Christus, Koning van het Heelal
Het hoogfeest ‘Christus Koning van het heelal’ wordt gevierd op de laatste zondag van het kerkelijk jaar. Het viert de universele heerschappij van Jezus, het geïncarneerde Woord van God.
Laatste zondag kerkelijk jaar
Christus Koning is de plechtige afsluiting van het kerkelijk jaar in de Romeinse Ritus van de Katholieke Kerk. De officiële Latijnse naam voor dit hoogfeest luidt: Dominus Noster Iesus Christus Universorum Rex.
Pius XI
Het werd ingesteld door paus Pius XI in 1925 bij het zestiende eeuwfeest van het Eerste Concilie van Nicea. De encycliek die hij daartoe schreef was Quas Primas. Op genoemd Concilie werd plechtig uitgesproken dat Jezus de Zoon van God is en “één in wezen met de Vader”: Deum de Deo, Lumen de Lumine, Deum verum de Deo vero (‘God uit God, Licht uit Licht, ware God uit de ware God’) uit het Credo.
Vijfde zondag vóór Kerstmis
Vóór het Tweede Vaticaans Concilie vond Christus Koning plaats op de laatste zondag van oktober. Bij die viering hoorde ook de plechtige toewijding van de gehele mensheid aan het Goddelijk Hart. Thans vindt het plaats op de vijfde zondag vóór Kerstmis.
Heerser van de nieuwe schepping
De liturgie van ‘Christus, Koning van het heelal’ benadrukt de rol van Jezus als heerser van de schepping in het nieuwe heilsbestel, in de Bijbel aangeduid als Rijk Gods. Door zijn Dood en Verrijzenis is er een eind gekomen aan de oude orde, waarin de mens onderworpen was aan de macht van de dood. Al wie in Christus gelooft zal worden verheven tot een schepsel dat de eeuwige heerlijkheid zal mogen genieten.
Metaforische titel
Pius XI schrijft in Quas Primas dat Christus’ titel koning een metaforische is. Hij is ontleend aan de menselijke werkelijkheid en geprojecteerd op een goddelijke. De titel benadrukt Jezus “zijn hoge graad van volmaaktheid waardoor hij alle schepselen overtreft”, aldus de paus.
‘Uw rijk kome’
Paus Benedictus XVI drukte het wezen van Christus’ koningschap als volgt uit. “Het Koninkrijk van Christus volgt de criteria van deze wereld niet. Zijn maatstaf is de liefde, de toewijding, de inzet voor de behoeftigen naar lichaam en ziel. Als we in het Onze Vader bidden dat zijn rijk kome, dan vereist dat van ons dat we de bereidheid hebben de wil van onze koning in ons eigen leven om te zetten. De Heer zal ons laten zien waarmee we onze medemensen kunnen helpen”, aldus Benedictus in zijn Angelus-toespraak op Christus Koning, 23 november 2008.
Liturgie
De psalmen die in het Officie worden gezongen zijn zogenoemde Koningspsalmen: ps.113, ps.117, ps.2, ps.72, ps.110 en ps.145. De oratie van dit hoogfeest luidt:
Almachtige eeuwige God, in Christus heb Gij alles nieuw gemaakt. Hij is uw welbeminde Zoon en koning van de nieuwe schepping. Verdrijf het kwaad dat ons tot slaven maakt, zodat heel de schepping U als Heer erkent en eensgezind uw grootheid prijst.