5e week door het jaar 1, woensdag

5e week door het jaar 1, woensdag

53 eerste lezing: Gen. 2, 4b-9.15-17

God plaatste de mens die Hij geboetseerd had in de tuin.

Uit het Boek Genesis
Toen God de Heer de aarde en de hemel maakte,
waren er op aarde nog geen wilde planten
en groeide er geen enkel veldgewas,
want God had nog geen regen op de aarde laten vallen
en er was nog geen mens om de grond te bebouwen,
om het water uit de aarde omhoog te halen
en de aardbodem te bevloeien.
Toen boetseerde God de Heer de mens uit stof,
van de aarde genomen,
en Hij blies hem de levensadem in de neus
zo werd de mens een levend wezen.
Daarna legde God de Heer een tuin aan in Eden,
ergens in het oosten,
en daarin plaatste Hij de mens die Hij geboetseerd had.
God de Heer liet uit de grond allerlei bomen opschieten,
aanlokkelijk om te zien en heerlijk om van te eten;
daarbij was ook de boom van het leven
midden in de tuin
en de boom van de kennis van goed en kwaad.
Toen bracht God de Heer de mens in de tuin van Eden,
om die te bewerken en te beheren.
En God de Heer gaf de mens dit gebod:
“Van al de bomen in de tuin moogt ge vrij eten,
maar van de boom van de kennis van goed en kwaad
moogt ge niet eten,
want op de dag dat gij daarvan eet, moet ge sterven.”
Woord van de Heer.
Wij danken God.

tussenzang: 104 (103), 1-2a, 27-28, 29bc-30

Refrein:
Verheerlijk, mijn ziel, de Heer!

Verheerlijk, mijn ziel, de Heer,
wat zijt Gij groot, Heer mijn God!
Met glorie en luister zijt Gij gekleed,
uw mantel is zuiver licht.

Al de dieren verwachten van U
dat Gij ze voedt op hun tijd.
Wat Gij voor hen uitstrooit verzamelen zij,
ze worden verzadigd als Gij uw hand opent.

Neemt Gij hun geest weg, dan komen zij om,
en keren terug tot de aarde.
Maar zendt Gij uw geest, dan komt er weer leven,
dan maakt Gij uw schepping weer nieuw.

vers voor het evangelie: cf. Hand. 16, 14b

Alleluia.
Maak ons hart ontvankelijk, Heer,
en dat wij ons richten naar het woord van uw Zoon.
Alleluia.

54 evangelie: Mc. 7, 14-23

Wat uit  de mens komt, dat bezoedelt de mens.

De Heer zij met u.
En met uw geest.
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus.
Lof zij U, Christus.

In die tijd riep Jezus het volk weer bij zich en sprak tot hen:
“Luistert allen naar Mij en wilt verstaan:
niets kan de mens bezoedelen
wat van buiten af in hem komt.
Maar wat uit de mens komt
dat bezoedelt de mens.
Als iemand oren heeft om te horen, hij luistere.”
Nadat Hij zich van het volk had teruggetrokken
en thuis gekomen was,
stelden zijn leerlingen Hem vragen over de gelijkenis.
Hij antwoordde hun:
“Begrijpt ook gij nog zo weinig?
Beseft gij dan niet,
dat al wat van buiten af in de mens komt
hem niet kan bezoedelen,
omdat het niet in zijn hart komt maar in zijn buik
en zijn weg vindt in een zekere plaats ?
Zo verklaarde Hij alle voedsel rein.
Maar,
– zei Hij –
wat uit de mens komt,
dat bezoedelt de mens.
Want uit het binnenste, uit het hart van de mensen
komen boze gedachten, ontucht, diefstal, moord,
echtbreuk, hebzucht, kwaadaardigheid, bedrog,
losbandigheid, afgunst, godslastering, trots, lichtzinnigheid.
Al die slechte dingen komen uit het binnenste
en bezoedelen de mens.”
Woord van de Heer.
Wij danken God.

Subscribe
Abonneren op

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments