Les 45 (11-12 jaar) De hel

Les 45

De hel

We gaan nu nadenken over iets dat heel erg is.
Het kan namelijk met mensen helemaal verkeerd gaan.
We bedoelen nu niet hier op aarde.
We bedoelen nog iets veel ergers.
Het kan met mensen na het leven hier op aarde heel verkeerd gaan.
Mensen kunnen slecht leven en grote zonden doen.
Dat is natuurlijk erg.
Maar die mensen kunnen dat met God in orde maken.
Ze kunnen gaan biechten.
Of ze kunnen op een andere manier aan God vergeving vragen, wanneer ze niet kunnen biechten.
Dan is er niets meer aan de hand.
Het wordt pas erg, wanneer deze mensen weten dat ze slecht leven en geen berouw hebben.
Mensen gaan allemaal dood.
Dan gaat de ziel van de mens naar God.
De mens die slecht geleefd heeft, wil echter niet naar God.
Hij vlucht zover weg dat hij God niet meer ziet.
Tegelijk verlangt deze mens erg naar God.
Want hij heeft gezien hoe fijn het bij God is.
Toch kan hij niet naar God toe.
Deze mens lijdt heel erg. Dat is al verschrikkelijk.
Maar het ergste is dat aan dit lijden nooit een einde komt.
Dat is de hel.
De hel is het voor eeuwig moeten missen van God.
Niemand kan meer iets voor deze mensen doen.
We vinden het niet fijn om hieraan te moeten denken.
Toch moeten we aan de hel ook denken.
Want als we er nooit aan denken, worden we niet gewaarschuwd.
Wie gewaarschuwd is, past wel op.
We kunnen ook nog iets anders doen.
We kunnen vaak bidden voor de mensen die weten dat ze slecht leven.
We kunnen aan God vragen dat ze berouw krijgen en beter gaan leven.
We vragen aan God dat de zondaars zich bekeren.
Dat heeft Maria ons ook gevraagd.
Ze heeft het gevraagd in Fatima en in Lourdes en nog op meer plaatsen.
Maria zelf bidt met ons mee.
Moeten we nu bang worden?
Nee, want wanneer we zonde hebben gedaan, kunnen we altijd aan God vergeving vragen.
En dan hoeven we niet bang te zijn.
We hoeven niet bang te zijn voor de hel, als we aan God vergeving vragen voor onze zonden.

———————————————————————-

Wat is de hel?
De hel is het voor eeuwig moeten missen van God.

Wat doen we voor de zondaars?
We vragen aan God dat de zondaars zich bekeren.

Wanneer hoeven we niet bang te zijn voor de hel?
We hoeven niet bang te zijn voor de hel, als we aan God vergeving vragen voor onze zonden.

————————————-

Om zelf te lezen:
Lees in het Evangelie van Lucas, hoofdstuk 16, vers 19 tot 31. Je kunt ook lezen in het Evangelie van Matteüs, hoofdstuk 25, vers 31 tot 46.

We maken een voornemen:
We bidden elke dag dat we in de hemel mogen komen.
We vragen ook elke dag aan God dat de zondaars zich bekeren.

Subscribe
Abonneren op

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments