30e week door het jaar 2, maandag

30e week door het jaar 2, maandag

349 eerste lezing: Ef. 4, 32 – 5, 8

Leidt een leven van liefde naar het voorbeeld van Christus.

Uit de brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Efeze.
Broeders en zusters,
weest goed voor elkaar en hartelijk.
Vergeeft elkaar, zoals God u vergeven heeft in Christus.
Weest navolgers van God,
zoals het geliefde kinderen past.
Leidt een leven van liefde naar het voorbeeld van Christus,
die ons heeft bemind en zich voor ons heeft overgeleverd
als offergave en slachtoffer,
God tot een lieflijke geur.
Ontucht en onzedelijkheid, in welke vorm dan ook,
of hebzucht, mag onder u zelfs niet ter sprake komen.
Heiligen betaamt dit niet.
Evenmin past u schandelijke, grove of dubbelzinnige taal,
maar veeleer dankzegging.
Beseft het goed:
geen ontuchtige, of onreine, of geldgierige
– wat hetzelfde is als een afgodendienaar –
heeft enig erfdeel in het koninkrijk van Christus en van God.
Laat niemand u met loze woorden misleiden:
om zulke dingen komt Gods toorn over de ongehoorzamen.
Doet niet met hen mee.
Eens waart gij duisternis,
nu zijt gij licht door uw gemeenschap met de Heer.
Leeft dan ook als kinderen van het licht.
Woord van de Heer.
Wij danken God.

tussenzang: Ps. 1, 1-2, 3, 4, 6

Refrein: Weest navolgers van God,
zoals het geliefde kinderen past.

Gelukkig de man die weigert te doen,
wat goddelozen hem raden;
die niet de wegen der zondaars gaat,
niet zit te midden der spotters;
maar die zijn geluk vindt in ‘s Heren wet,
haar dag en nacht overweegt.

Hij is als een boom aan het water geplant,
die vruchten draagt op zijn tijd;
des zomers verdorren zijn bladeren niet,
maar al wat hij doet brengt hem voorspoed.

De goddelozen vergaat het zo niet,
de wind blaast hen weg als kaf.
De Heer immers let op de weg der gerechten,
de weg van de zondaars loopt dood.

vers voor het evangelie: 2 Tess. 2, 14

Alleluia.
God heeft ons geroepen
door de verkondiging van het evangelie,
opdat wij de heerlijkheid
van onze Heer Jezus Christus zouden verwerven.
Alleluia.

350 evangelie: Lc. 13, 10-17

Behoorde deze dochter van Abraham
niet van haar boeien bevrijd te worden op de sabbatdag?

De Heer zij met u.
En met u geest.
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Lucas.
Lof zij U, Christus.

Eens onderrichtte Jezus op sabbat in een van de synagogen,
toen er plotseling een vrouw kwam,
die – bezeten door een geest – achttien jaar lang ziek was;
zij was kromgebogen en kon zich in het geheel niet oprichten.
Toen Jezus haar zag,
riep Hij haar bij zich en sprak:
“Vrouw, ge zijt van uw ziekte verlost.”
Hij legde haar de handen op
en op hetzelfde ogenblik richtte zij zich op
en zij verheerlijkte God.
Geërgerd, omdat Jezus op sabbat genas,
nam nu de overste van de synagoge het woord
en sprak tot het volk:
“Zes dagen zijn er waarop gewerkt moet worden.
Komt u dus op die dagen laten genezen
en niet op de sabbatdag.”
Jezus gaf hem ten antwoord:
“Huichelaars!
Maakt niet ieder van u op sabbat
zijn os of ezel van de voederbak los
om hem naar de drinkplaats te voeren?
En behoorde dan deze vrouw
– nog wel een dochter van Abraham –
die niet minder dan achttien jaar lang
door de duivel is gebonden,
niet van die boeien bevrijd te worden op de sabbatdag?”
Toen Hij dit zei stonden al zijn tegenstanders beschaamd.
Maar heel de menigte verheugde zich
over al de heerlijke daden, die Hij verrichtte.
Woord van de Heer.
Wij danken God.

Subscribe
Abonneren op

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments