Overweging ter voorbereiding van 19-02-2023, 7e zondag door het jaar

Overweging ter voorbereiding van 19-02-2023, 7e zondag door het jaar

Uit een homilie van de heilige Johannes Chrysostomus, bisschop van Constantinopel († 407), over de eerste brief aan de Korintiërs

Wat het nuttigen van de maaltijd des Heren betekent

Uit de wet en de gewoonte – van de apostolische gemeente toen christenen hun eigendom verkochten en de opbrengst ervan naar de apostelen brachten om uit te delen aan de armen (vgl. Hand. 2, 44-45; 3, 34-35) – groeide er in de kerken een merkwaardig gebruik bij de bijeenkomsten van de gelovigen. Na het aanhoren van de onderrichting, de gebeden en het deelnemen aan de heilige geheimen, en nadat de vergadering was ontbonden, gingen zij niet terstond naar huis. De rijken en de vermogenden richtten met het voedsel en de spijzen die ze van huis hadden meegebracht, een gemeenschappelijke tafel aan en riepen de armen bijeen voor een gemeenschappelijk eten en drinken in de kerk zelf. Dank zij de gemeenschappelijke tafel en de wijding die van de plaats uitging, werd hun onderlinge liefde in ieder opzicht versterkt tot hun aller genoegen en voordeel. De armen genoten van een verzekerde bijstand; de rijken trokken naar huis met de genegenheid van de armen aan wie ze te eten hadden gegeven, en met een grote genade vanwege God voor wie ze dit hadden gedaan. Talloze weldaden vloeiden uit dergelijke bijeenkomsten voort. De voornaamste daarvan was dat van de ene bijeenkomst naar de andere de warmte van de wederzijdse liefde groeide, doordat weldoeners en begunstigden met elkaar verbonden waren in een dergelijke welwillendheid.

Mettertijd hebben de Korintiërs dit gebruik bedorven. De rijken begonnen apart te eten en de armen te verwaarlozen; ze wachtten niet meer op de christenen die, zoals dit het geval was met de armen, omwille van hun levensbehoeften weerhouden werden en te laat kwamen. En zo gebeurde het dat als de armen aankwamen, ze met schaamte moesten terugkeren, omdat de tafel reeds geruimd was.

Toen Paulus het kwaad bemerkte dat daaruit voortgekomen was of zou voortkomen, poogde hij deze slechte en pijnlijke gewoonte recht te trekken. Zie met wat voor een voorzichtigheid en zachtheid hij dat doet. Om te beginnen zegt hij: ‘Nu ik bezig ben voorschriften te geven, moet ik er tevens mijn afkeuring over uitspreken dat gij uw godsdienstige bijeenkomsten houdt op een wijze die meer kwaad dan goed doet’ (1 Kor. 11, 17). Wat bedoelde hij met ‘meer kwaad dan goed’? Uw voorvaderen en ouders, zei hij, verkochten hun have en goed en kostbaarheden; ze bezaten alles in gemeenschap en hadden een grote liefde voor elkaar; maar gij die hen zoudt moeten navolgen, doet niet alleen niet wat zij deden, maar hebt nog laten verloren gaan het enige dat ge daarvan hadt overgehouden: het gezamenlijk eten. Daarom zegt hij: ‘Uw godsdienstige bijeenkomsten houdt gij op een wijze die meer kwaad dan goed doet.’ Uw voorgangers deden afstand van hun bezittingen ten voordele van de armen; ge ontneemt hun zelfs de tafel die hun was gegund.

‘Vooreerst hoor ik dat er op de samenkomsten van uw gemeente verdeeldheid heerst, en ten dele geloof ik het. Het is noodzakelijk dat er onder u scheuringen voorkomen’ (1 Kor. 11, 18-19). Zeg eens: welke scheuringen? Let op! Als Paulus zegt: ‘Het is noodzakelijk dat er onder u scheuringen voorkomen’, heeft hij het niet over geloofspunten maar over verschillende opvattingen omtrent de maaltijd. Want na gezegd te hebben: ‘Het is noodzakelijk dat er scheuringen zijn’, voegt hij daaraan toe over wat voor soort scheuringen het gaat: ‘Zoals gij nu samenkomt, kan er geen sprake zijn van de maaltijd des Heren’ (1 Kor. 11, 20). Wat bedoelt hij met ‘maaltijd des Heren’? Hij bedoelt: de maaltijd die Christus de laatste nacht van zijn leven heeft ingesteld, toen al zijn leerlingen bij Hem waren. Aan die maaltijd lagen de Heer en de dienaren te zamen aan. Jullie echter die allen dienaars zijn, zijt verdeeld en eet afzonderlijk. Daarom zegt Paulus: ‘dat is niet de maaltijd van de Heer’, de maaltijd namelijk die in eendracht en te zamen door al de genodigden wordt genomen.