Ter voorbereiding van de viering van dinsdag 27-07-2021

Ter voorbereiding van de viering van dinsdag 27-07-2021

Uit het commentaar van de heilige Augustinus, bisschop van Hippo († 430), op psalm 89 (88)

Mijn barmhartigheid zal Ik hem niet ontnemen

‘Indien zijn zonen ontrouw worden aan mijn wet en niet meer leven volgens mijn geboden; indien zij mijn verordeningen schenden, aan mijn bevelen niet voldoen; dan zal Ik hun vergrijpen met de roede straffen en met slagen hen doen boeten voor hun schuld. Maar hem zal Ik mijn barmhartigheid niet ontnemen, aan wat Ik hem beloofd heb, blijf Ik trouw. Nooit zal Ik mijn verbond met hem verbreken of wijzigen wat Ik gesproken heb’ (Ps. 89 (88), 31-35). Deze woorden zijn een bevestiging van de goddelijke belofte. De zonen van David zijn de zonen van de bruidegom. Alle christenen worden zijn zonen genoemd. God belooft grote dingen als Hij zegt: indien de christenen, zijn zonen, ontrouw worden aan mijn wet en niet meer leven volgens mijn geboden, indien ze mijn verordeningen schenden, aan mijn bevelen niet voldoen, dan zal Ik hen niet verachten of aan de ondergang prijsgeven. Maar Ik zal hun vergrijpen met de roede straffen en met slagen hen doen boeten voor hun schuld.

God is niet alleen barmhartig als Hij roept, maar ook als Hij straft en slaat. Ik hoop dat de hand van de Vader ook over jou zal waken. Als je een goede zoon bent, mag je de straf niet afwijzen. Want bestaat er wel een zoon die niet door zijn vader gestraft wordt? Hij mag mij straffen, als Hij mij zijn gunsten maar niet ontneemt! Hij slaat de zoon als hij hardnekkig is, maar Hij geeft hem tevens zijn erfdeel. Als je de beloften van de Vader echt erkend hebt, moet je niet vrezen dat Hij je zal slaan, maar wees vooral beducht voor het erfdeel dat je kan worden ontnomen. Want wie de Heer liefheeft, tuchtigt Hij. Elke zoon die Hij aanneemt, wordt door Hem getuchtigd. En kan de zoon die gezondigd heeft, zich tegen de straf verzetten, als hij ziet dat de eniggeboren Zoon die zonder zonde was, ook geslagen werd? De Heer zegt: ‘Ik zal hun vergrijpen met de roede straffen.’ Ook Paulus zegt: ‘Wat wilt ge? Moet ik bij u komen met strengheid?’ (1 Kor. 4, 21). Een goede zoon reageert niet met de woorden: als u met de stok komt, kom dan liever niet! Het is echter beter door de vader met de roede te worden opgevoed dan door de verleiding van een rover ten onder te gaan.