Preek op 02-05-2021, 5e zondag van Pasen, jaar B, pastoor Frank Domen

Preek op 02-05-2021, 5e zondag van Pasen, jaar B, pastoor Frank Domen

Openingswoord

Broeders en zusters, welkom. Wij zullen op dinsdag 4 mei aanstaande met een gevoel van respect en dankbaarheid weer onze dierbare doden herdenken en de volgende dag vieren wij onze zo duur betaalde vrijheid.

In de Kerk vieren wij eigenlijk iedere dag dodenherdenking en bevrijdingsdag. Tijdens de heilige Mis herdenken wij de dood en de verrijzenis van Jezus Christus en wij vieren, dat Hij ons van de eeuwige dood heeft bevrijd. Hij raakte zijn leven kwijt … aan ons!

Er zijn echter zo veel mensen in de wereld, die geestelijk en/of lichamelijk hoe dan ook nog gevangen zitten. Ook al kennen wij de meesten van hen niet bij hun naam, deze heilige Mis kan hun leven veranderen als wij hen met hart en ziel bij God aanbevelen.

Stellen we ons even voor, dat we vergeten zijn om op tijd een bouwvergunning of zoiets aan te vragen en wij kennen iemand die bij de gemeente op die afdeling werkt, dan kunnen we vragen of die kennis een goed woordje voor ons wil doen. Zo iemand werkt dan voor ons als een ‘kruiwagen’. We komen er met onze kwestie binnen bij de gemeente.

Wel, al die mensen, die nog niet geloven, mogen wij met onze kruiwagen, Jezus Christus, bij de hemelse Vader brengen en vragen Hem voor de betreffende persoon om de gave van de heilige Geest.

Nu wij aan deze heilige Eucharistieviering beginnen, laten we allemaal even denken aan minstens één gezin in onze woon- of werkomgeving, brengen wij die mensen in woord en gedachte bij de hemelse Vader.

Openingsgebed

Laat ons bidden. God, Gij opent de poort van het geloof voor alle volken van alle tijden. Wij vragen U: roep ook in deze tijd mensen, die zich wijden aan het gebed en de bediening van het woord. Vermeerder het aantal leerlingen, die van harte geloven in uw Zoon en elkaar liefhebben, zoals Hij ons bevolen heeft. Die met U leeft en heerst …

Preek

Met Jezus verbonden blijven en grote dingen vragen

Vandaag gaat het over het geloven in grote dingen, het doen van grote dingen, en over de kracht om grote dingen te kunnen doen.

De eerste lezing spreekt over de tijd kort na de bekering van Paulus. Zoals in de Tweede Wereldoorlog met een blinde haat overal joden werden gedeporteerd, zo ging de nog onbekeerde jood Paulus met een ziedende woede overal de huizen binnen en sleepte de christenen – mannen, vrouwen én kinderen – naar de gevangenis. Zo bang als mensen tijdens de oorlog waren voor de Gestapo, zo bang waren de christenen voor Paulus.

Maar gelukkig is God er ook nog! Hij grijpt Paulus in z’n kraag en gooit hem van zijn paard af. En door die wondervolle ontmoeting tussen Jezus Christus en Paulus gebeurt er iets héél moois: een mensenhart, vervuld van haat en boosheid, wordt genezen en gevuld met liefde voor God en alle mensen.

Maar dan blijkt hoe klein het geloof van mensen soms kan zijn. De nieuwbakken gelovigen, de eerste christenen, kunnen niet geloven dat Paulus veranderd is. Het is nog niet tot hen doorgedrongen, dat voor God alles mogelijk is. Barnabas, zelf een vurige leerling, brengt Paulus bij de apostelen en als zij hem dan zien en horen, zijn zij overtuigd. Zoals het veertig dagen duurde voordat het tot de leerlingen doordrong, dat Jezus werkelijk verrezen was, zo duurde het ook enige tijd voordat zij konden aannemen dat door Gods reddend ingrijpen hun aartsvijand plotseling in een van hun grootste vrienden was veranderd.

Geloven wíj dat God mensen kan veranderen!? Hoe kunnen wij weten of wij dat geloven of niet? Wel, als wij God niet om zo’n wonder vragen … zou dat een teken kunnen zijn, dat wij een dergelijke verandering niet voor mogelijk houden. Het kan betekenen, dat wij ons niet realiseren, dat God ons roept om ons op deze manier voor mensen in te zetten.

Wat zou het niet een prachtige stunt zijn als wij met ons allen een tijd lang zouden bidden voor een regeringsleider; iedereen kiest voor zich een regeringsleider uit. Iedere dag bidden wij voor die persoon bijvoorbeeld een Rozenhoedje van de Goddelijke Barmhartigheid en na verloop van tijd begint de een na de ander zich tot het geloof te bekeren. Wat zou dat een zegen zijn voor Nederland! Wat zou het een prachtig ‘bewijs’ zijn van Gods bestaan en werkzaamheid in onze moderne wereld.

Geloven wij toch dat God het kan. God kan mensen veranderen … als wij het maar met geloof en volharding vragen! Bidden wij allemaal voor iemand uit de politiek en natuurlijk ook voor onze eigen familieleden en vrienden. Maar … blijven wij niet stilstaan bij de mensen van ons eigen kleine kringetje.

In de tweede lezing van vandaag zegt de apostel Johannes, dat wij niet moeten liefhebben met woorden en leuzen, maar met concrete daden. Het is zó gemakkelijk om te zéggen, dat wij geloven. Maar iedere dag opnieuw voor de ander klaarstaan, iedere dag opnieuw de gebreken van die ander verdragen. De trouw daarin is zó belangrijk. Trouw kan van kleine dingen iets groots maken. Als wij strakjes bij God aankomen zullen wij ons verbazen over de grote geestelijke rijkdom, die wij van de aarde hebben meegenomen.

Wij hebben tegenwoordig veel apparaten en machines: auto, computer, smartphone, magnetron, enz. En wij allemaal willen dat die apparaten het iedere keer doen zo gauw wij ze aanzetten. Wij verwachten a.h.w. van onze apparaten dat zij ons trouw zijn. En als zij het ook maar één keertje níet doen, mopperen wij, en nemen wij maatregelen. Dat iets het doet, dat iemand doet wat hij moet doen, vinden wij heel belangrijk. En al gaat het maar om iets kleins, God kan van kleine dingen iets heel groots maken.

Jezus Christus is ons in ieder geval héél trouw. Hij zegt: Ik ben als een wijnstok, jullie zijn als de ranken. Zoals de wijnstok voortdurend voedsel opzuigt en doorgeeft aan de ranken, zo sta Ik -Jezus – voortdurend in verbinding met mijn hemelse Vader en geef zijn liefde aan jullie door.

In deze 21e eeuw, zou Jezus Christus misschien hebben gezegd: Ik ben als een stopcontact. Jullie hoeven de stekker er maar in te steken en dan komt die stroom goddelijke energie vanzelf op gang. Zoals de ranken goede vruchten voortbrengen, druiven, zo kunnen ook wij goede werken voortbrengen als wij leven in verbondenheid met Jezus Christus.

Wij allemaal hebben kwesties, die wij moeilijk vinden: de omgang met een lastig iemand bijvoorbeeld. Leggen wij het voor aan Jezus Christus. Dan ontstaat er meteen contact. Er komt direct een stroom van genade op gang. Met die genade kunnen wij grote werken volbrengen.

Beste medegelovigen, wij kunnen onszelf wel heel gewoontjes vinden, ergens pleit dat voor ons, het getuigt van een stukje bescheidenheid, maar van de andere kant moeten wij niet vergeten, dat wij als gedoopten een onvoorstelbare kracht in ons dragen: Gods kracht. Met dezelfde kracht waarmee God hemel en aarde en het heelal heeft geschapen geeft Hij ons de mogelijkheid om de aarde te herscheppen in een wereld van liefde en vrede. En wij hoeven eigenlijk niet veel meer te doen dan Hem om die nieuwe wereld te vragen en zelf in onze eigen omgeving het goede voorbeeld te geven.

Deze heilige Mis meevieren is een goed begin van de nieuwe week. Wij beginnen haar met God. Houden wij ons ook in de rest van de week aan Hem vast.

Even nog een andere kwestie: we zitten nog steeds met het coronavirus. Af en toe spreek ik mensen, die echt heel bang zijn en bijna nergens komen. Voor hen en voor ons allen het volgende waargebeurde verhaal.

Gedurende de winter van 1862 teisterde een epidemische ziekte de Franse stad Chambery, bij Grenoble, waardoor een groot aantal slachtoffers viel. Tegenover deze plaag, riep de pastoor van de parochie Sint-Pieter de gelovigen bijeen en moedigde hen sterk aan zich onder de bescherming van Sint-Jozef en van Maria te plaatsen. Gedurende zeven achtereenvolgende zondagen werden gebedsoefeningen gehouden ter ere van Maria en Sint-Jozef. Voor hun altaren brandden talrijke kaarsen in ’t midden van een drukke en biddende bevolking.

Door de vurige smeekbeden tot Hem gericht via de bemiddeling van Jozef en Maria werd onze Heer getroffen. Tijdens de drie maanden dat deze plaag bleef duren, was er in deze parochie, die meer dan 3000 zielen telde, geen enkel sterfgeval te betreuren. En terwijl de klokken van andere kerken de dood luidden, onderbroken die van Sint-Pieter hun stilte alleen om doopsels en huwelijken te vieren.

Laten wij allemaal iedere dag een of ander gebed tot Sint-Jozef bidden. En het hoeft niet per se een klein gebedje te zijn. Roepen wij hem en de Moeder van Jezus, die ook onze Moeder is, met vertrouwen aan. Dan hoeven wij niet bang te zijn. Amen.