Les 40 (11-12 jaar) De geboden over de mensen

Les 40

De geboden over de mensen

Naast de drie geboden die over God gaan, kennen we zeven geboden die over de mensen gaan.
Ze gaan zowel over andere mensen als over onszelf.
Bij het huwelijk nemen de ouders de verplichting op zich goed voor hun kinderen te zorgen en hun een goede opvoeding te geven.
De ouders mogen natuurlijk ook iets van hun kinderen verwachten.
Kinderen hebben eerbied voor hun ouders en zijn aan hen gehoorzaam.
Ze helpen hun ouders ook, als ze dat kunnen.
Daarom luidt het vierde gebod:
Eer uw vader en uw moeder.
Dit gebod is het enige waaraan God een belofte verbonden heeft.
Wie zijn ouders eert, zal een gelukkig leven krijgen hier op aarde.
Gaat het vierde gebod alleen maar over de ouders?
Nee,
in dit gebod denken we ook aan andere mensen die voor ons zorgen, bijvoorbeeld aan onze leraren op school of aan de priesters.
Het vierde gebod leert ons eerbied te hebben voor onze ouders en voor alle mensen die voor ons zorgen.
We hebben van God het leven gekregen.
Het leven is heilig.
Het leven komt van God en gaat ook weer naar God terug.
Niemand mag zomaar het leven van zichzelf of van anderen doden.
Daarom luidt het vijfde gebod:
Gij zult niet doden.
We mogen het leven ook niet in gevaar brengen, bijvoorbeeld door roekeloos te zijn op straat of door ongezonde dingen te doen.
We mogen ook niemand pijn doen of het leven van iemand zo zuur maken dat hij er ziek van wordt.
Soms kunnen mensen elkaar erg beledigen of zelfs helemaal doodzwijgen.
Ze praten niet meer tegen elkaar.
Ook dat is een zonde tegen het vijfde gebod.
Het vijfde gebod leert ons dat we eerbied moeten hebben voor het leven van onszelf en van anderen en het niet onnodig in gevaar mogen brengen.
We hebben van God een lichaam gekregen.
Ons lichaam is mooi.
We willen er ook mooie dingen mee doen.
We kunnen ermee sporten,
we kunnen ermee werken.
We kunnen ermee spelen.
God wil dat we ons lichaam goed verzorgen.
Met ons lichaam kunnen we ook verkeerde dingen doen.
We kunnen nieuwsgierig zijn naar het lichaam van een ander.
We kunnen er op een verkeerde manier mee spelen.
Dat vindt God niet goed.
Hij wil dat we eerbied hebben voor het lichaam van onszelf en van anderen.
God wil ook dat we over ons lichaam eerbiedig praten.
We vertellen er geen vieze moppen over.
Daarom luidt het zesde gebod:
Gij zult geen onkuisheid doen.
We hoeven niet preuts te zijn,
maar we mogen wel eerbiedig zijn.
Zo heeft God het bedoeld.
Het zesde gebod leert ons dat we ons lichaam goed moeten verzorgen en er geen verkeerde dingen mee moeten doen.
Soms doen mensen geen onkuisheid, maar ze denken er wel veel aan.
Ze denken aan dingen die niet zo netjes zijn.
Ook dat is geen eerbied voor het lichaam.
Daarom leert het negende gebod:
Gij zult geen onkuisheid begeren.

—————————————————————————————————

Hoe luidt het vierde gebod?
Eer uw vader en uw moeder.

Wat leert ons het vierde gebod?
Het vierde gebod leert ons eerbied te hebben voor onze ouders en voor alle mensen die voor ons zorgen.

Hoe luidt het vijfde gebod?
Gij zult niet doden.

Wat leert ons het vijfde gebod?
Het vijfde gebod leert ons dat we eerbied moeten hebben voor het leven van onszelf en van anderen en het niet onnodig in gevaar mogen brengen.

Hoe luidt het zesde gebod?
Gij zult geen onkuisheid doen.

Wat leert ons het zesde gebod?
Het zesde gebod leert ons dat we ons lichaam goed moeten verzorgen en er geen verkeerde dingen mee moeten doen.

