Overweging ter voorbereiding van 07-04-2024, Tweede zondag van Pasen

Uit de verklaring van de heilige priester Petrus Canisius († 1597) op het evangelie van de eerste zondag na Pasen

Verheugt u met de verrezen Christus. Vrede zij u!

De overwinnaar van de dood en de hersteller van het ware leven, Christus, keert levend terug uit de onderwereld, en Hij staat op uit het graf met een verheerlijkt lichaam. Door gesloten deuren treedt Hij binnen bij zijn leerlingen, die te Jeruzalem bijeen zijn op de avond van die paasdag. Zijn eerste woord is een vredewens. Vrede wenst Hij hun toe, herhaaldelijk en innig gemeend, vrede voor allen die zo bedroefd zijn. Ik wil Hem van ganser harte dankzeggen, en ik meen dat alle stervelingen Hem dankbaar moeten zijn, deze goede en grote Verlosser, die als niemand anders inzake vrede de hoogste titel voert en behoudt.

Hij is zoals Jesaja Hem noemt, de Vredevorst. Hij is de meester of leraar van de vrede, want het is Hem eigen, zelf of door zijn gezanten, de vrede te verkondigen aan joden en aan heidenen die de boodschap van vrede willen aanvaarden.

Hij is de vredebrenger, daar Hij uit de hemel is gezonden om onze vrede te worden. Hij is gekomen om de ernstige en eeuwenoude vijandschap tussen God en de mensen weg te nemen, en om heel het mensdom door een duurzame vrede met zijn Schepper te verzoenen.

Willen wij de vrede van Christus, die alle andere weldaden omvat, verkrijgen en behouden, volgen we dan het voorbeeld van de apostelen na, van wie terecht geschreven staat dat zij zich afgezonderd hadden van de mensen, en met gesloten deuren bijeen waren op de berg Sion. Die berg Sion is een beeld van de ware kerk: daar alleen verschijnt God aan zijn gelovigen, en deelt Hij hun zijn gaven uit.

Daarom moet het onze voornaamste zorg zijn in dit huis van God te blijven om nooit door dwaling of ergernis te worden gescheiden van de eenheid en het gezag van de kerk, en om aldus de vrede van Christus te kunnen verkrijgen. Over deze geestelijke berg Sion staat toch geschreven: ‘Daar schenkt de Heer zijn zegen en leven voor altijd.’ En ook: ‘God heeft Sion gekozen, zijn woning wenste Hij daar’ (Ps. 132 (131), 13). Ja, over deze berg getuigt God zelf: ‘Voor eeuwig zal Ik hier rusten, hier woon Ik, dit is mijn keus’ (Ps. 132 (131), 14).

Houden we tevens de deuren gesloten, dat wil zeggen: als wij die vrede willen smaken, moeten wij onze zintuigen en gevoelens verwijderd houden van deze wereld met haar lawaai, haar ijdelheden en verlokkingen. Hoe meer wij afstand nemen van de wereld, des te dichter naderen we tot God en des te gemakkelijker worden we de geestelijke goederen deelachtig: ‘De hele wereld ligt in de macht van de boze. En die wereld gaat voorbij met heel haar begeerlijkheid, maar wie de wil doet van God, blijft in eeuwigheid’ (1 Joh. 5, 19; 2, 17).

Men kan de wereld vergelijken met pek, waarvan de wijze reeds opmerkte: ‘Wie pek aanraakt, maakt zich vuil’ (Sir. 13, 1).

Daarom nemen wij ter harte wat de profeet over zichzelf zei: ‘Aanhoren zal ik wat God tot mij zegt, voorzeker een woord van vrede. Een woord voor zijn volk, voor al wie Hem dient, voor elk die zijn hart voor Hem opent’ (Ps. 85 (84), 9-10).