26e week door het jaar 1, maandag

26e week door het jaar 1, maandag

301 eerste lezing: Zach. 8, 1-8

Ik ga mijn volk redden uit het land waar de zon opkomt
en uit het land waar zij ondergaat.

Uit de Profeet Zacharias.

Het woord van de Heer der hemelse machten kwam
en het luidde als volgt:
Zo spreekt de Heer van de hemelse machten:
“Ik ijver voor Sion met heftige ijver;
heftig en grimmig ijver Ik voor haar.”
Zo spreekt de Heer:
“Ik keer terug naar Sion;
Ik neem in Jeruzalem mijn intrek.
Jeruzalem zal de stad van de trouw heten,
de berg van de Heer van de hemelse machten,
de heilige berg.”
Zo spreekt de Heer van de hemelse machten:
“Er zullen weer oude mannen en vrouwen zitten
op de pleinen van Jeruzalem,
ieder met een stok in de hand
vanwege hun vele jaren.
De pleinen van de stad zullen ook weer vol zijn
van jongens en meisjes,
die op haar pleinen spelen.”
Zo spreekt de Heer van de hemelse machten:
“Het zal in die dagen wonderbaar lijken
in de ogen van de rest van dit volk,
maar moet het daarom ook
in mijn ogen wonderbaar zijn?”
Zo spreekt de Heer van de hemelse machten:
“Zie, Ik ga mijn volk redden
uit het land waar de zon opkomt
en uit het land waar zij ondergaat.
Ik breng hen terug
en zij zullen in Jeruzalem wonen.
Zij zullen mijn volk zijn
en Ik hun God,
in trouw en in gerechtigheid.”
Woord van de Heer.
Wij danken God.

tussenzang: Ps. 102 (101), 16-18, 19-21, 22-23, 29

Refrein: De Heer herbouwt de muren van Sion,
Hij keert er terug in volle luister.

De heidenen zullen uw Naam weer duchten,
de vorsten der aarde uw heerlijkheid, Heer;
wanneer Gij de muren van Sion herbouwt,
wanneer Gij daar weerkeert in volle luister;
wanneer Gij de stem der geplunderden hoort,
hun smeekbeden niet naast u neerlegt.

Stelt dit dan op schrift voor het komend geslacht
en laat onze zonen de Heer ervoor danken.
De Heer ziet omlaag van zijn heilige hoogte,
Hij ziet uit de hemel op aarde neer.
Hij zal het geschrei der gevangenen horen,
verlossen die aan de dood zijn gewijd.

Dan wordt op de Sion zijn Naam weer verkondigd,
zijn lof in de heilige stad;
als volken en stammen daarheen zullen komen
om hulde te brengen aan God de Heer.

Het kroost van uw dienaren krijgt weer een woonplaats,
hun nageslacht blijft voor uw aanschijn bestaan.

vers voor het evangelie: cf. Ef. 1, 17-18

Alleluia.
De God van onze Heer Jezus Christus
moge ons innerlijk oog verlichten,
om te zien, hoe groot de hoop is
waartoe Hij ons roept.
Alleluia.

302 evangelie: Lc. 9, 46-50

Wie de kleinste is onder u allen, die is de grootste.

De Heer zij met u.
En met uw geest.
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Lucas.
Lof zij U, Christus.

In die tijd kregen de leerlingen woorden over de vraag
wie van hen wel de grootste was.
Maar Jezus die wist wat zij dachten,
nam een kind, zette het naast zich en sprak tot hen:
“Wie dit kind opneemt in mijn Naam neemt Mij op;
en wie Mij opneemt, neemt Hem op die Mij gezonden heeft.
Wie dus de kleinste is onder u allen, die is de grootste.”
Nu nam Johannes het woord en zei:
“Meester, we hebben iemand in uw Naam duivels zien uitdrijven
en we hebben getracht het hem te beletten,
omdat hij niet een van uw volgelingen is, zoals wij.”
Maar Jezus zei tot hem:
“Belet het hem niet.
Want wie niet tegen u is, is vóór u.”
Woord van de Heer.
Wij danken God.

Subscribe
Abonneren op

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments