Een pleidooi voor het dragen van het Bruin Scapulier van O.L.Vrouw van de Berg Karmel

Een pleidooi voor het dragen van het Bruin Scapulier van O.L.Vrouw van de Berg Karmel

Onze Lieve Vrouw verscheen verschillende malen als Onze Lieve Vrouw van de Berg Karmel met het Scapulier in de hand. Dit gebeurde onder andere bij de laatste verschijning in Fatima, en evenzeer te Garabandal. Zij blijft ons het Bruin Scapulier aanbevelen als een middel van toewijding en bescherming.

Uit het boekje ‘De Novene ter ere van de Moeder van Karmel’ van wijlen Pater Gabriël Gunasekera O.C.D.:

Op zichzelf is het Miraculeus Scapulier eigenlijk niets bijzonders. Maar het ontvangt kracht en uitmuntendheid omwille van onze Hemelse Moeder die het heeft gekozen en belichaamd met een buitengewone macht, in staat om bovennatuurlijke, geestelijke en tijdelijke voordelen voor wie het Miraculeuze Scapulier draagt, voort te brengen.

In de loop van deze zeven eeuwen is het Miraculeuze Scapulier een drager geweest van bovennatuurlijke genaden, genezingen, bescherming tegen gevaren en kwaad en een vernietigend wapen tegen de duivel in elke vorm van duivelse kwellingen en aanvallen, betoveringen, hekserij, zwarte magie, enz.

Het is erg jammer dat deze wonderlijke gebeurtenissen, uitwerkingen en (soms natuurlijk onverklaarbare) gevolgen door het Miraculeuze Scapulier teweeggebracht, niet werden opgetekend en bewaard. In de loop van mijn ongeveer veertigjarig priesterambt heb ik, door toedoen van het Miraculeuze Scapulier, merkwaardige (soms natuurlijk onverklaarbare) voorvallen en gebeurtenissen ervaren. De meest opmerkelijke was het mirakel dat gebeurde op 26 juni 1994 in Moelinckxveld in Melsen, Merelbeke, België.

Getuigenis van de vrouw

Elke laatste zondag van de maand was er in de kapel, Keerken 1 te Scheldewindeke, om 15.15uur een gebedsuur. Daarna was er gelegenheid, voor diegenen die het verlangden, om het Scapulier van onze Hemelse Moeder van de Karmel opgelegd te worden door Pater Gabriël Gunasekera O.C.D.  In april zijn mijn man, ikzelf, de broer van mijn man en diens vrouw daar ook voor de eerste keer geweest. Wij zijn dan het Scapulier opgelegd en hebben het ook ontvangen, met het goede voornemen het altijd en overal te dragen.

Zondag 26 juni waren wij aanwezig in het gebedsuur. Daarna gingen wij, zoals gewoonlijk en ook omwille van het mooie weer, eens fietsen met enkele familieleden, waaronder bovenvermelde schoonbroer en schoonzus. Wij reden door de mooie natuur, verwijderd van het drukke verkeer, langs stille, enigszins verlaten wegen, midden rustige weiden en korenvelden, met in de verte (250-300 m) de huizen. Een aangename omgeving die je een gevoel van rust en vrede geeft.

Plots werden wij opgeschrikt, ik hoorde een scherend en fluitend geluid, een luiden knal en tezelfdertijd het gevoel alsof er een zware slag, als een plotse hevige windkracht, tegen mij aanstootte. Mijn schoonzus reed rechts van mij en volgde op een kleine meter. Opeens slaat zij een luide gil en dan nog één… het bloed spoot als een fontein uit haar linkerarm; onmiddellijk hebben wij de arm moeten afbinden daar de slagader geraakt was. Zeer geschrokken door dit gebeuren hebben wij de hulpdienst 100 opgeroepen, met daarbij de Rijkswacht van dienst. Intussen zag ik bij mezelf, en ook de anderen zagen het, dat er vooraan op mijn bloes, boven de rechterborst, een eigenaardig ding vasthing. Zeer verontwaardigd en huiverend sloeg ik met een paar felle handbewegingen het ding van mij weg. Mijn man zag ineens aan de rechterkant van mijn hals een grijs metaalstukje hangen dat hij gemakkelijk kon verwijderen.

Intussen waren de hulpdienst en de Rijkswacht terplaatse gekomen om het nodige te doen en de feiten vast te stellen. Wij werden beiden getroffen door kogels die werden afgeschoten vanaf één van de huizen op een afstand van 250-300 m. Later heeft de persoon het ook bekend. De kogel die ik afschudde werd teruggevonden en door de Rijkswacht meegenomen.

Mijn schoonzus en ik werden met de hulpdienst naar het U.Z. Gent overgebracht. Daar zag men ook aan de hand van RX dat er geen kogel in mijn lichaam was doorgedrongen. De plaats waar de kogel vasthing op mijn bloes, was de plaats waar mijn Scapulier hing. Omwille van mijn zomerkledij had ik het koordje van mijn Scapulier naar beide schouders opgetrokken, zodat het voorste scapulierstukje hogerop en naar rechts hing.

Ik ben er vast van overtuigd dat het Scapulier dat ik op dat ogenblik droeg de kogel heeft tegengehouden. Zoiets is onverklaarbaar, maar ik ben op een bijzondere manier beschermd door onze Hemelse Moeder, door Haar Scapulier dat ik sinds twee maand trouw draag. Hoe erg had het kunnen zijn? Nu juist een kleine wonde veroorzaakt door de slag van de kogel op het Scapulier, met als gevolg daarvan een inwendige bloeduitstorting in de rechterborst.

Ondanks alles ben ik heel gelukkig en dankbaar. De Moeder Gods gaf een teken dat Zij met ons is als wij ons bekleden met Haar kleed, met Haar SCAPULIER!

Getekend: F.K.

Meer info

Het Scapulier dat de dame droeg toen de kogel haar trof en de bloes met de deuk werden in een speciaal gemaakt kastje opgeborgen en voor publieke tentoonstelling geplaatst in de kapel van het Miraculeuze Scapulier van de Moeder van Karmel, Kezelberg, Meensesteenweg, Dadizele, België (op de parking van de Floralux). Voor een bezoekje aan de kapel kan men parkeren op de parking van de Floralux. Kapel heeft een schuifdeur.

U kunt het noveenboekje met tekst, foto’s en uitleg over het mirakel, en over het Scapulier zelf, o.a. bekomen via mij (ik geef dan uw adresgegevens en het gewenste aantal door). Boekje is gratis. Vrije bijdrage kan uiteraard altijd.

Dit artikel komt van de website: Gegroet o kruis, onze enige hoop (cruxavespesunica.org)