5 juni: Heilige Bonifatius

Rond het jaar 675 wordt in het zuiden van Engeland bij deftige mensen een jongetje geboren. Hij heet Winfried. Wanneer hij een jaar of zeven is, brengen zijn ouders hem naar een beroemd klooster. Hij studeert er zo goed, dat hij in een ander klooster les gaat geven. Winfried doet dit heel graag en ook heel goed. Maar dan leert hij iets anders kennen. Nadat zijn vader eindelijk toestemt, mag hij priester worden. Nu wil hij graag andere mensen leren over Jezus. Daarom trekt hij naar het land van de Friezen. De Koning van de Friezen heet Radboud. Hij wil niets van de christenen weten. Zijn ergste vijanden, de Franken, zijn ook christenen. Die heeft hij net overwonnen. Dus maakt Winfried niet veel kans om de Friezen te bekeren. Hij gaat dan naar Engeland terug, waar ze hem abt willen maken van het klooster. Winfried gaat echter naar Rome. Daar krijgt hij van de paus een nieuwe naam. Hij zal voortaan Bonifatius heten. De paus geeft Bonifatius de opdracht de heidenen te gaan bekeren. Hij gaat eerst naar Thüringen, in Duitsland dus, waar hij veel tegenwerking heeft van de priesters. Dan hoort hij, dat Radboud is gestorven. Onder leiding van Willibrord van Utrecht gaat hij nu opnieuw proberen de Friezen te bekeren.

In het jaar 721 vertrekt Bonifatius naar Hessen, weer in Duitsland, waar hij veel heidenen doopt. Wanneer de paus daarvan hoort, maakt hij hem tot bisschop. Dan gaat Bonifatius terug naar Hessen. Tot zijn grote ergernis vereren de mensen daar een grote eik. De heidenen menen namelijk dat deze aan de God van de donder was toegewijd. Wanneer Bonifatius de eik wil omhakken, proberen de heidenen hem tegen te houden. Hij duwt ze gewoon opzij. Met één slag gaat de geweldige eik tegen de grond. Vol eerbied voor de sterke God van de christenen vallen de mensen op de knieën. Ze helpen Bonifatius van het hout een kapel te bouwen ter ere van de heilige Petrus. Bonifatius sticht hier ook een klooster. Hij laat veel monniken en zusters uit Engeland komen, die hem helpen bij het missiewerk. Uit een brief van een van die monniken kunnen we lezen, hoeveel werk er was en ook hoe gevaarlijk het soms kon zijn. Ze hebben vaak te lijden van dorst en koude en ook van overvallen van heidenen.

In het jaar 732 benoemt de paus Bonifatius tot aartsbisschop. Hij mag nu zelf bisschoppen wijden.

In 737 gaat Bonifati us voor de derde keer naar Rome. Hij maakt er een vergadering fnee van veel bisschoppen met de paus, een ,synode’.

Nu gaat Bonifatius echt de Kerk opbouwen in Zuid-Duitsland. Hij herstelt er bisdommen, zoals in Salzburg, Passau en Regensburg. Die plaatsen moet je maar eens opzoeken in je atlas. Hij krijgt hierbij veel hulp van de vorst van die streken, De paus benoemt hem nu tot zijn vertegenwoordiger voor het hele Frankenland.

Intussen is Bonifatius wel aartsbisschop en primaat, maar hij heeft zelf nog steeds geen bisdom. Zijn vijanden weten te voorkomen dat hij aartsbisschop van Keulen wordt. Intussen heeft Bonifatius zijn lievelingsklooster gesticht in Fulda. Zijn bisdom wordt Mainz.

In 751 zalft Bonifatius Peppijn tot koning van het Frankische rijk. Intussen is hij tachtig jaar geworden. Hij wil nog een keer proberen, de Friezen te bekeren. Hij gaat op reis en brengt de winter door in Utrecht. Dan gaat hij met 52 begeleiders op weg naar de Friezen. Op pinksterdag zal hij in Dokkum het heilig vormsel toedienen. Daarom slaat hij zijn tenten bij die plaats op. Maar er komen geen christenen. Er komt een woeste horde heidenen op het tentenkamp af. De begeleiders willen de strijd aanbinden. Daar wil Bonifatius echter niet van weten. Hij denkt aan de woorden: van Jezus dat men kwaad met goed moet vergelden. Hij neemt het evangelieboek en gaat op de bende af Zijn gezicht straalt, alsof hij zich bijzonder op dit moment ver- heugt. Met een enorme slag gaat het zwaard van een vijand door het evangelieboek heen en doodt Bonifatius. Alle andere metgezellen sterven de marteldood. Wanneer de christenen later komen, vinden ze niet alleen de dode christenen. Ook heel wat overvallers zijn gestorven. Ze zijn namelijk in de tenten op zoek gegaan naar goud en andere kostbare dingen. Wanneer ze niets vinden, krijgen ze ruzie met elkaar en vermoorden elkaar.

Het lichaam van Bonifatius en ook het evangelie-boek worden naar het klooster van Fulda gebracht. Je kunt het boek nu nog zien.

We vieren het feest van Bonifatius op 5 juni.

Heilige Bonifatius, u hebt hard gewerkt om veel mensen in God te leren geloven. Help alle mensen die het moeilijk vinden, van God te houden. Help ook onze bisschoppen, die nu voor ons zorgen. Amen.