Preekje op 02-03-2021, dinsdag in week 2 van de vasten

Preekje op 02-03-2021, dinsdag in week 2 van de vasten

Openingswoord

Toen God keek naar de bewoners van het Jeruzalem in de tijd van de profeet Jesaja, zag Hij zoveel kwaad, dat Hij er bedroefd van werd en daarom liet God bij monde van zijn profeet de hartenkreet horen: “Kom dan, laten wij het uitpraten.”

“Kom dan, laten we het uitpraten.” God zei dit al tegen Adam en Eva. Hij beloofde om hen te redden. En vanaf dat moment, iedere keer als mensen te lijden hadden, als zij de Heer verwierpen, bleef God maar roepen: “kom dan, laten we het uitpraten.” Keer tot Mij terug. Geef Mij de mogelijkheid om de muren, die ons van elkaar scheiden, neer te halen. Laat Mij je vergeven en je rein wassen.

Vragen wij God, dat Hij ook vandaag de dag blijft roepen, en liefst een beetje harder, omdat de mensheid zo druk doende is met allerlei onbelangrijke zaken, dat het voor de gemiddelde mens bijna onmogelijk is om de roepstem van God te horen.

Broeders en zusters, God heeft vandaag de dag nog steeds hetzelfde verlangen om de dingen met de mensheid als geheel en ook met individuele mensen, uit te praten. Wij kunnen daartoe altijd bij Hem. Het enige wat wij moeten doen is ’s avonds een beetje tijd nemen om de dag eens rustig te kunnen overzien, wat is er allemaal gebeurd en niet gebeurd en hoe, om dan vergeving te vragen voor wat eventueel niet goed is gegaan.

Voordat wij gaan slapen horen wij even na te denken over al onze woorden en daden en gedachten en waar we zien dat iets niet goed is gegaan, dat mogen wij bij de Heer brengen, zodat het ons die nacht en in de toekomst niet meer hoeft te belasten.

En als wij iets ernstigs tegenkomen is het natuurlijk noodzakelijk om dat in de biecht te belijden. Het is zo gemakkelijk en zo heerlijk om ons iedere avond te laten bevrijden. Het kan ons zelfs helpen om beter te slapen, te slapen als een onschuldig kind van God.

Mocht het zo zijn, dat wij met deze goede gewoonte nog moeten beginnen, dan is de veertigdagentijd een geschikte tijd. Maken wij het stil in ons hart en luisteren wij aandachtig naar de Heer. Ook wij zullen dan de Heer horen roepen: “Kom dan, laten we het uitpraten.”

Veel mensen denken misschien, dat de vasten een tijd is van terugkeren tot de Heer, en dat is natuurlijk ook zo, maar de vasten is ook een tijd dat God zijn hand naar ons uitsteekt, een tijd waarin Hij ons een stroom van genezende liefde en barmhartige genade op ons af laat komen. God zelf doet er alles aan om de dingen uit te praten. Laten wij hieraan denken wanneer wij ons geweten onderzoeken: God is naar ons op zoek en Hij wil graag zijn wonderen in ons bewerken.