Hoe luidt het negende gebod?
Gij zult geen onkuisheid begeren.

————————————————————————————————-

Iedereen heeft zo zijn eigen spulletjes.
We hebben bijvoorbeeld een fiets of een boekentas of een radio, of we hebben een beetje geld in de spaarpot.
We mogen deze dingen van anderen niet zomaar wegpakken.
Dat is stelen.
God vindt het niet goed als mensen stelen.
Daarom luidt het zevende gebod:
Gij zult niet stelen.
Soms stelen mensen niet en toch zijn ze niet eerlijk.
Ze hebben bijvoorbeeld heel veel en anderen hebben niets.
Dan zouden die rijke mensen moeten delen.
We hebben alles van God gekregen.
We moeten het dus ook eerlijk met anderen delen.
Het zevende gebod leert ons niet te stelen en rechtvaardig met anderen te delen.

Mensen kunnen ook wel eens jaloers zijn.
Soms gunnen ze elkaar niet dat ze mooie dingen hebben.
Ze willen het liever zelf hebben.
God vindt het niet fijn als we elkaar niets gunnen of jaloers zijn.
Daarom luidt het tiende gebod:
Gij zult niet onrechtvaardig begeren, wat uw naaste toebehoort.
Wanneer we iets hebben gestolen en we kunnen het nog teruggeven, dan moeten we het teruggeven.
God wil dat we de waarheid spreken, zeker als het over andere mensen gaat.
Daarom luidt het achtste gebod:
Gij zult tegen uw naaste niet vals getuigen.
Dit is ook een belangrijk gebod.
Want wanneer we hier verkeerd tegen handelen, kunnen we mensen erg verdriet doen.
Het achtste gebod leert ons dat we niet mogen lasteren, kwaadspreken en liegen.
We mogen geen verkeerde en onware dingen van anderen vertellen. Dat is lasteren.
Lasteren is van iemand kwaad vertellen dat hij niet heeft gedaan.
Maar ook dingen van anderen die wel waar zijn, maar die niet zo goed waren, mogen we niet zomaar verder vertellen.
Dat is kwaadspreken.
Kwaadspreken is kwaad van een ander onnodig doorvertellen.
We kunnen soms ook liegen.
Liegen is bewust iets vertellen dat niet waar is.
We hebben nu alle geboden van God leren kennen.
We begrijpen ook dat ze belangrijk zijn.
Wanneer we ons allemaal aan deze geboden houden, wordt het veel fijner op de wereld.
Dan kunnen de mensen gelukkiger zijn.
Dat is precies wat God met de Tien Geboden bedoeld heeft.
God heeft ons de Tien Geboden gegeven om ons gelukkiger te maken.

——————————————————————————————————–

Hoe luidt het zevende gebod?
Gij zult niet stelen.

Wat leert ons het zevende gebod?
Het zevende gebod leert ons niet te stelen en rechtvaardig met anderen te delen.

Hoe luidt het tiende gebod?
Gij zult niet onrechtvaardig begeren, wat uw naaste toebehoort.

Hoe luidt het achtste gebod?
Gij zult tegen uw naaste niet vals getuigen.

Wat leert ons het achtste gebod?
Het achtste gebod leert ons dat we niet mogen lasteren, kwaadspreken en liegen.

Wat is lasteren?
Lasteren is van iemand kwaad vertellen dat hij niet heeft gedaan.

Wat is kwaadspreken?
Kwaadspreken is kwaad van een ander onnodig doorvertellen.

Wat is liegen?
Liegen is bewust iets vertellen dat niet waar is.

Waarom heeft God ons de Tien Geboden gegeven?
God heeft ons de Tien Geboden gegeven om ons gelukkiger te maken.

——————————————

Om zelf te lezen:
We lezen in het Oude Testament in het Boek Exodus, hoofdstuk 20, vers 1 tot 17.

We maken een voornemen:
We proberen de regels van God goed te gebruiken, zodat we anderen en onszelf gelukkig kunnen maken.

 

Subscribe
Abonneren op

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments