Pasen: Het verlangen naar een nieuw begin leeft nog altijd
In heidens en christelijk perspectief leeft de moderne, westerse mens vanuit een vals zelfbewustzijn, betoogt Bart Jan Spruyt. Diep van binnen smeult het verlangen naar vergeving en verzoening. Lees het essay terug dat hij vorig jaar voor de Speciale Editie Jezus schreef.
Jezus is de vis, de ichthus. Dit Griekse woord is een acroniem (elke letter staat voor een bepaald woord) en wil zeggen: hij is Jezus Christus, de zoon van God, de Verlosser. Hij is dus niet zomaar een bijzonder mens geweest, of een martelaar, maar is als God vanuit de hoge hemel naar deze aarde gekomen, is mens geworden, heeft onder ons gewoond, en is daarmee onze Verlosser geworden. Om ons waarvan te verlossen? Van onze zonden, en van de accumulatie daarvan: onze schuld. Wie zonden heeft begaan, en schuldig staat, verdient straf. Jezus heeft die straf op zich genomen toen hij op Golgotha werd gekruisigd – in het oordeel van Joden en Romeinen samen voltrok zich het oordeel van God de Vader over de zonden van deze wereld. Jezus heeft geleefd zoals wij mensen hadden moeten leven. Dat leven, die gehoorzaamheid en die vrijspraak van de straf worden de onze wanneer wij in hem geloven, en voortaan in dankbaarheid voor hem willen leven.
Geloof in Jezus is nooit makkelijke, vanzelfsprekende zaak geweest
Dit is de kern van wat de kerk, de verzameling van alle gelovigen, over Jezus belijdt. Het geloof in hem is nooit een gemakkelijke of vanzelfsprekende zaak geweest. In de evangeliën lezen we al dat Christus tot zijn wereld is gekomen, en dat die wereld hem niet heeft aangenomen. Velen in zijn dagen verwachtten een messias die de aardse vijanden zou verdrijven en een nieuw koninkrijk op deze aarde zou stichten. Maar dat koninkrijk, dat was een persoon, Jezus zelf. Hij zocht zondige, vermoeide en belaste mensen, en sprak hen vrij en maakte hen vrij. Daarmee kwam dat koninkrijk binnen in hen.
Lees verder bij Elsevier Week Magazine