Preek op 02-02-2017, Opdracht van de Heer in de Tempel, diaken Eelke Ligthart

Preek op 02-02-2017, Opdracht van de Heer in de Tempel, diaken Eelke Ligthart

Dierbare medegelovigen, Zojuist hebben we gehoord hoe Jezus naar de tempel werd gebracht. Pas in dit evangelie wordt de volle omvang van Kerstmis duidelijk: Jezus is voor de eerste keer in de tempel. De Messias, de Redder voor de eerste keer in de tempel. Je zou verwachten dat alle priesters hun offers en gebeden zouden staken en dat de levieten zouden komen aansnellen om de messiaanse psalmen te zingen. Maar niets van dat alles. Want het Kerstkind komt niet naar de tempel om alle eer voor zichzelf op te eisen. Jezus is in de tempel om aan te geven dat ook dit kind zich zal onderwerpen aan de wetten van God. Waarom gingen Jozef en Maria op de 40e dag na de geboorte met hun kind op weg naar de tempel? Dat alles heeft te maken met het oude paasverhaal. Het verwijst naar de nacht waarin de eerstgeboren zonen van de Egyptenaren stierven, terwijl de oudste zonen van de Israëlieten gespaard bleven. In die verschrikkelijke nacht, vol van duisternis, bloed en geweld, heeft het volk beloofd voortaan alle oudste zonen in de tempel aan God toe te wijden. Zo voldoen ook Jozef en Maria aan die belofte. En dan komen twee mensen op hen af: De profetes Anna. Ze is 84 jaar; een heilig getal: 7×12. Daar moet God tussen zitten. De oude man Simeon neemt het kind in zijn armen en zingt een soort psalm: “Laat nu Heer, uw dienaar in vrede gaan, want mijn ogen hebben het Heil aanschouwd”. De vrouw begint te spreken tegen de mensen in de buurt. Wie er langs lopen, zou niet meer zien dan een klein onopvallend groepje mensen, zoals er zoveel groepjes staan op het tempelplein. Het is een geroezemoes van pratende en biddende mensen.

De oude Simeon en de profetes Anna: ze vertegenwoordigen de profeten. Deze wachtposten hebben de Messias herkend. Simeon begint te zingen.

Als je hart immers ergens vol van is dan begin je te zingen, of je zou wel willen zingen. Maria zong immer het Magnificat, de engelen in het veld zongen voor de herders en nu de oude Simeon: “Mijn ogen hebben het Heil gezien”. Het woord Heil betekent Jesjua. De naam van het kind is Jesjua. Heil en redding hebben alles met elkaar te maken. “Mijn ogen hebben Gods redding aanschouwd”. En Simeon vervolgt: “Dit kind is bestemd tot val en opstanding van velen”.

En daarmee ziet Simeon de diepte, tot op de bodem van Goede Vrijdag toe”.

Want het geboorte verhaal van Jezus is al een lijdensverhaal in een notendop. Hij verwijst naar het zwaard dat het hart van Maria zal doorboren. Eens zal de dag komen waarop Maria zich buigt over het dode lichaam van haar zoon Jezus. En tot op de dag van vandaag blijven moeders zich buigen over de gedode, gebroken lichamen van hun zonen. Het is dus niet alleen het Gloria in Excelsis Deo, maar ook de strijd tegen het onrecht in de wereld, ons bewust te worden van het onrecht dat we zo nu en dan ook zelf aanrichten.

Simeon zag geen stralend kind. Hij zag voor zich de weg van een mens die strijdend de weg naar het heil voor ons heeft vrijgemaakt. Die mens, die Jezus neemt de mensen met zich mee hier in de viering van de eucharistie. Wij kunnen heil en zegen ontvangen om heil en zegen bij anderen te brengen zoals Jezus dat doet met ons. Amen.

Subscribe
Abonneren op

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments