteren naar zijn Woord, en schenk ons inzicht in het mysterie van zijn lijden en verheerlijking. Hij die met U leeft en …

KinderWoordDienst en TienerWoordDienst

Preek

Ik denk, dat ieder mens in zijn leven wel een of meerdere heel mooie momenten heeft gehad waar hij met heel veel plezier aan terugdenkt. Je trouwdag, de geboorte van een kind/kleinkind, je eerste auto of je eerste eigen huis. De ontmoeting met een familielid of vriend of vriendin, die je al lang niet meer had gezien. En dat je toen dacht: die gevoelens wilde ik wel voor altijd vasthouden.

Maar wij weten allemaal: zo is het leven niet. Alles gaat hier voorbij, ook de mooie ogenblikken, maar het is belangrijk, dat wij ze niet vergeten. Zoals het was, zal het eens weer worden en als het aan God ligt zelfs mooier dan het ooit is geweest. Als je eens voor een vakantie hebt gespaard en het was een tijd om nooit te vergeten, dan spaar je de volgende keer met nog meer ijver om zo gauw mogelijk weer een keer te kunnen gaan.

Iets dergelijks was ook Jezus’ bedoeling toen Hij drie van zijn apostelen, Petrus, Johannes en Jakobus, meenam op de berg, de Tabor. Hij wilde hen een onvergetelijk moment bezorgen. En dat lukte. Want Petrus zei: “Heer, het is goed dat wij hier zijn. Als Gij wilt zal ik hier drie tenten opslaan.”

Petrus vond het wel mooi, al dat goddelijke licht rondom Jezus. En Mozes en Elia over wie hij al vaker had gelezen, hij zag ze nu in levende lijve.

Maar Jezus had een andere bedoeling. Hij wilde Petrus en de anderen duidelijk maken dat het ooit zo zal worden, voor altijd en eeuwig. Eens zal er een moment van oneindig groot en oneindig lang geluk komen. Maar … er moest eerst nog wel even wat anders gebeuren. Jezus zou eerst aan het Kruis sterven. En ook de apostelen zouden moeten getuigen van Gods liefde voor alle mensen en ze zouden daarbij veel tegenwerking ondervinden. Ja, de één na de ander zou gemarteld en gedood worden, behalve de apostel Johannes, die zou als balling sterven op het eiland Patmos.

Wanneer de apostelen al die moeilijkheden meemaken, kunnen zij terugdenken aan dat prachtige moment met Jezus Christus, boven op de berg Tabor. Daar kunnen zij dan de kracht uit halen om ondanks de moeilijkheden nu toch door te gaan. Zij weten, dat het eens heel mooi zal worden. Eens zullen alle moeilijkheden voorbij zijn.

Ik hoop, dat wij allemaal ook eens een mooi moment met Jezus Christus of met Maria hebben gehad. Of zo maar een mooie ervaring in de Kerk. Of een goed gevoel hebben gehad bij het lezen van de Bijbel of een ander geestelijk boek. En dat wij daar de kracht uit kunnen putten om door te gaan, óók als het eens moeilijk is. Als wij zo’n ervaring nog niet hebben gehad, mogen wij daar gerust om vragen: “God, geef mij of een van mijn familieleden een ervaring van uw liefde.” Niet één keer vragen, maar honderd keer. Zo vaak als nodig is. Totdat God ze geeft. Wij mogen zijn als die ene weduwe in een ander evangelie, die keer op keer bij de onrechtvaardige rechter kwam om haar recht te halen, net zo lang totdat ze het kreeg. God wil door ons aanhoudende gebed kunnen zien, dat wij er echt naar verlangen.

Abram uit de eerste lezing van vandaag heeft ook een mooie ervaring gehad, een ontmoeting met God. Een gesprek. Héél duidelijk hoorde hij Gods stem: Abram, Ik wil je brengen naar een beter land. Daar zal Ik een groot volk van je maken. En Abram liet zijn land en volk achter en trok naar het nieuwe land. Hij had het nog nooit gezien. Er was geen toeristisch boekje met mooie foto’s. Hij wist zelfs niet precies waar het lag. Maar God wist het. En dus vertrouwde Abram op God.

Wij moeten ook weleens wat loslaten. Wij zouden zo graag op vakantie willen gaan, maar om gezondheidsredenen of omwille van de financiën gaat het niet. Wij zouden zo graag een betere band willen hebben met een bepaald familielid, maar het wil maar niet lukken. Dan blijft er nog maar één ding over: blijven bidden en verder de kwestie loslaten en je door God de weg laten wijzen. Het doet dan wel pijn dat je die vakantie niet kunt nemen of die vriendschap niet kunt bereiken, maar dat is dan een beproeving, een test. God kijkt of je bereid bent je eigen weg, je eigen ideeën, los te laten om je door Hem te laten leiden. Eén van de mooie dingen, die wij God kunnen geven en waarmee wij de hemel kunnen verdienen is ons vertrouwen.

Ging daar ook niet de tweede lezing over!? Paulus zegt: “Draag uw deel in het lijden voor het evangelie.” God wil ons leiden naar een betere wereld. Om te beginnen een wereld hier en nu. Een wereld van meer liefde en vrede. Om te eindigen in Gods eigen wereld. Maar dan moeten wij dus wel zijn weg willen gaan. Zoals je op vakantie een gids kunt volgen naar een prachtige plek, die je uit jezelf niet kunt vinden, zo kunnen wij alleen tot een mooiere wereld komen, hier én daar, als wij God volgen. En dat betekent soms: je eigen dingen loslaten.

Een mooie manier van vasten. Proberen wij het beste van ons leven te maken. Maar wat niet lukt, geven wij dat aan God. Dan geeft Hij ons er iets mooiers voor in de plaats. Amen.