Overweging op 26/27-11-2021 in de tehuizen, 1e zondag van de advent, jaar C, Jannie Ligthart
Openingswoord
Beste medegelovigen, welkom in deze Woord en Communieviering in het 1e weekend van de Advent.
Het is het begin van een nieuw liturgisch jaar, een nieuw begin van evangelielezingen genomen van de evangelist Lucas. Een nieuw begin van stil staan bij het leven van Jezus.
Bij een nieuw begin kijken we naar de toekomst, niet een toekomst waarin we passief afwachten wat er komen gaat, maar naar een toekomst waarin we zelf actief willen zijn om er samen iets goeds van te maken.
Daarom worden we vandaag opgeroepen tot waakzaamheid, om steeds de kansen te zien die we krijgen om leven en welzijn op een goede manier met elkaar te delen. Met kerstmis dromen we van het licht dat Jezus in de wereld bracht, maar dat licht moeten wij uitstralen naar elkaar. En als teken van onze goede wil om dat te doen wordt vandaag de eerste kaars van onze adventskrans aangestoken.
Bij het aansteken van de eerste kaars.
We steken nu de eerste kaars aan
en denken aan de aarde, de zon en de maan,
in het begin voor ons door God gemaakt.
Want waar de zon de aarde raakt,
gaan planten en bomen groeien,
gaan struiken en bloemen bloeien.
Laat ons van een nieuwe toekomst dromen
omdat het kerstfeest weer gaat komen.
Voor de keren dat het ons niet gelukt is in verbondenheid met Christus te leven, vragen we vergeving, om de H. Communie waardig te kunnen ontvangen. We bidden samen de schuldbelijdenis.
Overweging
De lezingen van deze eerste zondag van de Advent getuigen van een groot vertrouwen op licht in donkere dagen. De profeet Jeremia blijft hopen op recht en gerechtigheid, ook als Juda politiek ten onder gaat. Hij blijft hierop hopen omdat hij vertrouwen heeft in wat God beloofd heeft.
Het evangelie van Lucas kon ik eerst niet zo plaatsen. Bij het uitzien naar de komst van Jezus, de geboorte van nieuw leven had ik een wat minder heftig Evangelie verwacht.
Tot ik na ging kijken wat “Advent” betekent. Het woord “advent” is afgeleid van het Latijn: adventus, dat betekent, komst, er aan komen, en advenire, dat betekent naar toe komen. Letterlijk betekent Advent: God komt naar ons toe.
Advent heeft daarom een dubbel karakter. Het is de voorbereidingstijd op het kerstfeest, de geboorte van Jezus Christus ruim 2000 jaar geleden. Maar waar we eigenlijk niet over nadenken is, dat het ook de periode is om de wederkomst van Jezus te overwegen op het einde der tijden, wanneer God alles in allen zal zijn. In het Evangelie wijst Jezus ons op de noodzaak om ons elke dag voor te bereiden op Jezus terugkeer op aarde. Mijn vader zei al tegen me: “Jannie je moet altijd je paspoort klaar hebben liggen”. Wij kennen dag noch uur, we moeten er altijd klaar voor zijn.
In het Evangelie zegt Jezus: “Er zullen tekenen zijn aan zon, maan en sterren en op aarde zullen volkeren in angst verkeren, radeloos door het gebulder van de onstuimige zee. Als we naar het journaal kijken, de krant lezen en om ons heen kijken in onze maatschappij dan lijkt die tijd al gekomen. Jezus wist al dat de mensheid zich van zijn voorbeeld van hoe te leven, zou afkeren.
In alle ellende zal er in onze wereld toch een verandering doorbreken. We zullen uiteindelijk beseffen hoe klein en machteloos de mens is in dit wereldgebeuren. We hebben het al vaker in de geschiedenis gezien met volksverhuizingen, burgeroorlogen, maatschappelijke en culturele revoluties. De evangelist Lucas bemoedigde de christenen toen, en ons nu. Wij maken ook een onzekere en verwarde tijd mee.
Lucas zegt: ”Weest waakzaam, bidt, en richt je op, en houd contact met je Hemelse Vader, er staat echt iets nieuws te gebeuren.
Dat is Advent. Gods Koninkrijk verwachten.
Maar hoe verwacht je dat? Als een rustig, kalm proces? Als een vanzelfsprekende geschiedenis die automatisch doorzet? Als dat zo is zegt Jezus nadrukkelijk tegen ons: “Nee, vergis je daarin niet, zo gaat het niet”. Gods koninkrijk wordt gewonnen op het koninkrijk van de wereld, en de wereld zal zich daartegen verzetten.
De wereld zal uiteindelijk ervaren dat haar heerschappij, haar invloed, macht, egoïsme en alles wat de wereld eigen is, zal verdwijnen. Wij christenen zullen daarin een voorbeeld moeten zijn, in ons gedrag, in ons doen en laten, een voorbeeld nemend aan Jezus.
Advent. Dat is de verwachting naar Gods Koninkrijk uitspreken, in het bewustzijn dat je er zelf deel aan hebt. Hiervoor nodig is dat je meer van je leven aan God geeft dan aan het wereldse. In de wereld van God komen we pas echt tot leven. Jezus zegt: “Wanneer zich dat alles begint te voltrekken, richt u dan op en heft uw hoofden omhoog, want uw verlossing is nabij. Zorg ervoor dat je standhoudt tot ik wederkom”.
We zien verlangend naar Kerstmis uit. We zijn blij dat we mogen vieren dat God zich in zijn zoon Jezus aan ons heeft geopenbaard. Laten we ons hart voor Hem open houden, wetend dat Hij onze Koning is, die wij willen volgen en gehoorzamen, tot het einde der tijden. Amen.