Preek op 04-10-2020, 27e zondag door het jaar A, diaken Eelke Ligthart

Preek op 04-10-2020, 27e zondag door het jaar A, diaken Eelke Ligthart

Openingswoord

Allemaal van harte welkom bij de viering van de eucharistie op de 27e Zond. d.h. Jaar, hier in de kerk en allen die via life-stream mee vieren.

Vandaag gaat het in twee lezingen opnieuw over een wijngaard. Over de eigenaar en de mensen die er in werken.

Het is een droevig verhaal als je er snel doorheen leest. Toch is het ook een verhaal van alle tijden. Immers, wie geen zorg draagt voor wat hem of haar is toevertrouwd, en geen goede vruchten draagt, moet de gevolgen er van dragen.  En dus zou het ook over ons kunnen gaan, mensen in 2020!

Om dat duidelijk te maken aan hun mensen gebruiken zowel de profeet Jesaja als Jezus een gekende truc: zie lieten hun toehoorders, na het verhaal, een oordeel uitspreken……. Totdat ze uiteindelijk doorkregen dat het eigenlijk over henzelf ging.!

Ik wens ons samen een goede viering toe.

Preek

Dierbare medegelovigen,  Vandaag horen we over Gods wijngaard in twee versies: de eerste bij Jesaja en de tweede versie in de parabel van Matteus.

In  verschillende toonaarden wordt gesproken over Gods wijngaard. Die wijngaard is telkens het beeld van het geliefde volk Gods.  Hij, de Heer, koestert en bemint zijn volk dat Hij lief heeft, waarvoor hij veel moeite doet en zich tot het  uiterste inspant.  Maar Hij wordt teleurgesteld in de trouw en de wederliefde van zijn geliefde.  De liefdeszang veranderd in een klaagzang, in een aanklacht, in een verwijt van een onbeantwoorde liefde.

Wie wordt er bedoeld met geliefde Godsvolk? Allereerst het volk Israel. Maar we  mogen dat ook breder opvatten, immers Gods liefde is niet slechts beperkt tot dat ene volk. Gods liefde is universeel en is voor iedereen die in geloof zijn woord wil horen en het wil volbrengen.

Wij mogen er geen beschuldigingen in zien aan het adres van heel Israel of een bewijs van verwerping van het joodse volk. Het gaat eerder over de leiders van dat volk, over de verantwoordelijke instanties die hun eigen gewin op de voorgrond stellen. Zij zijn verantwoordelijk voor het afwijzen van Gods gezanten, de profeten, en voor het verwerpen van Jezus, de Messias.

“Ik wil zingen voor mijn vriend, zingen het lied van mijn vriend en zijn wijngaard”.

Want betekenen die woorden van Jesaja in de eerste lezing nu voor ons als gelovigen?  Allereerst dat God ons lief heeft.  God wil zichzelf in liefde aan ons geven.  Hij verlangt ernaar dat wij deel hebben aan zijn zichzelf gevende liefde. Hij geeft immers zijn liefde onbaatzuchtig.  Maar liefde kan geen eenrichtingsverkeer zijn, dat houdt niet lang stand.  Liefde vraagt om wederliefde. Maar hoe vaak blijft die liefde niet onbeantwoord? Verzand in onverschilligheid of zelfs vijandigheid? Wat in het begin gaat over een mooi stukje liefdes poëzie, gaat over in een bitter verwijt, in een uiting van teleurstelling.

Toch houdt God niet op ons lief te hebben. Laten we dus nooit ophouden aan zijn liefde gehoor te geven en ons in te zetten voor zijn geliefde wijngaard. Maar hoe zit het met onze liefde voor zijn wijngaard, voor zijn kerk?  Zeker in deze tijd van corona, van beperkingen. Willen of kunnen we nog een bloeiende wijngaard zijn?

We zouden ons kunnen afvragen of wij wel de arbeiders zijn die zorg willen dragen voor de groei en bloei en de vruchtbaarheid in onze wijngaard, hier, onze kerkgemeenschap. Winkelen we alleen bij hetgeen ons aanstaat en laten we de rest  liggen?  Ja, inderdaad de lezingen vandaag  raken onszelf.

Mogen wij de kerk niet meer van deze tijd noemen, als God zelf, onze Vader, zijn eigen Zoon inzet en zijn liefde geeft tot de dood? Vaak zingen we:

“Christus Gij Heer, en maker van wat adem heeft, wij willen uwe bruid bezingen, de kerk die ons het leven geeft”.

Zo heeft Christus, de kerk, ons heel wat te bieden, maar wij hebben de kerk ook heel wat te bieden, als we maar met inzet van ons leven en werken in woord en daad Gods kerkgemeenschap willen dienen.

Dan zal Gods wijngaard niet overwoekert  worden en slechts zure vruchten voortbrengen, maar het zal er aantrekkelijk zijn om in te werken en dan zoete vruchten  voortbrengen.

Franciscus van Assisie, 4 oktober, morgen /  vandaag zijn feestdag, kreeg in zijn tijd ook  al de opdracht   van Christus:  “Franciscus, herstel mijn huis”.

Enkel dagen later bad hij in de kerk van San Damiano:

Hoogste, roemrijke God,

Verlicht de duisternis van mijn hart

En geef mij het ware geloof

De gegronde hoop en de onverdeelde liefde

Het aanvoelen en de kennis Heer,

Om uw heilige en waarachtige opdracht

Te kunnen uitvoeren,   Amen.

Zijn leven blijft velen inspireren tot op de dag van vandaag.

“Vrede en alle goeds”,  moge dat ook ons devies zijn. Amen.