3e week door het jaar 2, vrijdag

3e week door het jaar 2, vrijdag

33 eerste lezing: 2 Sam. 11, 1-4a. 5-10.13-17

Gij hebt Mij geminacht
en de vrouw van Uria tot vrouw genomen.

Uit het tweede Boek Samuël.
Omstreeks de jaarwisseling,
wanneer de koningen te velde trekken,
liet David Joab met zijn eigen lijfwacht
en alle Israëlieten uitrukken;
zij vernietigden de Ammonieten
en sloegen het beleg voor Rabba.
David zelf bleef in Jeruzalem.
Op een avond stond David van zijn rustbed op
en ging wat wandelen op het dakterras van het paleis.
Vanaf het terras zag hij een vrouw, die aan het baden was;
zij was heel mooi.
David liet naar de vrouw informeren
en er werd hem gezegd:
“Het is Batseba, de dochter van Eliam,
de vrouw van Uria, de Hethiet.”
Toen zond David boden om de vrouw te halen;
zij kwam bij hem en hij sliep met haar.
De vrouw werd zwanger, en zij liet aan David berichten:
“Ik ben zwanger.”
Toen zond David een boodschap aan Joab:
“Stuur Uria, de Hethiet, naar mij toe.”
Joab stuurde Uria naar David.
Toen Uria bij hem kwam, informeerde David,
hoe het met Joab ging
en met het leger en met de oorlog.
Daarna zei hij tot Uria:
“Ga naar huis en neem een bad.”
Uria verliet het paleis,
waarbij een schotel van de koninklijke tafel
achter hem werd aangedragen.
Maar Uria overnachtte in het portaal van het paleis,
bij de dienaren van zijn heer,
en hij ging niet naar huis.
Toen aan David gemeld werd
dat Uria niet naar huis was gegaan, zei hij tot Uria:
“U hebt toch een hele reis achter de rug.
Waarom zijt ge dan niet naar huis gegaan?”
David nodigde hem uit
te eten en te drinken aan zijn tafel
en hij voerde hem dronken.
Toch ging Uria ‘s avonds weer slapen op zijn brits
bij de dienaren van zijn heer
en hij ging niet naar huis.
De volgende morgen schreef David een brief aan Joab,
die hij door Uria liet overbrengen.
In die brief schreef hij het volgende:
“Zet Uria vooraan in de strijd,
waar het hevigst gevochten wordt,
en trek u dan achter hem terug,
zodat hij wordt getroffen en sneuvelt.”
Toen zette Joab bij de belegering van de stad
Uria op een bepaalde plaats,
waar hij wist dat er sterke troepen stonden.
De bewoners van de stad deden een uitval tegen Joab;
er vielen enigen van het volk, van Davids lijfwacht;
ook Uria de Hethiet vond de dood.
Woord van de Heer.
Wij danken God.

tussenzang: Ps. 51 (50), 3-4, 5-6a, 6b-7, 10-11

Refrein:
God, ontferm U over mij in uw barmhartigheid,
delg mijn zondigheid in uw erbarmen.

God, ontferm U over mij in uw barmhartigheid,
delg mijn zondigheid in uw erbarmen.
Was mijn schuld volkomen van mij af,
reinig mij van al mijn zonden.

Ik erken dat ik misdreven heb,
altijd heb ik mijn vergrijp voor ogen.
Jegens U alleen heb ik gezondigd,
wat U tegenstaat heb ik gedaan.

Dus zijt Gij rechtvaardig in uw oordeel,
is het vonnis dat Gij velt gegrond.
Ach, met schuld belast werd ik geboren,
schuldig was het dat mijn moeder mij ontving.

Maak mij weer ontvankelijk voor blijde klanken,
geef mijn gekastijde lichaam nieuwe levensmoed.
Wend uw ogen af van mijn gebreken,
scheld mij al mijn schulden kwijt.

vers voor het evangelie: Ps. 130 (129), 5

Alleluia.
Op de Heer stel ik mijn hoop,
op zijn woord vertrouw ik.
Alleluia.

34 evangelie: Mc. 4, 26-34

De zaaier zaait, hij slaapt en staat op;
onderwijl kiemt het zaad en schiet op, maar hij weet niet hoe.

De Heer zij met u.
En met uw geest.
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus.
Lof zij U, Christus.

In die tijd zei Jezus tot de menigte:
“Het gaat met het Rijk Gods
als met een man die zijn land bezaait;
hij slaapt en staat op, ‘s nachts en overdag,
en onderwijl kiemt het zaad en schiet op,
maar hij weet niet hoe.
Uit eigen kracht brengt de aarde vruchten voort,
eerst de groene halm, dan de aar,
dan het volgroeide graan in de aar.
Zodra de vrucht het toelaat, slaat hij er de sikkel in,
want het is tijd voor de oogst.”
En verder:
“Welke vergelijking kunnen we vinden voor het Rijk Gods
en in welke gelijkenis zullen we het voorstellen?
Het lijkt op een mosterdzaadje.
Wanneer dat gezaaid wordt in de grond,
is het wel het allerkleinste zaadje op aarde;
maar eenmaal gezaaid schiet het op
en het wordt groter dan alle tuingewassen,
en het krijgt grote takken,
zodat de vogels in zijn schaduw kunnen nestelen.”
In vele dergelijke gelijkenissen verkondigde Jezus hun zijn leer
op de wijze, die zij konden verstaan.
Anders dan in gelijkenissen sprak Hij niet tot hen,
maar eenmaal met zijn leerlingen alleen,
gaf Hij van alles uitleg.
Woord van de Heer.
Wij danken God.

Subscribe
Abonneren op

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments