26e week door het jaar 2, zaterdag

26e week door het jaar 2, zaterdag

311 eerste lezing: Job. 42, 1-3.5-6.12-17

Nù hebben mijn ogen U aanschouwd.
Daarom herroep ik mijn woorden.

Uit het Boek Job.
Toen gebeurde het,
dat Job aan de Heer het volgende antwoord gaf:
“Ik heb erkend, dat Gij alle macht hebt,
niets wat Gij wilt, wordt U geweigerd.
Daarom sprak ik in domheid,
over dingen, te wonderbaar voor mijn begrip.
Van horen zeggen had ik over U gehoord;
maar nu hebben mijn ogen U aanschouwd.
Daarom herroep ik mijn woorden en doe ik boete in stof en as.”
Toen zegende de Heer Job, meer nog dan tevoren,
en hij kreeg veertienduizend schapen,
duizend koppel runderen en duizend ezelinnen.
Hij kreeg ook zeven zonen en drie dochters.
De eerste noemde hij Jemina,
de tweede Kesia en de derde Keren-Happuk.
Er waren in het hele land geen vrouwen te vinden,
zo mooi als de dochters van Job,
en hun vader gaf hun een erfdeel evenals aan haar broers.
Daarna leefde Job nog honderdveertig jaar,
en hij zag zijn kinderen en kleinkinderen
tot in het vierde geslacht.
Toen stierf Job, hoogbejaard en levensmoe.
Woord van de Heer.
Wij danken God.

tussenzang: Ps. 119 (118), 66, 71, 75, 91, 125, 130

Refrein: Laat voor uw dienaar uw Aangezicht stralen, Heer.

Verleen mij dan inzicht en wijsheid,
want op uw geboden stel ik mijn hoop.

De kwelling was mij een weldaad,
zo leerde ik wat Gij beschikt.

Rechtvaardig is wat Gij bepaalt, Heer, ik weet het,
Gij hebt mij terecht gestraft.

Zoals Gij bepaald hebt, zo is het voor immer,
want al wat bestaat dient U.

Uw dienaar ben ik, geef mij verstand
om wat Gij verordent te kennen.

De uitleg van uw woorden geeft klaarheid,
schenkt wijsheid aan wie onervaren is.

vers voor het evangelie: Ps. 130 (129), 5

Alleluia.
Op de Heer stel ik mijn hoop,
op zijn woord vertrouw ik.
Alleluia.

312 evangelie: Lc. 10, 17-24

Verheugt u omdat uw namen staan opgetekend in de hemel.

De Heer zij met u.
En met uw geest.
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Lucas.
Lof zij U, Christus.

In die tijd keerden de tweeënzeventig leerlingen
vol blijdschap terug en zeiden:
“Heer, zelfs de duivels
onderwerpen zich aan ons door uw Naam.”
Jezus zei hen:
“Ik zag de satan als een bliksemstraal uit de hemel vallen.
Ik heb u macht gegeven
op slangen en schorpioenen te treden,
te heersen over heel de kracht van de vijand;
en niets zal u kunnen schaden.
Toch moet ge u niet verheugen over het feit,
dat de duivels aan u onderworpen zijn,
maar verheugt u,
omdat uw namen staan opgetekend in de hemel.”
Op dat uur jubelde Hij het uit, vervuld van de heilige Geest,
en Hij sprak:
“Ik prijs U, Vader, Heer van hemel en aarde,
omdat Gij deze dingen verborgen gehouden hebt
voor wijzen en verstandigen,
maar ze hebt geopenbaard aan kinderen.
Ja, Vader,
zo heeft het U behaagd.
Alles is Mij door mijn Vader in handen gegeven.
Niemand weet wie de Zoon is, tenzij de Vader;
en wie de Vader is, tenzij de Zoon
en hij aan wie de Zoon Hem wil openbaren.”
Daarop keerde Hij zich naar zijn leerlingen afzonderlijk
en Hij zei tot hen:
“Gelukkig de ogen, die zien wat gij ziet.
Ik zeg u:
Vele profeten en koningen verlangden te zien wat gij ziet,
maar zij hebben het niet gezien
en te horen wat gij hoort,
maar zij hebben het niet gehoord.”
Woord van de Heer.
Wij danken God.

Subscribe
Abonneren op

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments